Boeken / Fictie

Mevrouw Weetniks

recensie: Lore Segal (vert. Paul Syrier) - Haar eerste Amerikaan

De eenentwintigjarige joodse Ilka Weissnix vlucht vanuit Europa naar New York voor het opkomende fascisme. In New York is ze een van de vele migranten die de oceaan is overgestoken en ze besluit op zoek te gaan naar het ‘echte Amerika’. Het lijkt er op dat Lore Segal (1928) voor haar roman Haar eerste Amerikaan autobiografische elementen heeft gebruikt, maar het boek is daardoor niet beter geworden.

Vorig jaar gaf uitgeverij Nieuw Amsterdam Op zoek van Amy Bloom uit, een boek dat overeenkomsten vertoont met Haar eerste Amerikaan. In beide boeken verlaat een jonge joodse vrouw het Europese continent om in Amerika een nieuw bestaan op te bouwen. Misschien heeft Bloom wel inspiratie geput uit Segals boek dat in 1985 voor het eerst verscheen, maar Op Zoek is in alle opzichten beter dan Haar eerste Amerikaan.

Babylonisch
De achternaam van Ilka Weissnix is bijzonder treffend: ze is naïef, onwetend en wereldvreemd. Zo weet Ilka bijvoorbeeld niet of de zwaar drinkende, zwarte intellectueel Carter Bayoux, die ze in een kroeg ontmoet, nu wel of niet een ‘zwarte Amerikaan’ is. Blank of donker, Carter wordt Ilka’s persoonlijke gids naar het ‘echte Amerika’: New York is immers maar een migrantenkolonie. Ondanks dat verblijven ze hoofdzakelijk in The Big Apple. Het contrast tussen Ilka en Carter, die VN-gezant is geweest, kon niet groter zijn, maar toch groeien de twee naar elkaar toe in een destructieve en verwarrende liefdesrelatie waarin taalverwarring tot Babylonische situaties leidt.

Carter blijkt een destructieve drinker te zijn, die vanuit het schimmige hotel waar hij woont zijn leven tot een complete puinhoop maakt. Ilka, die schijnbaar geen levensdoel heeft afgezien van het ware Amerika te leren kennen, koestert een geduldige hoop dat Carter stopt met drinken waarna ze een volwaardige relatie kunnen hebben. Maar, zoals een passant in het boek opmerkt, is hoop niet de wortel van het kwaad?

Mijn laatste Amerikaan
De uitgeverij meent te weten dat Haar eerste Amerikaan wordt beschouwd als een klassieker in de moderne Amerikaanse literatuur. Zoiets is makkelijker gezegd, dan gerechtvaardigd – waarom is het dan pas 25 jaar later vertaald? Het is een droevige vertelling die ontroert en stilistisch mooi is gelukt, maar iets essentieels mist. Amy Bloom laat in Op zoek haar jonge heldin Lillian een zoektocht ondernemen naar haar dood gewaande kind. Lillian heeft een drive die de lezer meevoert. Dat ontbreekt overduidelijk in Haar eerste Amerikaan. Daarnaast zijn de karakters doorgaans slecht uitgewerkt en de dialogen, evenals llka, soms niet te volgen:

‘Wie gaat er nee zwemmen?’ vroeg Ebony de volgende ochtend.
‘Gaan we zwemmen?’
‘Ja’, zei Ebony. ‘Ik moet er niet aan denken wat er met mijn haar zal gebeuren. Liefje, ga je mee?’
‘Ik ga weer naar bed,’ zei Stanley.
‘Dan zul je je eigen lunch moeten maken,’ zei Ebony, ‘omdat wij bij de Herberg met het Witte Hek gaan lunchen.’
‘Nee toch!’ riep Ilka.
‘Ik kan mijn eigen lunch maken!’ zei Stanley. ‘Waarom denk je dat ik niet mijn eigen lunch kan maken?’
‘Ja, waarom zou ik dat nou denken? Percival? Doris Mae?’
‘Ik zal, als iedereen me wil verontschuldigen,’ zei Percy, ‘Stanleys New York Times lenen en in de zon gaan zitten.’
‘Stelletje mietjes’, zei Ebony tegen Annie.