Boeken / Non-fictie

Verscholen achter een masker van democratie

recensie: Malalai Joya (vert. Marjolijn Stoltenkamp) - Een vrouw tussen krijgsheren

Een jonge Afghaanse besluit zich in 2003 uit te spreken over de misstanden in haar land. In alle openbaarheid vertelt ze over het Afghaanse gezag, dat volgens haar voor de grote meerderheid bestaat uit oorlogsmisdadigers. De reacties zijn heftig en plotseling is ze haar leven niet meer zeker. In Een vrouw tussen krijgsheren schetst activiste Malalai Joya het ontstaan van Afghanistans schijndemocratie en de buitenlandse inmenging daarin.

Malalai groeit op in vluchtelingenkampen. Vanaf haar vijftiende geeft ze illegaal meisjes– en vrouwenonderwijs. Naarmate de situatie in Afghanistan verslechtert, groeit haar toewijding uit tot politiek activisme. Ze is vijfentwintig als ze op een openbare politieke vergadering een boekje open doet over de criminele achtergrond van de Afghaanse bestuurders. Ze eist berechting van oorlogsmisdadigers die zich met steun van de Amerikanen ‘verschuilen achter een masker van democratie’. De paar minuten spreektijd maken haar in één klap beroemd in binnen– en buitenland.

Vanaf de toespraak wordt Joya met de dood bedreigd. Toch stelt ze zich verkiesbaar voor het Afghaanse parlement. Tegen alle – inclusief haar eigen – verwachtingen in wordt ze verkozen. Maar democratische schijn bedriegt: haar microfoon wordt uitgezet als ze tracht te spreken en uiteindelijk wordt ze geschorst. Internationale steunbetuigingen mogen niet baten, tot op de dag van vandaag is haar de mond gesnoerd.

Amerikaanse hypocrisie
In deze autobiografie beargumenteert Joya dat de buitenlandse inmenging door de geschiedenis het proces van democratisering in Afghanistan heeft belemmerd. Omdat het land al zo lang in oorlog is, zijn er telkens andere groeperingen door buitenlandse steun aan de macht gekomen en kon zich nooit een burgerbeweging of intellectuele elite ontwikkelen. Afghanen zijn niet zo achterlijk als ze worden afgeschilderd in de Westerse media, aldus de schrijfster. Dit ‘achterlijke’ beeld verstevigt enkel de macht van de fundamentalistische krijgsheren. Hoewel corruptie en armoede toeneemt, is er ondertussen van internationale berechting van oorlogsmisdadigers geen sprake.

De manier waarop ze zelf behandeld wordt is een goed voorbeeld van een tegenstelling in het democratiseringsbeleid van de VS. Hoewel toch democratisch gekozen, krijgt Joya geen bescherming en wordt ze zonder pardon uit het parlement gezet omdat ze kritiek uit op andere politici. De vraag rijst waarom NAVO–officials niets ondernemen tegen deze ondemocratische manier van doen.

‘Ieder compromis is zwakheid’
Het doorzettingsvermogen van de vrouwenrechtenactiviste vormt de rode draad in het verhaal. Ze weigert het land te verlaten en verzet zich tegen NGO’s en de VN die willen dat ze haar toon verzacht. Zelf beschrijft ze haar hardnekkig doorzetten als de reden voor haar ‘succes’. Want ‘degenen die alleen de taal van het geweer kennen, beschouwen ieder compromis als zwakheid’. Dit zelfde argument gaat volgens Joya op voor de Afghaanse bevolking:

Veel, heel veel mensen, onder wie zelfs enkele van mijn collega’s in het parlement, hebben me benaderd om te bekennen dat ze me heimelijk steunen, maar dat ze dat niet in het openbaar konden doen. Deze vorm van steun is in principe zinloos. Daarom heb ik herhaaldelijk gezegd dat het zwijgen van goede mensen erger is dan de daden van slechte mensen.

‘Toen dit, toen dat’
Joya haalt de Washington Post en rapporten van Amnesty aan om haar verhaal kracht bij te zetten. De opsommingen van personen met een ‘fout’ verleden zijn ontzaglijk en de persoonlijke verhalen van verkrachting en moord gruwelijk. De felheid van de schrijfster kan af en toe ook als ongenuanceerd ervaren worden – bijvoorbeeld de passage dat ze beargumenteert dat Bush een schoen naar zijn hoofd zou moeten krijgen – maar versterkt ook haar menselijke kant.

Een vrouw tussen krijgsheren is een autobiografie die opvalt vanwege de inhoud en minder vanwege de leesbaarheid. De stijl heeft een hoog ‘en toen dit en toen dat’–gehalte. Toch is het de vraag of de gebrekkige journalistieke vaardigheden haar politiek statement teniet doen. Zoals ze zelf schrijft, strijdt Joya ervoor ‘om de wereld op de hoogte te stellen van de waarheid over Afghanistan en dat doet ze met hartstocht. Vanuit een land waar de helft van het geld voor ontwikkelingshulp wordt betaald aan steekpenningen en ’s werelds hoogste babysterfte heerst, komt de boodschap toch hard aan.