Film / Films

Willie Nelson is geen onzichtbaar manshoog konijn

recensie: Our Idiot Brother

.

~

De film heeft wel een boodschap: sinds de jaren zestig van de vorige eeuw zijn we onze onschuld kwijtgeraakt, cynisch en op onszelf gericht. De goedgelovige Ned (Paul Rudd) heeft een grenzeloos vertrouwen in de medemens. Hij teelt biologisch groenten en fruit samen met zijn vriendin Janet (Kathryn Hahn). Op een dag verkoopt hij een paar gram wiet aan een agent in uniform (!) en moet acht maanden de gevangenis in. Weer op vrije voeten wil Janet hem niet terug. Dus zoekt Ned onderdak bij zijn moeder in Brooklyn en later om beurten bij zijn drie zussen.

Kinderlijke oprechtheid

~

Het uitgangspunt is een reeks vergezochte en onrealistische situaties met een trio oppervlakkige zussen. Miranda (Elizabeth Banks) doet alles om een belangwekkend interview in Vanity Fair te krijgen. De uitgebluste Liz (Emily Mortimer) heeft twee kinderen en is getrouwd met de overspelige documentairemaker Dylan (Steve Coogan). Natalie (Zooey Deschanel) staat model voor een naaktschilder en wil cabaretier worden. Hoewel ze lesbienne speelt, ontkomt snoepje Deschanel opnieuw niet aan typecasting. Ondertussen probeert Ned in zijn naïviteit altijd eerlijk te zijn en alles goed te doen, maar met zijn gedrag en kinderlijke oprechtheid dreigt hij het leven van zijn drie zussen te ruïneren.

Jesse Peretz is verantwoordelijk voor de regie van Our Idiot Brother. Zijn zus Evgenia en haar man David Schisgall schreven het verhaal, dat in feite geen verhaal is, maar een aaneenschakeling van gebeurtenissen die niet zouden misstaan in een gemiddelde sitcom. De spanningen en misverstanden tussen Ned en zijn zussen worden op den duur saai en ook Paul Rudd acteert uiteindelijk ongeloofwaardig. De rode draad, tevens schaars hoogtepunt, is Ned’s hond Willie Nelson, vernoemd naar de countryzanger. (Twee keer raden naar de naam van de hond van het meisje dat hij op het eind van de film tegen het lijf loopt!)

Familieperikelen gladstrijken

~

De makers falen om de protagonist van Our Idiot Brother te herscheppen als een moderne Harvey. In de gelijknamige film uit 1950 is James Stewart bevriend met een onzichtbaar manshoog konijn dat werkt als katalysator om familieperikelen glad te strijken. Ook mank gaat de vergelijking met Woody Allen’s Hannah and her Sisters (1986) waarin drie zussen verzeild raken in een hilarische warboel van relaties en emoties. Zelfs aan oppasoom Uncle Buck (1989) kan Paul Rudd niet tippen, laat staan aan de twee goedhartige, maar ongelooflijke domme vrienden in Dumb&Dumber (1994). Als de opzet was om met behulp van een idiote broer slechts een onbeduidend, luchtig niemendalletje te produceren, is deze met vlag en wimpel geslaagd.

Het overtuigend vertolken van overjarige hippies wordt onderschat. The Dude in The Big Lebowski (1998) is voor alle Paul Rudds in de filmbusiness ‘hors categorie’. Zijn melige voorkomen mag dan voor sommigen aantrekkingskracht hebben, echter Rudd lijkt vooral een variant van zichzelf neer te zetten. Verder dan een glimlach komt het zelden en zelfs de afsluitende bloopers van Our Idiot Brother zijn niet leuk.