Boeken / Fictie

In de uitzichtloze grauwheid groeien nog altijd prachtige bloemen

recensie: Silvia Avallone (vert. Manon Smits) - Staal

Piombino. De laatste stop voor wie vakantie gaat vieren op Elba, een mondain eilandje waar ooit Napoleon zijn dagen sleet. In Piombino is de boot naar Elba het enige bezienswaardige. Bij wie er ooit noodgedwongen heeft moeten overnachten, blijft slechts een herinnering van fantasieloze appartementenblokken achter. Dat daar mensen wonen, in de troosteloze lelijkheid van een Italiaans kustplaatsje dat bijkans stikt in de giftige dampen van haar staalovens, dat zou je bijna vergeten.

Staal, het debuut van de jonge Italiaanse Silvia Avallone, beschrijft een jaar uit de levens van de inwoners van Piombino. Die levens zijn even grijs en troosteloos als de appartementen waar ze geleefd worden: de jongens maken lange dagen bij de hoogovens van Lucchini; zwaar werk voor weinig geld. Werk dat slechts verlicht wordt door een snuifje coke of een amfetaminepilletje op z’n tijd. De bejaarde mannetjes hangen in de bar en de vrouwen zitten thuis; vroeg oud geworden door zorgen en geldgebrek, of door de losse handjes van hun echtgenoten.

Anna & Francesca
Zoals wel vaker groeien ook nu weer de mooiste bloemen in de dorre woestenij van uitzichtloosheid. Anna en Francesca heten ze. Ze zijn dertien en in de zomer van 2001 worden ze in hoog tempo volwassen. Ze zijn het onbetwiste centrum van hun microwereldje: de wheelies die de jongens op hun scooters maken, maken ze alleen voor hen, en als de meiden over het strand huppelen in hun kleine bikinietjes of stripteases uitvoeren voor de badkamerspiegel, weten ze de ogen van de mannen van het dorpje onafgebroken op zich gericht. Het is een idylle, zo broos dat hij vroeg of laat wel in gruzelementen moet vallen. En natuurlijk gebeurt dat ook. Het geluk bevindt zich altijd op drijfzand in Piombino.

Tegen de achtergronden van 9-11 voltrekken zich in Piombino ook nogal wat kleine en grote rampen. De kwaliteit van Staal zit hem vooral in de talrijke, maar altijd vloeiende perspectiefwisselingen, waardoor niet alleen Anna en Francesca, maar ook hun vriendjes, broers, vaders en moeders psychologisch worden uitgediept. In Piombino is niemand helemaal slecht of helemaal in orde; het lijkt het echte leven wel. Avallone toont een opvallende empathie en wijsheid voor een 26-jarige auteur. Haar personages zijn levensecht en je zou ze zomaar kunnen tegenkomen. Ware het niet dat geen enkele toerist langer dan noodzakelijk in Piombino wenst te verblijven.

Nieuwe generatie
Staal is wat het is. Geen onderliggende verhaallijnen, geen intellectuele puzzels en eigenlijk ook maar weinig verrassende plotwendingen. Dat sommige levens afstevenen op het onvermijdelijke, daar zullen weinig lezers werkelijk door verbaasd worden. Het boek wordt slechts vooruitgestuwd door zijn personages, zij houden de interesse 352 pagina’s vast. Avallone schreef met Staal een boek dat uitstekend past in wat zo langzamerhand een geheel nieuwe stroming lijkt te worden: romans die zich afspelen aan de zelfkant van de Italiaanse samenleving. In een van die talloze dorpen of stadswijken waar de achterstanden alle dagen lijken te groeien, waar de armoede de opkomst van de maffia in de hand werkt en vice versa, waar jongeren wegtrekken zodra het kan, waar de verf van de muren bladdert en het uitzicht op een betere toekomst voor de achterblijvers steeds troebeler wordt.

Paolo Giordano, Nicola Lagioia, Niccolo Ammaniti en Roberto Saviano zijn voorbeelden van auteurs wier personages gebukt gaan onder littekens, toegebracht door de samenleving waarin ze leven. La vita is in het moderne Italië niet meer zo dolce als de reisbureaus ons willen doen geloven. Wie Italië werkelijk wil leren kennen, moet niet naar Elba, Toscane, of Venetië. Wie Italië werkelijk wil leren kennen, blijft thuis en leest een boek van een van de Angry Young Italians. Staal bijvoorbeeld. Silvia Avallone toont dat er altijd hoop is, zelfs in Piombino. Je moet alleen heel erg goed zoeken.