Boeken / Fictie

Stahlie mist hoge leeslijstnotering

recensie: Maria Stahlie - Scheerjongen

.

Aldo is de hoofdpersoon van Maria Stahlies roman Scheerjongen. In de maanden die volgen tracht hij zich uit alle macht klaar te stomen voor het bestaan als ‘Italiaan Oude Stijl’, gehard voor het overleven in het ‘Naakte Zuiden’. Hij oefent zijn gezichtsuitdrukkingen en gebarentaal, eert zijn moeder, verzet zich tegen het conformisme van zijn vader en gaat op zoek naar de eerste zoen en de eerste seks.

Vestdijk


In de beste traditie van de Nederlandse psychologische roman leidt Aldo’s verlangen naar Oud-Italiaanse mannelijkheid tot diepe zielenroerselen, maar weinig concrete actie. Zijn ervaringen met de onbereikbare Anna ten spijt, valt Aldo wederom als een blok voor ongenaakbare dames. En nog wel tot tweemaal aan toe. Hij scoort, uiteraard niet van één van hen, een ellenlange en desillusionerende tongzoen, maar laat de kans op seks schieten. En als hij dan eindelijk in een situatie komt waar hij als rechtgeaarde Italiaan Oude Stijl zeker had moeten handelen, laat hij dit achterwege.

In de betere gedeelten doet Scheerjongen denken aan het oeuvre van Simon Vestdijk. Aldo is, als hij tenminste niet oog in oog staat met het object van zijn verlangen, bijna net zo gevat en erudiet als Philip Corvage in Ivoren Wachters. En in zijn verliefdheid heeft hij veel weg van Anton Wachter in Terug tot Ina Damman. De sms-berichten die hij met zijn broertje Giu uitwisselt zijn bovendien, op een puberaal niveau, echt geestig: ‘Een aberratie is geen sinecure’.

Teleurstelling


Stahlie slaagt er echter niet in om Aldo’s gevatheid door te laten klinken in zijn gedachtestromen. Dat die hoogdravend zijn en elkaar voortdurend tegenspreken, is nog tot daar aan toe. Daar is de beste jongen per slot van rekening zestien voor. Maar Stahlies taalgebruik is te vaak gekunsteld en gemaakt. Vooral haar retorisch gebruik van de herhaling gaat naarmate het boek vordert steeds meer irriteren.

Dit is vooral jammer omdat het ten koste gaat van de mate waarin je als lezer sympathie kan opbrengen voor de hoofdfiguur. Stahlies overgestileerde stijl staat daarmee een potentieel succes van Scheerjongen als leeslijstenvuller in de weg. Ook het plot is ronduit teleurstellend. Het is helaas tekenend dat het enige lichtpuntje kan worden gevonden in de tragische bijrol van ex-wielrenner Laszlo Metzlar, die Aldo ontmoet tijdens zijn stage in een verzorgingshuis. Hij verkeert door een mislukte zelfmoordpoging in een catatonische stupor en is gedwongen alle geheimen, zorgen en problemen van het personeel aan te horen. Of hij daar ook iets van meekrijgt is onzeker, maar in het geval van Aldo mag men wellicht hopen van niet.