Film / Films

Wonderbaarlijk stuk filmgeschiedenis

recensie: Shaw Brothers Collection

De broertjes Shaw, oorspronkelijk bioscoopeigenaren, groeiden na de tweede wereldoorlog al gauw uit tot de grootste filmproducenten van China, en behielden deze positie totdat in de jaren tachtig de genres waarin ze zich specialiseerden uit de mode raakten. Nog steeds worden de films vaak niet echt serieus genomen, ondanks studies van grote namen als David Bordwell. Maar dat de historische kung fu- en zwaardvechtklassiekers van de Chinese filmgiganten een mijlpaal zijn in de filmgeschiedenis, staat buiten kijf.

Hun invloed is ook aanzienlijk: Quentin Tarantino mag dan in zijn Kill Bill-tweeluik dwepen met de vergane glorie van de Shaw Brothers, hun impact op een hele generatie oosterse filmmakers is veel belangrijker. Niet alleen gevierde actiefilmmakers als Hark Tsui en John Woo (die zijn carrière begon als assistent-regisseur bij een Shaw-regisseur) haalden hun inspiratie uit de Shaw-films, maar alle gevierde Aziatische filmhuisnamen (Edward Yang, Yimou Zhang en Kar-Wai Wong bijvoorbeeld) werden met de Chinese formulefilms grootgebracht. Wong maakte met Ashes of Time nota bene zelf een heuse zwaardvechtfilm, en Zhang scoorde pas echt een hit toen hij bewapende helden door de lucht liet vliegen in Hero.

Duizend films

Scène uit Come Drink With Me
Scène uit Come Drink With Me

De Shaws schreven geschiedenis met een enorme reeks genrefilms, waarvan de vechtfilms het bekendst zijn geworden. Toen de productie goed op gang kwam werd massaproductie ingevoerd; zodra het studiocomplex Movie Town in de jaren zestig eenmaal voltooid was, werden daar voor de Shaws al gauw zo’n 25 films per jaar geschoten. Het gigantische studioterrein van de Chinezen spreekt nog steeds tot de verbeelding, en het lijkt onvoorstelbaar dat zoveel films op dezelfde plek op werden genomen, hoewel de doorgewinterde kijker al gauw dezelfde locaties in verschillende films herkent. De buitenlocaties hadden vlaktes, bergen, een meer, bruggen, en zelfs een replica van de Chinese Muur, de binnencomplexen technische studio’s, eetzalen, oefenruimtes, barakken en appartementen. Er werkten zo’n 1200 mensen dag en nacht aan de filmproducties, en de sterren en regisseurs, die in exclusieve dienst van de Shaws stonden, woonden op het terrein.

Zo produceerde de Shaw Brothers in hun hoogtijdagen (medio jaren zestig tot medio jaren tachtig) meer dan duizend films. Men vermoedde dat de negatieven van deze ontzagwekkende filmschat verloren waren gegaan. Maar het overgrote deel bleek in uitstekende staat te verkeren toen de rechten van de gehele collectie in 2000 eindelijk verkocht werden aan distributiegigant Celestial Pictures. Die maatschappij nam twee jaar later de ontzaglijke klus op zich om een selectie van niet minder dan 760 films te restaureren en op dvd uit te brengen. Dit is waarschijnlijk het grootste filmrestauratieproces dat ooit ondernomen is: nog steeds wordt elke maand een aantal films opgepoetst en klaargestoomd voor een dvd-uitgave, in origineel ‘Shawscope’-formaat, met gecorrigeerde kleuren en een vlekkeloze soundtrack. Wie wel eens een videoversie van een Shaw-film heeft gezien, zal versteld staan van het verschil.

Ballet

Scène uit The 36th Chamber of Shaolin
Scène uit The 36th Chamber of Shaolin

Dutch Filmworks heeft prettig genoeg een tiental van de films voor de Nederlandse liefhebber beschikbaar gesteld. Die selectie bevat voornamelijk ware vechtklassiekers van de drie grote regisseurs Cheh Chang (Che Zhang), King Hu (Chin-Chuan Hu) en de jongere Kar-Leung Lau (Chia-Liang Liu), maar ook wat onbedoeld hilarische genrerommel als Oily Maniac en Mighty Peking Man– de Chinese King Kong. Helaas ontbreken de talloze operaverfilmingen, musicals, melodrama’s en contemporaine misdaadfilms, zodat je geen helder beeld krijgt van al de producties van de Shaws. Maar de liefhebber zal er niet om malen dat de nadruk op kung fu- en zwaardvechtfilms ligt: de uitgekozen films behoren tot het beste wat de genres ooit opgeleverd hebben. King Hu’s invloedrijke Come Drink With Me (1966) bijvoorbeeld was een van de eerste ‘moderne’ zwaardvechtfilms, die het genre opnieuw populariseerde; een unieke film met zijn balletachtige choreografie, en met bovendien een vrouw als held. Een ander voorbeeld is Kar-Leung Lau’s The 36th Chamber of Shaolin (1978). Deze film begint met de clichés van een kung fu-drama, maar blijkt al gauw een magnifiek schouwspel vol verrassingen, met enthousiaste acteurs en een grote technische finesse, met name in de montage (alleen overmatig gebruik van de destijds vernieuwende techniek van de zoomlens dateert de film). Humor zou pas later zijn intrede in het genre doen, en het is Lau die hiermee de weg baande voor latere idolen als Jackie Chan en Sammo Hung.

De Nederlandse schijfjes kosten een schijntje, en dat is er ondanks de zeer fraaie verpakking helaas aan af te zien: de extra’s zijn verdwenen, en de ondertiteling is een amateuristische sjabloonvertaling. Kleine kanttekeningen bij zo’n schitterend kijkje in een wonderbaarlijk stuk filmgeschiedenis.