Film / Films

Platte cartoons in nog plattere film

recensie: Looney Tunes: Back in Action

Looney Tunes: Back in Action zou aanvankelijk een vervolg worden op Space Jam uit 1996 en zou Spy Jam gaan heten. Regisseur Joe Dante had echter zo’n hekel aan die film met Michael Jordan dat hij vastbesloten was een Looney Tunes-film te maken waarin de personages naar zijn mening wel tot hun recht zouden komen. Helaas voor Dante is dat allesbehalve gelukt…

~

In Looney Tunes: Back in Action wordt live action (echte acteurs) gecombineerd met animatie. De tekenfilmfiguren uit de Looney Tunes lopen dus rond in de echte wereld. De film begint met het ontslag van Daffy Duck bij Warner Bros-studio’s, waarna de eend optrekt met tevens ontslagen bewaker/wannabe-stuntman DJ Drake (Brendan Fraser). Samen trekken ze richting Las Vegas om de ontvoerde vader van DJ (gespeeld door oud James Bond-acteur Timothy Dalton) uit de handen van directeur van het ACME-concern Mr. Chairman (Steve Martin) te bevrijden. Ze worden op de voet gevolgd door Kate Hudson (Jenna Elfman) van Warner Bros en Bugs Bunny die ervoor moeten zorgen dat Daffy Duck terugkomt bij de studio. En alsof dat allemaal nog niet genoeg is, maakt het hele gezelschap ook nog eens jacht op de Blue Monkey – een diamant die de hele mensheid in een oogwenk kan veranderen in apen.

Chaotische rommel

De makers van Looney Tunes: Back in Action lijken erg hun best te hebben gedaan een zo bizar mogelijk verhaal te verzinnen. Het resultaat is een onsamenhangende, chaotische rommel die op geen enkel moment echt grappig wordt. Regisseur Joe Dante (Gremlins, Small Soldiers) lijkt bovendien maar niet te kunnen beslissen of hij nou wel of niet een kinderfilm wil maken: humor die doorgaans alleen leuk is voor kleine kinderen, zoals Bugs Bunny die een boer laat, wordt afgewisseld door hordes grappen en verwijzingen naar andere films, zoals de douchescène uit ä van Alfred Hitchcock, die duidelijk voor volwassenen zijn bedoeld. Maar omdat die grappen eigenlijk nooit echt grappig zijn, neemt de irritatie bij de kijkers boven de vijf al snel toe.

Grootste ergernis bij de film is echter zonder twijfel het feit dat iedereen zo verschrikkelijk zijn best doet grappig te zijn, waardoor precies het tegenovergestelde het geval is. Jenna Elfman, bekend van de comedyserie Dharma & Greg, lijkt zichzelf weer eens heel erg grappig en charmant te vinden, terwijl Steve Martin een belachelijke rol neerzet als slechterik. Met zijn te kleine outfit en spastische bewegingen geeft hij overacting een compleet nieuw gezicht.

De Looney Tunes zelf zijn ondertussen niet veel beter. Zwermen tekenfilmfiguren komen weliswaar voorbij – soms zelfs zoveel in een shot dat het nauwelijks is bij te houden -, maar daar houdt het ook wel op. De enige rollen die verder gaan dan een seconde durend optreden zijn die van Bugs Bunny en Daffy Duck. Helaas zijn zij dankzij hun flauwe grappen eerder irritant dat grappig. Ook technisch gezien valt Looney Tunes: Back in Action tegen. Het blijft natuurlijk moeilijk tekenfilmfiguren in 3D te laten rondlopen in echte decors, maar de Looney Tunes-figuren blijven wel erg plat. Zo is het negen van de tien keer niet eens duidelijk of Daffy Duck nou voor, achter of naast iemand staat.

Helaas voor Dante is zijn missie een film te maken waarin de Looney Tunes goed tot hun recht komen dus jammerlijk mislukt. In plaats daarvan wordt de kijker overladen met alle denkbare tekenfilmfiguren uit de Looney Tunes-geschiedenis, die door deze overload juist helemaal niet tot hun recht komen. De film kan hooguit grappig zijn voor de allerkleinsten; voor de rest van ons zal Looney Tunes: Back in Action echter een bron van irritatie zijn.