Boeken / Fictie

Paaldansen op Chopin

recensie: Richard Flanagan - De onbekende terrorist

Het zijn er niet veel, maar ze zijn er: boeken die eigenlijk alleen maar geschreven lijken te zijn om zo snel mogelijk en voor zo veel mogelijk geld verfilmd te worden. En mocht De onbekende terrorist van de Australische schrijver en regisseur Richard Flanagan (1961) inderdaad verfilmd worden, dan zal dat met een beetje geluk nog een vrij behoorlijke thriller opleveren. Maar als roman stelt de opvolger van het indrukwekkende Gould’s Book of Fish hevig teleur. Het verhaal over een ten onrechte van terrorisme verdachte paaldanseres munt uit in log proza, clichés en goedkoop effectbejag.

Eigenlijk is er maar één criterium waaraan een thriller moet voldoen: hij moet spannend zijn. En is Richard Flanagans De onbekende terrorist spannend? Niet echt. En daar is helaas ook alles mee gezegd. Het gaat al fout op de eerste bladzijde. Niet alleen heeft Jezus, zo beweert Flanagan, zijn eigen dood gearrangeerd, hij was ook nog eens “het eerste, maar zeker niet het laatste voorbeeld in de geschiedenis van de zelfmoordterrorist.” Dat klinkt allemaal heel prikkelend, maar de vraag waarom dat dan zo is weet Flanagan niet overtuigend te beantwoorden. Ook niet al te overtuigend is de cameo van Nietzsche. De man die ons de “slavenmoraal” en het “ressentiment” gaf, wordt door Flanagan verhaspeld tot een tragisch slachtoffer van het feit dat liefde niet genoeg is, een negentiende eeuwse Don Quichot, vechtend tegen de molens van de liefdeloosheid.

~

Het is alsof Flanagan zich in deze eerste pagina’s krampachtig een intellectueel alibi probeert te verschaffen voor de modderstroom aan banaliteit die de lezer in de rest van het boek in de maag wordt gesplitst. Na Flanagans filosofische ouverture maken we kennis met Gina Davies, gedurende het verhaal steeds de Pop genoemd. De Pop is een paaldanseres van Libanese afkomst in een morsige nachtclub in Sydney’s al even morsige wijk King’s Cross. Een prettige plek is Sydney in De onbekende terrorist niet: de metropool is in de greep van de angst. Er zijn drie bommen gevonden in het Olympisch stadion en de inwoners hebben de mond vol van terroristische cellen, aanslagen en extremisten.

De Zwarte Weduwe

De nacht na de vondst van de explosieven ontmoet de Pop een jonge, aantrekkelijke computerprogrammeur van Arabische afkomst. Ze gaan naar zijn hypertrendy appartement, nuttigen de nodige lijntjes coke en duiken het bed in. Als de Pop de volgende morgen wakker wordt, is haar bedgenoot spoorloos verdwenen. Later op de dag ziet ze op een groot videoscherm dat de politie op zoek is naar een voortvluchtige terrorist. Vage beelden van een veiligheidscamera tonen de terrorist, arm in arm met een, zoals de nieuwslezer zegt, vooralsnog onbekende vrouwelijke handlanger. Die handlanger is, jawel: de Pop.

In het restant van het boek ontvouwt zich een kat-en-muis-spel tussen politiek, media en politie aan de ene kant en de arme op de vlucht geslagen Pop aan de andere kant. Een hoofdrol is daarbij weggelegd voor de sleazy Richard Cody, een televisiepersoonlijkheid die zijn in het slop geraakte carrière nieuw leven tracht in te blazen met een geruchtmakend, grotendeels uit de duim gezogen verhaal over de inmiddels tot Zwarte Weduwe herdoopte Pop. De titel van de op prime time uitgezonden reportage: “De onbekende terrorist”.

Prada en Louis Vuitton

Richard Flanagan heeft met De onbekende terrorist een aanklacht willen schrijven tegen de paranoia van het moderne terrorisme-tijdperk en de manipulatie van die paranoia door de media, een aanklacht bovendien tegen wat Flanagan ziet als de groeiende intolerantie van het Australië van premier John Howard. Dat is allemaal zonder meer sympathiek. Het is alleen jammer dat Flanagan zijn boodschap niet met wat meer subtiliteit verpakt. De politiek is slecht, de media is slecht, Sydney is slecht en haar inwoners zijn weinig meer dan een verzameling xenofobe half-idioten, van het type dat door Geert Wilders uit de partij zou worden gezet wegens te rechtse sympathieën.

Maar met de te nadrukkelijke politieke boodschap van De onbekende terrorist is nog wel te leven. Ergerlijker is Flanagans neiging veel, héél véél uit te leggen. Geen gedachtenkronkel van de personages, hoe nietszeggend ook, blijft de lezer bespaard en Flanagan brengt ze met zo veel aplomb dat je bijna zou gaan denken met diepe psychologische inzichten te maken te hebben. Zo komen we het volgende te weten over de door de wol geverfde politieagent Nick Loukakis, als deze plotseling een vreselijke stank ruikt: “Zoals altijd wanneer in zijn waarneming iets stonk, besloot hij instinctief op zoek te gaan naar de oorzaak van de stank.” Briljant! Dat soort mannen hebben we nodig!

En hoewel Flanagan zijn hoofdpersoon de Pop probeert neer te zetten als een materialist pur sang met een ernstige pillenverslaving en een belevingswereld die niet verder gaat dan Prada en Louis Vuitton, houdt ze er desondanks toch nog behoorlijk ingewikkelde ideeën op na over de heilzame werking van de Nocturnes van Chopin, de onkiese rol van de media in het terrorisme-tijdperk en (!?) de val van de Nederlandse enclave in Srebrenica in 1995.

Nocturnes

Al even erg als de ongeloofwaardige personages in De onbekende terrorist is het volstrekte gebrek aan originaliteit. Lijken duiken steevast op in kofferbakken of in met beton volgestorte vuilcontainers en revolverschoten klinken als BLAM! BLAM! Voeg daarbij de slordige, gehaaste stijl en alle ingrediënten voor een onverteerbaar boek zijn aanwezig.

En misschien doet dit er allemaal wel helemaal niet toe voor de liefhebber van “het spannende boek”, zoals je een sumoworstelaar ook niet beoordeelt op de sierlijkheid van zijn plié. Maar echt spannend is De onbekende terrorist ook al niet. De roman thrillt niet omdat Flanagan geen moment geloofwaardig kan maken waarom heel Australië in vredesnaam achter een paaldanseres aanzit zonder dat ook maar iemand zich afvraagt of ze misschien toch niet onschuldig is. En van het woord “advocaat” lijkt niemand in De onbekende terrorist gehoord te hebben.

Al met al wekt De onbekende terrorist de indruk een haastklus te zijn geweest en het resultaat is weinig meer dan een veredeld filmscript. De filmrechten van het boek zijn inmiddels vast al verkocht. Over de soundtrack van de film zullen de eventuele filmmakers vast niet lang hoeven na te denken – de Nocturnes van Chopin duiken werkelijk overal in De onbekende terrorist op, tot tijdens het strippen aan toe. Nu maar hopen dat de filmmakers flink de schaar in Flanagans verhaal zullen zetten. Voor wie niet wil wachten op de film: lees Richard Flanagans veel betere Gould’s Book of Fish, over een negentiende eeuwse strafkolonie aan de Tasmaanse westkust.