Boeken / Non-fictie

Verhalen van een insider

recensie: Peter Kee - Het briefje van Bleker

.

Kee, die eerder bij Buitenhof en De leugen regeert werkte en vanaf het begin bij P& W betrokken is,  is als politiek redacteur op meerdere manieren een insider. Hij weet wat er op  redactievergaderingen gebeurt en hoe Pauw en Witteman zelf zich voorbereiden op een uitzending. Aan de andere kant reist hij continu heen en weer tussen Amsterdam en Den Haag, en beslaan zijn avonturen op het Binnenhof een aanzienlijk deel van het boek. Hij doet de bijnaam die hem wel is gegeven – ‘de koning van het Binnenhof’ – af als onzin, maar het wordt wel duidelijk dat hij overal lijntjes heeft en die soms flink moet aantrekken om ervoor te zorgen dat de juiste gasten op de juiste avond aan de tafel van P&W belanden.

Ontploffende Rutte
Erg leuk voor ons natuurlijk, want zo krijgen we niet alleen inzicht in hoe een politiek redacteur te werk gaat, maar ook in de manier waarop politici te werk gaan. Kee verhaalt met veel sjeu over Rutte die ontploft aan de telefoon (“nou, nou, Mark, mag het iets kalmer?”), Henk Bleker die Mauro Manuel een briefje toeschuift over de P&W-tafel, Femke Halsema die aan haar eigen tafel thuis uitlegt waarom ze de politiek verlaat, en wat er gebeurde nadat Hero Brinkman aankondigde te hebben gebroken met Geert Wilders en de PVV:

Hij neemt plaats achter zijn computer. Voor mij is er een stoel schuin achter hem. Hij stuurt met een autoritair gebaar zijn medewerkster de kamer uit om koffie voor ons te halen. Voor iemand die jaren onder het juk van een despoot heeft gezucht gaat het leidinggeven hem eigenlijk best goed af. (…) Dan gaat zijn telefoon. Het is de griffie met de vraag of en hoe hij zich wil aanmelden. Een historisch moment: ik ben getuige van de geboorte van een nieuwe partij. ‘Eh ja, doe maar de Groep Brinkman.’ Zo gaan die dingen dus – een beetje tussen de bedrijven door.

‘The real thing’
Er kleven ook nadelen aan die insider-status. Het briefje van Bleker is geen objectieve ontleding van de werkwijze van P&W, de keuzes die door de redactie worden gemaakt, of de ethische en morele paden die er bewandeld worden. Kee geeft fouten grif toe, maar hij is en blijft een lid van de P&W-club. (Over concurrent Knevel & Van den Brink: ‘Zij zijn Pepsi, wij zijn the real thing’). Kee bevindt zich in de positie Jeroen Pauw, Paul Witteman en eindredacteur Herman Meijer exclusief aan het woord te kunnen laten, maar is niet erg kritisch over hun uitspraken. Als Meijer een oordeel heeft geveld, dan is de kous af. En Kee wijdt dan wel een hoofdstuk aan het ‘moslims & vrouwen treiteren’ waar P&W zo vaak van beschuldigd wordt, maar zijn verdediging weet niet te overtuigen.

Het briefje van Bleker biedt een uniek perspectief op de Nederlandse politiek van de afgelopen jaren, inclusief zaken die alweer heel lang geleden lijken: de drama’s rond PVV’ers als Dion Graus, de val van Ella Vogelaar en het mislukte fractievoorzitterschap van Job Cohen. Daarnaast is het een fascinerend kijkje in de keuken van het televisieprogramma waar elke politicus (behalve Wilders dan) maar wat graag verschijnt. Maar toch blijft het gevoel hangen dat je Pauw, Witteman, Meijer – en Kee – toch nog graag zelf een keer aan de tand zou willen voelen.