Schoonheid van industriële woestenijen
.
Waar blijven toch onze oude computers en die grote beeldschermen die we tegenwoordig en masse aan de weg zetten? Een gewetensvraag die we onszelf liever niet stellen. Als het dan toch moet: ergens ver weg, in Afrika of Azië of zo? De documentaire Manufactured Landscapes geeft het antwoord: in een grauwe berg van afgedankte computers rommelt een contingent Chinezen. Op zoek naar minuscule onderdelen die nog wat waard zijn. Het werk is smerig en ondankbaar, en niet zonder gezondheidsrisico’s.
Het is nogal confronterend om te zien, deze uitwassen van een globaliserende wereld waarin zelfs afval elders wordt verwerkt. Een bruikbaar onderwerp voor een kritische documentaire, maar dat is Manufactured Landscapes nu net niet. Deze docu van Jennifer Baichwal gaat namelijk over de foto’s van de Canadese fotograaf Edward Burtynsky. Burtynsky is geïnteresseerd in de schoonheid van grootschalige industriële landschappen, die hij op groot formaat in beeld brengt. De mens speelt een ondergeschikte rol, ook in Manufactured Landscapes.
Eenvormigheid
De documentaire begint veelbelovend met een weergaloos tracking shot: op een aangenaam tempo glijdt de camera langs ontelbare rijen Chinese arbeiders in een gigantische fabriekshal. Ze zetten ondefinieerbare apparaten in elkaar, kijken af en toe recht in de lens. Later fotografeert Burtynsky hen buiten, terwijl ze tijdens een appèl worden aangespoord nog sneller te produceren. Je kijkt met Burtynsky mee, naar de symmetrische eenvormigheid van donkerharige mensen tussen gele fabrieksgebouwen. Wis en waarachtig, er schuilt schoonheid in industriële productie. Baichwal volgt Burtynsky naar Bangladesh, waar besmeurde dagloners met blote handen enorme olietankers uit elkaar trekken. Dat levert waanzinnige beelden op van nietige arbeiders op een zwart strand, met op de achtergrond het karkas van een enorm schip. Terug naar China, naar het megalomane Drieklovendam-project. De anonimiteit van de mens bereikt hier een hoogtepunt. Burtynsky fotografeert een landschap dat in korte tijd een transformatie ondergaat. Ruim een miljoen mensen wordt gedwongen huis en haard te verlaten om plaats te maken voor water. Voor ze vertrekken, moeten ze hun dorpen en steden afbreken. Dit is de omgekeerde wereld. Tegenover ons westerse hyperindividualisme staat dociele onderwerping aan autoriteit. Tegenover uitvergrote gevoelens staan afgevlakte emoties.Burtynsky laat zien dat er schoonheid schuilt in industrie, evengoed in het cleane productieproces als in de smerige destructie in de woestenijen van de wereld. Die industriële schoonheid heeft iets ongemakkelijks, omdat ze de natuurlijke leefomgeving van mensen aantast. Burtynsky’s foto’s wijzen ons ongenadig op het pijnlijke contrast tussen materiële behoeftes en bezorgdheid om de natuur. Milieuvervuiling vinden we erg, maar we willen toch een nieuwe computer.
Destructief
De mooie beelden van Baichwal voegen daar niet veel meer aan toe. Manufactured Landscapes blijft op de artistieke afstand van kunstenaar Burtynsky. Jammer, want nu is het een soort making-of van zijn foto’s, in plaats van een verdieping van zijn werk. Inzicht in zijn visie op bijvoorbeeld globalisering en armoede krijg je niet. Anderzijds, zo draagt Manufactured Landscapes op een vreemd hallucinerende manier bij aan het besef dat de scheppende kracht van de mens destructiever is dan we willen zien.