Muziek / Album

Muziek spreekt voor zich

recensie: Dysrhythmia – Barriers and Passages

Wie ’s zomers wel eens in het park heeft gelegen heeft misschien wel het geluk gehad een eekhoorntje te zien. Zo niet, stel het je dan toch eens even voor; je bent een klein schuchter beestje en wil eigenlijk niet gezien, laat staan gepakt, worden. Wanneer het grasveld jouw boom scheidt van de boom waar je naar toe wilt zul je moeite moeten doen. Goed, we hebben het eekhoorntje voor ogen? Mooi, hoe pakt zo’n beestje dan de oversteek aan? Veelal zal het gepaard gaan met korte stukjes sprint, zonder slippen halt houden, een zijsprongetje maken vanwege die hond die het ineens zag langsschieten, weer doorsprinten en al springend en buitelend uiteindelijk heelhuids de beoogde boom bereiken en omhoog schieten.

Vanwaar nu dit volkomen irrelevant lijkende verhaal? Wel, om de doodeenvoudige reden dat je je rot kunt zoeken naar de juiste woorden om de muziek van Dysrhythmia te omschrijven, maar het eigenlijk onbegonnen werk is. De bewegingen die de eekhoorn maakt op zijn oversteek komen nog het meest overeen met de muzikale sprongen die dit Amerikaanse trio maakt in zowel ruimte als tijd.

Zonnesteek

~

Buiten de kris-krasse buitelingen van de eekhoorn heeft de muziek ook op het nieuwste album Barriers and Passages verder weinig met dit diertje van doen. Dit is namelijk helemaal geen muziek die je op je hoofdtelefoon zet wanneer je in het betreffende park ligt. De dissonante gitaarlijnen en ratelende baspartijen vliegen je om de oren in de meest bizarre ritmes. Deze muziek vraagt erom aandachtig beluisterd te worden, en wie daarmee in de zon blijft lopen krijgt geheid een zonnesteek omdat de ze je volledig opzuigt en pas uren later weer verward uitspuugt (mits je het album op repeat zet).

Eigenlijk was met de kritieken op voorganger Pretest (2003) niet anders te verwachten; Metalhammer noemde het album één van de tien beste mathcore albums ooit terwijl Revolver het tot de twintig beste albums van het jaar rekende. En dat is knap voor een band die metal, fusion, jazz, rock, postrock en nog enkele andere varianten in één enkel jasje giet om er vrij bizarre eclectische nummers van te maken.

Metal…?

Nu is positieve kritiek doorgaans geen garantie voor een goede opvolger, maar met het aantrekken van een nieuwe bassist na het vertrek van Clayton Ingerson, werd in Colin Marston (Behold…The Arctopus) een sterke vervanger gevonden. Wellicht dat hij ook de lichte versterking van de metalinslag teweeg heeft gebracht binnen de muziek. Ondanks het feit dat de muziek namelijk nog steeds onmiskenbaar Dysrhythmia is, klinken sommige passages toch wat steviger dan voorheen. Er wordt ook betrekkelijk weinig gas terug genomen; eigenlijk vormt alleen afsluiter Will the Spirit Prevail? een welkom rustmoment. Kortom, voor iedereen die eens goed wil freaken en zowel van progressieve rock/metal houdt als van postrock, is deze plaat absoluut het uitproberen waard!