Muziek / Album

De wonderlijke wereld van Sunset Rubdown in een complex album

recensie: Sunset Rubdown - Random Spirit Lover

Spencer Krug is een druk baasje. Hij heeft aan één band niet genoeg en het lijkt alsof hij aan de lopende band muziek uitbrengt. Naast zijn bijdrage aan indie-groepen Wolf Parade, Frog Eyes en Swan Lake heeft Krug zich het afgelopen jaar vooral op Sunset Rubdown geconcentreerd. Van deze band kwam in oktober dit jaar het derde studioalbum in drie jaar uit: Random Spirit Lover. Het resultaat is een gecompliceerde plaat waarvan bijna alle nummers langer dan vijf minuten duren en het beluisteren een erg luisterintensieve bezigheid blijkt te zijn.

Sunset Rubdown bestaat naast zanger Spencer Krug uit Camilla Wynn Ingr, Michael Doerksen en Jordan Robson-Cramer. De band, afkomstig uit Montréal, maakt muziek die het best beschreven kan worden als experimentele indiepop/rock met als belangrijkste kenmerken de overheersende vocalen van Krug en de complexiteit van de teksten. Krug valt vooral op door zijn dynamische manier van zingen waarbij de noten diep uit zijn keel lijken te komen. In het ergste geval lijkt het op jodelen zoals op Magic vs. Midas (het boekje bij de cd vermeld bij de teksten “enter melodramatic sing-sighs). In het beste geval is het stemgeluid indringend en zelfs ontroerend zoals op The Courtesan has Sung, waar een man vertelt hoe zijn overleden vrouw door de begrafenisondernemer zo overdreven is opgemaakt dat ze op een hoer lijkt terwijl ze inmiddels opgebaard ligt.

“A hard and dense listen”


Random Spirit Lover is geen toegankelijke plaat. De band vertelt in een interview dat het een “hard and dense listen” is, en dat is precies de goede typering. De teksten zijn complex en zitten vol verwijzen naar Bijbelverhalen, Griekse mythen, overigens zonder ergens “kijk-ons-eens-even-intellectueel-zijn” aan te doen, en hebben een hoge verhaaldichtheid. Over elke tekstregel is nagedacht en Krug heeft niks aan het toeval overgelaten. Dat de nummers haast naadloos in elkaar overlopen draagt ook bij aan de ontoegankelijkheid van de plaat.

Geduld en afwisselende vocalen

~


Maar geduld wordt in het geval van Sunset Rubdown over het algemeen genomen beloond. Het duurt misschien even om tien keer het album te beluisteren, maar wanneer je grip begint te krijgen en bekend raakt met de muziek dan gaat er een veelzijdige muzikale wereld open. Sunset Rubdown weet veelzijdige instrumentatie zoals we die bijvoorbeeld kennen van de band van Sufjan Stevens te combineren met afwisselende vocalen (en zelfs een stukje in canon waarbij de achtergrondzang van Camilla Wynn Ingr ieder hart sneller zal doen kloppen). Dit is bijvoorbeeld het geval op het openingsnummer The Mending of the Gown. Het opzwepende intro met een simpel maar catchy gitaarmelodie en de bijna hysterische piano zorgen ervoor dat de plaat sterk opent met muziek waar Sunset Rubdown goed is in: up-tempo en melodieus.

Aangenaam vertoeven

De tekstuele en metafysische inslag van de poëet Krug komt niet naar voren op de enkele ballad van het album maar is juist sterk aanwezig in de mid-tempodelen van de nummers. Zo zingt Krug op The Taming of the Hands that Came Back Alive: “Will you live in the physical world? Will the sun setting low and the shadows unfurled, can you live with the way they make you look unreal?” Krug laat met zijn teksten en nummers de wereld soms inderdaad “unreal” lijken, en het Oostenrijke kerstmonster op de achterkant van de hoes is daar slechts maar een visueel voorbeeld van. Het duurt misschien even voordat je de wereld van Sunset Rubdown begrijpt, maar als je er eenmaal bent is het aangenaam vertoeven.