Boeken / Fictie

‘Als je erover nadenkt (wat ik heb gedaan)’

recensie: Matt Greene (vert. Robert Neugarten) - Hou je mond en zeg iets

De penetrant loerende struisvogel op het omslag van Hou je mond en zeg iets lijkt symbool te staan voor de onbehaaglijkheid die deze debuutroman oproept. In het gemankeerde hoofd van een puber is het niet gemakkelijk je weg te vinden.

Op een van de eerste pagina’s laat Matt Greene zijn jonge hoofdpersoon met een verklaring komen voor dit beeld: ‘ik weet hoe het is om gestruisvogeld te worden, wat een beter woord is voor buitengesloten (omdat struisvogels niet kunnen vliegen, dus ze voelen zich vaak het buitenbeentje)’. Dat is precies de positie van de twaalfjarige Alex die een gecompliceerde hersenoperatie heeft ondergaan en bezig is de gevolgen daarvan in zijn dagelijkse bestaan in te passen. Een buitenbeentje – mikpunt van onvermijdelijke pesterijen van zijn leeftijdsgenoten ­– dat definitief de binnenwereld in zijn beschadigde hoofd heeft opgezocht en een heel boek lang zijn gedachtespinsels over ons zal uitstrooien.

Wijsneus
Alex is druk met de voorbereiding van een essay dat hem toegang moet verschaffen tot een prestigieuze vervolgopleiding. Hij vermengt zijn overpeinzingen regelmatig met een overzicht van grammaticale stijlvormen en andere wijsneuzerigheid – doorgaans tussen haakjes, dubbele haakjes of driedubbele haakjes – die in het begin een geestig effect opleveren maar gaandeweg behoorlijk hinderlijk worden. Zoals de ongemakkelijke stilte aan de eettafel, die hij beschrijft als een extra gast:

(Dat is een metafoor. Daarvan zal ik er waarschijnlijk wel meer gebruiken, want dat moet als je een hoog cijfer wilt halen voor je essay, en daar oefen ik voor want dat heb je nodig voor een beurs. Je moet ook echter zeggen in plaats van maar en daarenboven in plaats van bovendien en als het kan mensen dingen laten uitroepen en opmerken in plaats van gewoon zeggen.)

Seks en porno
Wat Alex echter het meest bezighoudt is de problematische relatie tussen zijn ouders. Hij is bang dat er een scheiding op de loer ligt en verdenkt z’n vader van vreemdgaan. Dat zorgt voor nog meer complicaties in zijn toch al drukke hoofd, waardoor hij als een achterdochtige detective op onderzoek uitgaat. Andere zaken waar Alex mee worstelt zijn het verliefde gevoel voor een excentriek schoolvriendinnetje, de verzorging en overleving van zijn hamsters en de ontdekking van seks en pornografie op internet. Die mateloos ingewikkelde wereld brengt hij onder in conclusies en opsommingen die vergeefs voorwenden enige helderheid te verschaffen.

Pornografie heeft al voor verschillende vakken zijn nut bewezen:
1. Biologie (lijkt me duidelijk)
2. Engels (je treft nogal wat grammaticale fouten aan, zoals tautologieën. In de titel Sletterig blondje zuigt en neukt vier mannenzwaarden in gangbang is bijvoorbeeld het woord ‘sletterig’ overbodig).
3. Wiskunde (zo nu en dan een harde (persoonlijk record tot nu toe 56,107 kubieke centimeter)).

Mark Haddon
Matt Greene weet van zijn eerste roman niet veel meer te maken dan een aaneenschakeling van anekdotische bespiegelingen van een opgroeiende jongen die door zijn hersenaandoening niet goed weet om te gaan met de steeds veranderende buitenwereld. De kwaal draagt bij aan de stilistische charme van het boek dat verder gewoon de ‘coming of age’ van een zoekende puber is – een weinig origineel uitgangspunt dat overigens sterke overeenkomsten vertoont met Mark Haddons Het wonderbaarlijke voorval met de hond in de nacht (2003).

Alex blijft rondcirkelen in zijn eigen pijnlijke hersenpan en komt nauwelijks tot een aannemelijke interactie met de mensen om hem heen. Dat maakt de lezer op den duur wat ongemakkelijk – en lichtelijk vermoeid – maar zie, dan komt Greene toch met een slotakkoord dat de zaak in een ander licht stelt: de afsluitende zakelijke briefwisseling onthult dat er iets is misgegaan met het essay dat Alex uiteindelijk moest schrijven. Een wending die alsnog verrast maar de ziel is dan al uit het boek gevlogen.