Film / Films

Rottende liefdeshorens op
de hoofden der onbeminden

recensie: Hotel du Nord / Les Enfants du Paradis

A-film heeft al een imposante verscheidenheid aan Franse films uitgebracht op dvd. Met Hotel du Nord (1938) en Les Enfants du Paradis (1945) is de serie aangevuld met het oeuvre van een van de vroege meesters van de Franse cinema: Marcel Carné. In de jaren dertig maakte Carné films die binnen de stroming van het poëtisch realisme vielen. Daarbij focuste hij zich op romantische randfiguren en outsiders die door het noodlot waren getekend.

Scène uit <i>Hotel du Nord</i>
Scène uit Hotel du Nord

Hotel du Nord valt nog gedeeltelijk binnen deze stijl. De film combineert een rauw en actueel realisme met een licht melodramatische verhaal. De film begint met een ononderbroken shot van de omgeving van het hotel. Vervolgens focust de camera zich op twee geliefden, Renée en Pierre, die hebben besloten om zelfmoord te plegen. Het motief achter hun keuze blijft onduidelijk, maar men vermoedt dat er gedeeltelijk iets van de wanhoop uit het interbellum in is gedestilleerd. Uiteindelijk mislukt de poging en vlucht Pierre, nadat hij Renée gewond heeft achtergelaten. Zij wordt gered door Edmond, een obscure hotelgast die verliefd op haar wordt. Edmond is het personage wat het beste past binnen het kader van het poëtische realisme. Hij is een crimineel die clandestien rondkomt en op de vlucht is. Zijn dagen zijn al geteld en naarmate de film vordert offert hij zichzelf op voor haar.

Te kort

Helaas werkt de film niet helemaal, ondanks een Parijs dat in authentieke sets is nagebouwd en de juiste sfeer heeft zonder kunstmatig over te komen. Het probleem zit hem in de personages die de film dragen. De wanhopige geliefden die uiteindelijk weer bij elkaar komen, zijn te kort samen om echt een indruk achter te laten; ze raken je maar kortstondig met hun levensmoeheid. Ook mist de film de karakteristieke acteur van Carnés poëtische realistische films, Jean Gabin, die de romantische held neerzette met een weemoedige en tastbare voorkennis van zijn eigen lot. Gabin is hier vervangen door Louis Jouvet die lijkt op een Gallische variant van Humprey Bogart en de rol op de gebruikelijke manier lijkt af te werken.

Scène uit <i>Les Enfants du Paradis</i>
Scène uit Les Enfants du Paradis

Met zijn negentiende-eeuwse sets lijkt Les Enfants du Paradis op het eerste gezicht verder verwijderd te zijn van het Parijs van Hotel du Nord. De film had een moeilijke productiegeschiedenis, die voornamelijk was te wijten aan het feit dat de film in oorlogstijd was opgenomen. Twee joden (Joseph Kosma voor de muziek en Alexande Trauner voor de decors) werkten clandestien aan de productie mee onder het toeziend oog van de filmbranche van het Vichy regime. Bij het zien van de film is het opmerkelijk om te bedenken dat veel scènes waren gefilmd terwijl de oorlog in alle hevigheid woedde over Europa. Maar de echte verrassing zit hem voornamelijk in de kwaliteit van het spel en de scherpzinnige dialogen. Jaques Préverts scenario wisselt tussen humoristische observaties en wrang commentaar zonder een moment uit de toon te vallen.

Onvervulde liefde

De film volgt drie buitenstaanders in het negentiende-eeuwse Parijs. Twee nog onbekende maar ambitieuze acteurs en een sluwe crimineel met artistieke pretenties proberen allen rond te komen op hun manier, totdat ze vallen op dezelfde vrouw, Garance. Gespeeld door Arletty (die ook een rol in Hotel du Nord heeft) is Garance het emotionele epicentrum van de film. Zij vormt de as waar de mannen omheen draaien en waar ze ondanks hun succes of geluk niet van los kunnen komen. Het lot wordt door haar verschijning in werking gezet en straft genadeloos de personages af.

Marcel Carné
Marcel Carné

Voor de verliefde acteurs is de enige uitweg voor hun onvervulde liefde het theater. Baptiste (Jean-Louis Barrault) wordt een sublieme pantomimespeler. En Frédérick (vol scherpzinnigheid en humor neergezet door Pierre Brasseur) wordt een groot toneelacteur. Maar met genoeg zelfkennis zegt Frédérick over de liefde en jaloezie die hij met de anderen deelt dat het is als het dragen van rottende liefdeshorens die bedoeld zijn voor onbeminden.

Gelijkenissen

Les Enfants du Paradisgeeft een mooi beeld van Parijs in het midden van de negentiende eeuw, waar acteurs nog worden gezien als ordinaire paria’s en het theater nog tussen kunst en volksvermaak inzit. Daarmee is de wanhopige liefde van de personages ook realistisch gebonden aan de sociale werkelijkheden van hun positie. In dat opzicht vertoont het gelijkenissen met Jean Renoirs La Règle du Jeu (1939) en met Max Ophüls La ronde (1950). Alle films laten hun personages leven en lijden door de zoektocht naar liefde die is beperkt door sociale conventies en listige intrige.

Ook speelt de film met ideeën over kunst en toneel tegenover het leven. In de theaterstukken die Baptiste en Frédérick opvoeren, lijkt er een ontsnappingsmogelijkheid te zijn voor hun beperkingen. Het publiek dat vol bewondering kijkt naar Baptistes pantomime of naar Frédéricks virtuoze komische spel is de dubbelganger van de filmkijker die even de kans krijgen om in een fictieve wereld weg te dromen.

De dvd van Hotel du Nord is voorzien van een kort interview met Carné, wat net iets te beknopt is om daadwerkelijk interessant te zijn. De dvd van Les Enfants du Paradis heeft helaas geen extra’s, wat jammer is voor een film met zo’n interessante productiegeschiedenis.