Muziek / Album

Gewaagde ommezwaai

recensie: Norah Jones - The Fall

.

Wat is het toch moeilijk om als het eerste album een overweldigend artistiek en commercieel succes is, een waardige opvolger te maken. Zeven jaar na het uitkomen van Come Away with Me, en drie studioalbums verder, worstelt Norah Jones nog steeds met deze zware opgave. Met The Fall opent Norah opnieuw de aanval op haar eigen topalbum. Compositorisch wordt ze wederom bijgestaan door Jesse Harris. Maar deze keer krijgt ze ook hulp van onder meer

~

De breuk met vriend Lee Alexander vindt haar weerslag in de muziek van Norah Jones. De begeleidingsband waarin Lee speelde is met hem verdwenen. Jones ontdekte een nieuwe muzikale weg met meer ruimte voor gitaar en een minder grote rol voor de piano. Het zal voor haar wel even wennen zijn om niet continu achter de piano te zitten tijdens haar performance. Het onverwacht grote succes van haar album Come Away with Me zal hierdoor overigens niet zomaar verbleken. Het is juist noodzakelijk nieuwe wegen te zoeken om niet steeds opnieuw die ene plaat te blijven maken, zoals Jones bij haar vorige album Not Too Late eigenlijk al had moeten doen. Die titel geeft treffend weer waar haar carrière nu staat: het is inderdaad nog niet te laat.

Tom Waits-crew


The Fall is geproduceerd door Jacquire King die we kennen van

~

De albumopener ‘Chasing Pirates’ is niet voor niets de single van het album. Het nummer zal bij velen weer als een ‘echte Norah Jones’ onder de huid kruipen. Ook de twee hieropvolgende nummers blijven dicht tegen de traditionele Norah Jones-stijl aanzitten. Bij de inzet van ‘Young Blood’ is vervolgens een grote verandering hoorbaar. De luisteraar wordt wakker geschud door de gitaarklanken waarmee de song opent. Het klinkt niet als Norah Jones maar is wel lekker. Het is een verademing om Jones te horen in een heel andere, en vooral gedurfde, stijl die haar goed lijkt te passen. Dat laatste blijkt wel na een aantal draaibeurten van The Fall.

Bezwerend


De nieuwe Norah klinkt ook door in ‘It’s Gonna Be’, een nummer met een lichte rockinslag – voor Norah’s begrippen zelfs een stevige rockinslag. Een dergelijk geluid was ondenkbaar in het verleden. De gitaargeluiden, het orgeltje en de andere klanken die de piano hebben verdreven, zijn het horen ook zeker waard in het licht bezwerende ‘Stuck’. In ‘Man of the Hour’ speelt Norah een eenvoudig, bijna kinderlijk, toetsenarrangement; dat zal haar niet gemakkelijk zijn gevallen.

Al met al is The Fall een gewaagde ommezwaai voor Jones. Of het commercieel gezien een geslaagde stap is zal moeten blijken. Het was artistiek echter noodzakelijk en blijkt bij beluistering ook nog eens de moeite waard te zijn. Het zoete van Norah Jones is in haar stem bewaard gebleven maar de scherpte is ontsproten in de begeleiding. Dat went niet alleen, het is zelfs licht verslavend.