Boeken / Fictie

Flitsliteratuur

recensie: Etgar Keret (vert. Ruben Verhasselt) - Superlijm

.

Na het succes van Verrassing uit 2012 is ook Etgar Kerets debuut Superlijm vertaald. Een razendsnelle verzameling flash fictie, samengesmeed tot een absurdistisch geheel.

Flash fictie betreft het genre extreem korte verhalen, hoewel de meningen verdeeld zijn over hoe kort die verhalen dan precies moeten zijn. In het geval van Keret betekent het dat ze zelden boven de vijf pagina’s uitkomen, waardoor er maar liefst vijftig verhalen zijn verzameld in de tweehonderd pagina’s van Superlijm. Dat geeft de bundel een hoog 365 verhaaltjes voor het slapengaan-gehalte. Geen boek om in één adem uit te lezen dus, daarvoor springen de verhalen al te zeer van de hak op de tak. Door enkele verhalen per keer te lezen komt de bundel beter tot zijn recht.

Kabouters zien

In de bonte stoet verhalen komen even voor de hand liggende als vergezochte karakters voorbij. In ‘Sjoeni’ vindt Meir troost bij een leger kabouters wanneer zijn vriendin bij hem is weggegaan. In ‘Voor maar 19,99 sjekel (incl. BTW en verzendkosten)’ koopt Nachoem een boek over de zin van het leven. Pas na een instructieve brochure hoe hij mensen naar zich kan laten luisteren en het lezen van het boek Van vijand tot vriend kan hij de boodschap overbrengen.

Vanaf dat moment duurde het niet lang voor de betekenis van het leven aan de rest van de mensheid was geopenbaard. Alle landen ter wereld ontwapenden zich, sommigen smeedden hun zwaarden om tot ploegscharen, andere vonden er nog betere toepassingen voor. Nachoem bracht het grootste deel van zijn tijd door met de verzorging van de tomatenplanten op de binnenplaats van de flat van zijn ouders, trots dat ook hij zijn steentje had bijgedragen tot het geluk van de hele wereld.

Het titelverhaal, over een vrouw die haar vreemdgaande partner ‘vastlijmt aan haar lippen’, werd vorig jaar beloond met een korte film op het Rhode Island International Film Festival. Dat is voor Keret niet de eerste keer dat een van zijn verhalen verfilmd wordt. Wristcutters: a love story is gebaseerd op zijn Kneller’s Happy Campers.

Het stuur los en gáán

Voor Keret is verhalen schrijven zoals autorijden, waarbij hij het gaspedaal indrukt en zijn handen van het stuur haalt. Inspiratie haalt hij uit Kafka, de broeders Coen en Terry William, allen bekend om hun knotsgekke verbeelding. ‘Mijn verhalen zijn subjectief,’ zo verklaart hij de aanwezigheid van kabouters en schepsels als ‘de wormenman’. ‘Subjectieve ervaringen kunnen zowel surrealistisch en waar zijn als realistisch en volledig fout. Wanneer ik schrijf ben ik geïnteresseerd in wat verhalen representeren, niet in of ze correct zijn.’ Hoewel iedere roman tot in zekere mate subjectief is, vat Keret hier samen waarom hij in grote delen van de wereld zo razend populair is: zijn verhalen zijn absurdistisch genoeg om eenieder er zijn eigen waarheid uit te doen extraheren. Niet het verhaal, maar de boodschap, niet de bestemming, maar de weg is waar het om gaat.

In zijn geboorteland Israël wordt beweerd dat Kerets boeken het meest worden gestolen. Na publicaties in onder andere The New York Times en Le Monde wordt hij geroemd als meester van het korte verhaal, maar in zijn debuutroman Superlijm heeft hij duidelijk nog last van opstartproblemen. De bundel werd voor het eerst uitgebracht in 1992 en de meeste verhalen stammen al uit de jaren tachtig, de diensttijd van Keret. Grofweg de helft van zijn verhalen hebben dan ook te maken met zijn ervaringen in het leger en eenzelfde deel van zijn verhalen mislukt omdat de opbouw ontbreekt, de personages eendimensionaal blijven of, wat het meest frequent voorkomt, het verhaal gewoon niet af is. Verhalen als ‘Apenkuren’, waarin onderzoekster Jaël een aap zover probeert te krijgen om een banaan te eten voor de deadline die haar professor haar stelt, ontstijgen nooit het niveau van een situatieschets. De harde voltreffers in verhalen als ‘Superlijm’ compenseren dat maar ten dele.