Muziek / Album

Stay off the crack!

recensie: Babyshambles - Down in Albion

Al ver voordat het album van Babyshambles uitkwam waren de verwachtingen voor deze cd hooggespannen. Dat kwam omdat zanger Pete Doherty constant in de Engelse roddelpers te vinden was. Eerst door zijn breakup met hype-band The Libertines wegens zijn gigantische gebruik van crack. Toen hij een relatie kreeg met supermodel Kate Moss en zij op een wc gefotografeerd werd terwijl ze cocaïne aan het snuiven was, was het hek van de dam en werd Pete Doherty wereldnieuws. Daarnaast kwam Babyshambles nog in het nieuws omdat een concert in Paradiso op het laatst werd afgelast. Kortom, Doherty schepte al maanden voordat er een compleet album in de winkels lag, hoge verwachtingen.

~

Diegenen die de hype voor waren konden vanaf het moment dat Doherty uit The Libertines werd gezet, op de website van Babyshambles al tientallen demo’s downloaden. Daar waren ook de vroege versies van de meeste nummers van deze eerste cd Down In Albion al te beluisteren. Opmerkelijk aan het uiteindelijke album is dat de nummers qua sfeer behoorlijk overeenkomen met die demo’s. Ze lijken als het ware zo op de band gekwakt. Want de tracks hebben veel rauwe randjes en klinken soms domweg onaf. Het punkige van de nummers heeft waarschijnlijk ook te maken met de productie van Mick Jones, de voormalige gitarist van The Clash die ook de eerste cd van The Libertines produceerde. Het geluid van zijn oude punkband is bijvoorbeeld terug te horen in de song A’rebours, dat tegelijkertijd iets heeft van The Smiths.

Reggae?

Opvallend is dat het geluid van Babyshambles wel veel weg heeft van dat van The Libertines. Doherty heeft òf die band nog niet van zich afgezet, òf blijkt achteraf juist bepalend te zijn geweest voor hun sound. Toch is er iets mis: de nummers zijn een stuk minder pakkend dan de songs van zijn oude band. Er staan welgeteld drie echt catchy songs op de cd. Dat zijn de eerste single Fuck forever, Killamangiro en Back from the dead. Opmerkelijk zijn de reggae-invloeden, zoals in Sticks and Stones. Er staat zelfs een compleet reggae-nummer op de plaat, namelijk Pentonville, dat wordt gespeeld en gezongen door General Santana, Doherty’s celmaatje in de gelijknamige gevangenis, waar de Babyshambles-zanger later doorheen gaat lallen. Nog meer meegeneuzel is overigens te vinden in opener La belle et le bete, waarin Kate Moss meezingt. Een leuke gimmick, een schoonheid die meezingt op de plaat van een beest, maar een gigantische open deur.

Dikke tong

Pete Doherty zelf is zowel de drijvend kracht achter Babyshambles als datgene, dat ervoor zorgt dat de band niet altijd even goed is. Soms klinkt hij namelijk alsof hij knetterstoned is – of hoe je dat ook maar moet noemen bij crack. Daardoor zingt Doherty met een dikke tong en klinkt hij als Happy Mondays-zanger Shaun Ryder in diens enorm dronken Black Grape-periode. Dat had zijn charmes, maar zorgde er ook voor dat het na één plaat gedaan was met dat ‘solo-project’. Babyshambles wordt omhooggehouden door een goede band en een paar sterke songs. Als Doherty echter niet snel stopt met zijn crackgebruik, dan is het verstandiger het advies van Art Brut-zanger Eddy Argos op te volgen: “Stay off the crack! Stay away from Pete Doherty!”.