Film / Films

Hoe zie jij de wereld?

recensie: Les Triplettes de Belleville

Ik ben opgegroeid met Disney, zoals bijna elk kind in een forensendorp uit de jaren tachtig en negentig. Dat er meer was dan Mickey Mouse en The Little Mermaid leerde ik pas later, toen ook Dreamworks zich op animatie stortte (The Prince of Egypt, Shrek). Dat er meer was dan Hollywood-animatie leerde ik nog weer later, met Akira, Metropolis en Mononoke Hime. Nu leer ik opnieuw: Franse animatie van Sylvain Chomet. Les Triplettes de Belleville overklast alle eerder genoemde films met gemak.

~

Het verhaaltje is noch zoet Amerikaans noch magisch-spiritueel Japans. Een oma woont met haar kleinzoon in een Frans dorpje. Het dikke, vroegoude jongetje is met niets te plezieren, tot hij op een dag een fiets krijgt van zijn oma. Een twintigtal jaren later is het dikke jongetje veranderd in een afgetrainde renner met ballonkuiten en doet hij mee aan de Tour de France. Zijn oma begeleidt hem, het ritme van de pedaalslagen fluitend terwijl zij op het dak van de bezemwagen zit. Maar wanneer oma haar kleinzoon uit het oog verliest, wordt deze ontvoerd. Waar naartoe? Waarom?

Geniale observator

Chomet weet met veel okertinten een beeld op te roepen van een vervlogen tijd: de jaren vijftig, toen de wereld op de rand van de moderne tijd stond, maar toch nog klein en knus en vooral: eenvoudig was. De Tour de France-scènes aan het begin van de film zijn meesterlijk en Chomet is een geniale observator. Metaforen uit het radiocommentaar komen tot leven: de renners staan inderdaad bijna stil tegen de berg en in de wijd opengesperde ogen van de renners lees je wanhoop, berusting en wezenloosheid tegelijk. De Tour die Chomet afbeeldt voelt echter dan die reclamekaravaan van afgelopen zomer.

~

Chomet heeft niet alleen zelf goed gekeken, hij laat zijn publiek ook kijken. Hij speelt met proporties en maakt grote dingen net wat groter dan normaal en kleine dingen net wat kleiner. De renner heeft dijen als fietstassen, wolkenkrabbers torenen honderden verdiepingen omhoog en een oceaanstomer reikt welhaast tot in de hemel. In eerste instantie lijken die vergrotingen en verkleiningen wat absurd te werken, maar Chomet wil er mee uitbeelden dat de moderne mens niet meer door grootte geïmponeerd wordt. Wij zijn gewend aan de wereld en haar afmetingen, in de jaren vijftig waren schepen en wolkenkrabbers nog werkelijk reusachtig.

Paarden en muizen

De personages in Les Triplettes de Belleville zijn eigenlijk menselijke lichamen met dierlijke trekjes. De renners zijn paarden, de mafiamannen zijn gorilla’s en er lopen muizen en olifanten door de straten. Chomet is niet bang een mannetje met grote oren en grote tanden ook als een muis te laten piepen en de renners klinken soms ook echt als vermoeide paarden. De uiterlijke kenmerken zijn zo ver doorgevoerd dat ze deel gaan uitmaken van het personage. Dat er in de film bijzonder weinig gesproken wordt (als er al iets gezegd wordt is het een onverstaanbaar mengelmoesje van Frans, Engels en Italiaans) draagt bij aan de herkenbaarheid van de dierlijke trekjes in de mens. Het gebrek aan dialoog betekent echter niet dat Les Triplettes de Belleville een stille film is. Er is meer dan genoeg te horen: muziek, kikkers, maar ook verzengende hitte, uitputting en onverzettelijkheid.

Ik kan nog wel uren doorgaan, maar het voldoet hier te zeggen dat Chomet een meesterlijk oog voor detail heeft. Les Triplettes de Belleville is een film die je moet zien en die je dwingt tot kijken,