Boeken / Fictie

Van magisch realisme naar realisme

recensie: José Saramago (vert. Harrie Lemmens) - Kleine herinneringen

.

Het idee voor Kleine herinneringen ontstond al toen Saramago werkte aan Memoriaal van het klooster en had als oorspronkelijke titel Boek der verzoekingen. Hij wilde daarin de verleidingen waaraan de mens onderhevig is en de verwarring die wordt veroorzaakt bij het weerstaan daarvan illustreren. Inspiratiebron voor het boek was de door lusten verblinde Heilige Antonius, zoals geschilderd door Jeroen Bosch in zijn Verzoeking, waarin Antonius wordt blootgesteld aan alle verleidingen die de natuur rijk is. Al gauw vond de schrijver echter dat zijn literaire gaven “ver onder de grootsheid van het project bleven”, waarop hij de titel veranderde in Kleine herinneringen; gewoon een bewaarplaats voor herinneringen, waarin hij het beoogde thema zou huisvesten. Want de gelijkenissen tussen de heilige Antonius en Saramago zijn snel gevonden, vindt hij zelf. Ook hij moest als kind monsters, schrikbeelden en verleidingen weerstaan en niet altijd met succes. Daar wordt hij dan ook meer dan eens voor gestraft. En welk kind niet?

Ironie
In deze korte uitleg over het ontstaan van de titel, raakt Saramago een centraal thema uit zijn werk aan: de mens is een dier onder de dieren dat soms verheven denkt te zijn boven de rest van de dieren, maar gemakkelijk ontspoort, hetgeen immoreel handelen tot gevolg heeft. In zijn Cadernos de Lanzarote verwoordt hij dat als volgt: “Thans zie ik mij geplaatst voor twee mogelijkheden: de rede doet in de mens niets anders dan slapen en monsters vervaardigen, of de mens, ontegenzeglijk een dier onder de dieren, is, ook dat ontegenzeglijk, het meest irrationeelste dier van allemaal. Ik neig steeds meer tot de tweede stelling.” Deze opvatting is één van de grondvesten van de ironie, waar veel van zijn romans van doorspekt zijn; ironie die een handelskenmerk is geworden en zelfs geroemd werd door de Academie voor de Nobelprijs, die hij in 1998 in ontvangst mocht nemen. Toch is het een opluchting dat die ironie in dit boek grotendeels uitblijft.

Omdat een groot deel van wat de personages in zijn romans meemaken is geput uit de eerste vijftien jaren van zijn leven, zoals in dit boek beschreven, zullen trouwe Saramago-lezers veel scènes herkennen. Zo komen zijn tochten door Lissabon en ook het uitwisselen van de krant uit geldgebrek bijvoorbeeld terug in Het jaar van de dood van Ricardo Reis, en was een vroegere vriend van de schrijver een eenzame pottenbakker, zoals in Het schijnbestaan. Verreweg de meeste herinneringen zijn terug te vinden in Alle namen. Het hele idee voor dat boek ontstond bij de chaos die hij in het archief aantrof terwijl hij op zoek was naar gegevens van zijn overleden broer. Ook zijn eigen naam heeft hij trouwens te danken aan eenzelfde wanorde. Doordat de ambtenaar van de burgerlijke stand een glaasje te veel op had, noteerde deze niet alleen zijn werkelijke achternaam ‘De Sousa’, maar ook de bijnaam van Saramago’s vader.

De kunst van taal
In Kleine herinneringen is Saramago erin geslaagd zijn herinneringen op ontroerende maar ook grappige wijze op papier te zetten. Zo beschrijft hij bijvoorbeeld de relatie tussen de buurvrouw en zijn vader: “(…) want mijn moeder vermoedde, of wist het zeker, dat er zich bepaalde, in het licht van ieder waardeoordeel, zelfs van de meest tolerante, overdreven intimiteiten tussen mijn vader en haar hadden voorgedaan.” De pogingen met zijn eerste vriendinnetje: “Ik ben een paar keer bij haar thuis geweest(…), schuchter en verlegen, zoals ik was, maar tegelijk vastbesloten om er alles, of zoveel mogelijk, uit te halen. Het werd niets.” En zijn eigen foto’s: “Broekzakken zijn de redding van de schuchteren”. In die herinneringen komen Saramago’s Grote Thema´s wel degelijk aan de orde, zoals hij in eerste instantie ook bedoeld had, maar subtiel en op de achtergrond. Vandaar dat Kleine herinneringen wat luchtiger dan zijn eerdere werk is, maar zeker niet van mindere kwaliteit. Pagina na pagina verbaast de Portugese auteur ons met zijn afgewogen, creatief en vernuftig taalgebruik, waarmee hij wederom bewijst een ware taalkunstenaar te zijn. Maar echt nieuws is dat niet.