Muziek / Album

De Followills zijn terug

recensie: Kings of Leon - Mechanical Bull (Deluxe Version)

Een pauze inlassen: dat zouden meerdere bands moeten doen. Bij de mannen van Kings of Leon heeft deze stop een goede uitwerking gehad. Hun nieuwe cd Mechanical Bull is bijna net zo sterk als die uit hun begintijd: Because of the Times.

~

De hoop was al een beetje opgegeven; na het succes van Because of the Times (voor velen het vakantie anthem-album van 2007) was het de jongemannen van Kings of Leon een beetje naar hun hoofd gestegen. Hits als ‘Sex on Fire’ en ‘Use Somebody’ deden het in 2008 prima, maar hadden niet meer die alternatieve sound van het jaar daarvoor. Natuurlijk is geld belangrijk in de muziekwereld en dus probeerde de band met goed in het gehoor liggende rock de wereld te veroveren. Het is niet raar dat dit niet is gelukt. Come Around Sundown uit 2010 was niet veel soeps en leek absoluut niet op de Kings of Leon van het begin. Waarschijnlijk realiseerden ze zich dit zelf ook (plus de portemonnee werd niet gevuld) en besloten ze een pauze te nemen.

Raggende gitaren
Iets beters hadden ze niet kunnen doen: Mechanical Bull is met dertien nummers een uiterst verrassende en diverse plaat geworden. Opener en hitje ‘Supersoaker’ doet weer denken aan de zomer van 2007 en heeft die lekkere rocksound die bij de band hoort. Het opzwepende refrein en de rauwe stem van zanger Caleb Followil smelten perfect samen. ‘Supersoaker‘ klinkt bekend in de oren en is kwalitatief goed, net als ‘Temple’, ‘Tonight’ en ‘Comeback Story’. Stuk voor stuk typische Kings of Leon nummers met flinke uithalen van Caleb, mooie gitaarlijnen en verslavende refreinen. De band heeft een formule gevonden die wel werkt.

‘Don’t Matter’ is één van die good old hardere nummers met raggende gitaren. Ook is er ruimte voor wat meer kalme jaren ’70 desertrock, zoals het toegankelijke ‘Beautiful War’. Hoewel dit lied niet heel spannend is, leidt het uiteindelijk  – door het instrumentale tussenstuk met een gitaarsolo –  toch naar een muzikale climax. Een van de meest opvallende nummers is het funky en zomerse ‘Family Tree’, met een verrassend dansbaar refrein. Het is geen hard rocknummer, maar op deze cd is het niet misplaatst. Het is wederom een song waar het talent en de diversiteit van de mannen goed te horen is en, vanwege de frisse beat, zijn de live-verwachtingen ervan hooggespannen.

Diversiteit werpt vruchten af
Naast boogiewoogie en nummers met scheurende gitaren is er in ‘Wait for Me’ plek voor rustig gitaarwerk en zoete liefdeslyriek. Ook hiermee komen ze weg want het is een prachtig nummer, misschien wel een van de mooiste van Mechanical Bull. Ook ‘On the Chin’ is een prima ballad, net iets minder sterk dan het opzwepende en gevoelige ‘Wait for Me’, maar het heeft zeker hitpotentie.

Er staan weinig nummers op Mechanical Bull die vervelen. Kings of Leon heeft een goede balans gevonden tussen rustige nummers en harder werk. Het lijkt of ze sinds tijden weer hebben besloten tot het maken van een goede cd, in plaats van slechts te denken aan hun bankrekening en wat het publiek wil. Mechanical Bull is niet vernieuwend en dat is, na een paar geflopte releases, precies wat er zo sterk aan is.