Boeken / Fictie

Een constante strijd

recensie: Don Carpenter – Vrijdagen bij Enrico's

Toen de Amerikaanse schrijver en scenarist Don Carpenter in 1995 zelfmoord pleegde liet hij een onvoltooid manuscript na. Met Vrijdagen bij Enrico´s schreef Carpenter een prachtige roman over de kunst van het schrijven én de kunst van het leven.

San Francisco in de jaren vijftig en vroege jaren zestig. Schrijvers ontmoeten elkaar in tenten met namen als Jolly Joan, Buttermilk Corner en Dan Tana’s. Daar discussiëren, roddelen en bespreken ze hun affaires, het schrijverschap en tikken ondertussen heel veel drankjes weg. Dat er überhaupt nog geschreven werd mag een godswonder heten. Spin in het bohemien-web zijn Charlie en Jaime. Charlie geldt al jong als grote belofte in de literatuur, maar zwoegt al jaren op zijn grootse oorlogsroman. Jaime ontmoet hem op de universiteit en voelt zich aangetrokken tot het talent. Al snel zijn ze onafscheidelijk en wordt zij zijn vrouw. Ook Jaime schrijft. Volgens Charlie veel beter dan hemzelf. Haar eerste roman wordt een groot succes.

Onzekerheid

Carpenter gunt ons een kijkje in het leven van de schrijver. Dat hij uit eigen ervaring put is overduidelijk, maar van ondergeschikt belang in deze buitengewone roman. Een ode aan de schrijver, het schrijven en de lezer. Hij typeert de dagelijkse worsteling om de pen ter hand te nemen, te gaan zitten en te blijven zitten. De duizend-en-een onbenulligheden, die een schrijversdag kunnen maken of breken. Een voorbeeld:

Het was halverwege de ochtend. Dick had achter zijn schrijfmachine moeten zitten, maar hij had de klassieke fout gemaakt om direct naar de brievenbus te lopen toen de postbode langskwam, een slechte schrijversgewoonte.

Dan is daar ook die verdomde onzekerheid. Is het dat wat ik maak wel goed genoeg? Wat heb ik me in mijn hoofd gehaald? Wat denk ik toe te voegen aan alles wat er al geschreven is door mensen met zoveel meer talent dan ik? Charlie zet zijn roman (letterlijk) bij het vuil en neemt een baan als barman. Hij lijkt zijn nederlaag gelaten te accepteren en is zelfs niet heel ongelukkig. Zijn boek wordt nieuw leven ingeblazen wanneer hij het aanbod krijgt dit in Los Angeles te bewerken tot scenario. Charlie vertrekt naar Hollywood. Niet veel later verlaat Jaime hem.

Losmaken

Het onzekere bestaan van de schrijver is wat Carpenter schetst. Het streven naar onafhankelijkheid in werk en leven. Maar daar altijd is er die strijd. Waaraan toe te geven? Schrijf ik wat ik wil, vergeet ik het publiek, maar zijn mijn verhalen onverkoopbaar? Of please ik het publiek met makkelijk verteerbare lectuur? Eenzelfde strijd leveren de schrijvers met het dagelijks bestaan. Een doorsnee bestaan (relatie, gezin, huis) valt moeilijk te combineren met het schrijversleven. De behoefte naar de drie r’s (reinheid, rust, regelmaat) is er, maar toch ook weer niet.

Is het toeval dat enkel degenen die de discipline hebben, zoals Jaime die iedere ochtend met of zonder kater aan haar bureau zit, zij die zich weten af te zonderen, publicatiewaardig materiaal produceren? De aspirant-schrijvers die dat niet op kunnen brengen, die denken het leven juist nodig te hebben om verheven werk te maken, falen. Zij lijken niet te beseffen dat ze de schrijftafel, de pen en het papier harder nodig hebben. Dat ze moeten breken met de alledaagsheid. Schrijven is je losmaken van het leven.