Boeken / Fictie

Op de sofa

recensie: E.L. Doctorow (vert. Sjaak Commandeur) - Andrews hersenen

.

Nou, Doc, roept u maar. Waar gaan we het vandaag over hebben?
Was je niet bezig in een boek over een hersenwetenschapper?
Je bedoelt Andrews hersenen van E.L. Doctorow. Dat heb ik gelezen ja.
Was het wat?
Het was onderhoudend, maar ook een beetje raar.
Vertel.
Tja, Doc, het is helemaal niet zo makkelijk om het boek samen te vatten, laat staan het boek te duiden.
Het maakt niet uit als het niet helemaal perfect is.
Nou ja, Andrew is een cognitiewetenschapper die veel lijkt te weten over de werking van de hersenen, maar door de manier waarop Andrew over zichzelf praat, wordt duidelijk dat hij met die kennis in ieder geval niet in staat is zichzelf te helpen.
Waarom moet hij geholpen geworden?
Zijn leven is nogal tragisch verlopen. Hij heeft per ongeluk zijn eerste dochtertje een dodelijke dosis medicijnen toegediend. Daardoor heeft hij zijn eerste vrouw verloren en zijn latere grote liefde komt om bij de aanslagen van 9/11. Hij is ervan overtuigd geraakt dat hij er zelf schuldig aan is dat iedere keer als zijn leven op rolletjes loopt hij de mensen van wie hij het meest houdt pijn doet. Dat is natuurlijk niet waar. Hij heeft gewoon veel pech gehad. 
Hoe praat die Andrew over die gebeurtenissen?
Vooral erg vaag. Soms spreekt hij in de eerste, dan weer in de derde persoon enkelvoud. Soms doet hij alsof dingen die daadwerkelijk gebeurd zijn niet zijn gebeurd en andersom en als hij beschrijft hoe mensen reageren op bepaalde gebeurtenissen, doet hij dat met de blik van een wetenschapper. Het lijkt erop dat hij niet geconfronteerd wil worden met zijn eigen emoties en de emoties van de mensen om hem heen.
Kun je een voorbeeld noemen?
Wacht, ik pak even het boek erbij, ik heb wat dingen onderstreept. Als Andrews eerste vrouw erachter komt dat hun kindje dood is, beschrijft Andrew dit als volgt: ‘Ik werd wakker van Martha’s geschreeuw, het was geen menselijk geschreeuw, het was het geluid van een reusachtig dier uit het woud dat met zijn poot vastzit in een stalen klem, en dan misschien niet eens een dier uit het heden maar eerder de paleontologische versie ervan.’
Die Andrew klinkt als een interessant personage.
Dat is hij zeker. Het is daarom ook spannend om een kijkje te nemen in zijn hoofd. De afwisseling tussen filosofische bespiegelingen, zijn herinneringen, de verdraaiingen ervan en het feit dat je af en toe de waarheid niet van fantasie kan onderscheiden, zorgen ervoor dat het een intrigerende roman is. Het is grappig trouwens, Doc, dat het boek in zijn geheel in dezelfde stijl is geschreven is als het gesprek dat we nu hebben.
Andrew is in gesprek met een psychiater?
Daar lijkt het wel op.
Dat is toevallig. Je zei dat het moeilijk is het boek te duiden, maar probeer eens een poging te wagen. Wat heeft de schrijver met het boek willen zeggen, denk je?
Misschien heeft E.L. Doctorow duidelijk proberen te maken dat wetenschap en filosofie niet altijd oplossingen hebben voor de problemen die we tegenkomen in ons leven.
Dit klinkt alsof je meer van het boek begrepen hebt dan je in eerste instantie dacht.
Wie weet. Maar er zijn nog andere interpretaties mogelijk. Misschien heeft Doctorow de lezer alleen willen laten nadenken over eeuwenoude filosofische vragen. Wat is de aard van de menselijke geest en bestaat er zoiets als vrije wil? Of hij heeft de lezer een spiegel voor willen houden. Het is duidelijk dat Andrew bepaalde ideeën en constructies hanteert die niet overeenkomen met de realiteit en die voor normale mensen wat gek lijken, maar die Andrew wel in staat stellen om te gaan met alle gebeurtenissen die hem overkomen zijn. Wat Doctorow de lezer misschien wil vragen is: welke constructies heb jij in de loop der jaren ontwikkeld om de wereld om je heen te kunnen bevatten?
Beantwoord die vraag eens.

Kunnen we dat niet voor volgende week bewaren, Doc?