blokhuis-ok computer-cmyk
Boeken
special: OK Computer: het album, Radiohead en de wereld in 1997
blokhuis-ok computer-cmyk

Inspirerend en leerzaam

In het boekje OK Computer: het album, Radiohead en de wereld in 1997, laten tien auteurs, elk vanuit haar of zijn vakgebied hun licht schijnen op het album Ok Computer uit 1997. Goed idee om dit album op deze wijze te vereeuwigen want wie heeft niet het licht gezien na het horen van de eerste akkoorden van deze cd.

Net zoals voor velen was Ok Computer vanaf het begin ook voor mij verbluffend. Weliswaar ontdekte ikzelf het album pas in 2008 maar toch. Een magisch moment waarbij al bij het beluisteren van de eerste akkoorden een meesterwerk hoorbaar was. De schitterende melodieën, de chaos, de stress, de bevreemdende achtergrondgeluiden met rare piepjes: fascinerend. Honderden keren beluisterde ik die magische opeenvolging van ontregelende nummers die het verhaal vertellen van een samenleving in de knel.

Radiohead is een Engelse alternatieve rockband uit de jaren negentig met Thom Yorke als leadzanger, Jonny Greenwood als gitarist, Ed O’Brien voor zang en gitaar, Colin Greenwood op basgitaar en Phil Selway op drums. In 1992 komt de band met de single Creep: eerst verguisd en later een wereldhit. Op 21 mei 1997 lanceert Radiohead het succesvolle album Ok Computer. Critici waren het erover eens dat dit album zijn gelijke niet kende. Een klasse apart van profetische waarde. De muziek was nieuw en snijdt thema’s aan als consumptiedrang, technologische afhankelijkheid, gebrek aan sociale cohesie en paranoia.

De muzikale analyse van Bertolf in het bijzonder is erg leerzaam. Haarscherp legt hij uit hoe de akkoorden in diverse nummers zijn opgebouwd. Zo blijkt het eerste nummer Airbag voorzien te zijn van een tegenmelodie door Greenwood. Wellicht dat hierdoor dat slepende en toch zo borrelende sfeertje wordt gecreëerd. Zo blijkt Karma Police te zijn opgebouwd uit akkoorden die niet in de toonsoorten thuishoren en onlogisch zijn qua volgorde. Wellicht zijn dit de krenten in de pap die dit magische nummer zo ‘dwars en spannend’ maken. Ook grappig om te lezen dat de bliepjes en piepjes aan het eind van het nummer Let Down een op holgeslagen tape is. Super spannend, volledig passend bij de sfeer van het nummer. Maar oh zo vreemd.

Het was dus een uitstekend idee van muziekjournalist Leo Blokhuis om dit boekje in 2022 op de markt te brengen. Voor ingewijden een bron van herkenning en nieuwe weetjes. Voor de nieuwkomer inspirerende verhalen over een album dat zijn weerga niet kent.

Boeken / Non-fictie

De kunst van het proeven

recensie: Proefles - Joël Broekaert

Hoe omschrijf je de smaak van umami? Waarom heeft karamel zo’n rijke smaak terwijl het eentonige suiker het enige bestandsdeel is? In Proefles geeft culinair journalist Joël Broekaert antwoord op deze en nog veel meer prangende smaakkwesties.  

Ruiken en proeven worden beschouwd als twee afzonderlijke zintuigen. Toch weten de meeste mensen die een corona-infectie hebben doorgemaakt dat het communicerende vaten zijn; een groot deel van wat je proeft, wordt bepaald door de geur ervan. Broekaert heeft een punt wanneer hij opmerkt dat de gemiddelde mens behoorlijk slecht is in proeven. Tel daar bij op dat we iedere dag minimaal drie maaltijden eten en het is vreemd dat we vaak zo slecht geoefend zijn in het herkennen en benoemen van smaken. Broekaerts missie is om daar verandering in te brengen. 

Een breed palet

Proefles is beslist geen standaardwerk over smaak maar eerder een inleiding aangevuld met persoonlijke anekdotes. Natuurlijk komen de vijf smaken – zoet, zout, zuur, bitter en umami – uitgebreid aan bod. Ook tackelt hij het hardnekkige misverstand dat ‘pittig’ een smaak zou zijn. Hier en daar belandt Broekaert in een technisch verhaal over chemische verbindingen waarbij hij de alfa-lezers even kwijt raakt.  

Gelukkig worden deze passages gecompenseerd door vermakelijke ervaringsverhalen. Bijvoorbeeld de kleurrijke beschrijvingen van Broekaerts top 3 van smerigste dingen die hij ooit in zijn mond heeft gestopt. Zo is Hákarl – gefermenteerde haai – het enige voedsel waar hij letterlijk van moet kokhalzen. Met een bouquet van schoonmaakmiddel, mottenballen en pis klinkt dat niet zo verwonderlijk. 

Aan de slag

Eerder bracht Broekaert Proefles al op het toneel in de vorm van een interactief college. Ook in het boek wordt de lezer uitgenodigd de proef op de som te nemen. Zo stelt hij voor om twee stukjes pure chocola van minimaal 70% te nemen. Door erop te kauwen komt vooral de bittere smaak naar boven. Maar sabbel erop en je smaakpapillen ontwaren een meer zoete, romige smaak met een hint van banaan.   

Andere testjes zijn wat ver gezocht. Ga je werkelijk je tong afplakken en met blauwe kleurstof overgieten om het aantal smaakpapillen te tellen? Storend is ook dat de smaaktests eerst in de lopende tekst voorbij komen, om vervolgens achterin nog eens woordelijk herhaald te worden. Dit was eenvoudig te ondervangen geweest met herkenbare tekstvlakken. Desalniettemin werkt Broekaerts passie voor smaak aanstekelijk. Zelfs een zak chips zul je minder snel naar binnen werken wanneer je weet welke processen er aan vooraf gegaan zijn. 

Theater / Voorstelling

Dansende diva heeft zin in liefde

recensie: Igone de Jongh - Zin in Liefde
Igone de Jongh met twee dansersMark Engelen

‘Diva’s’, zoals Maria Callas, Édith Piaf en Whitney Houston, is het overkoepelende thema van de tweede eigen productie van ballerina Igone de Jongh. In Zin in Liefde komen beide aspecten van deze eigengereide vrouwen aan bod: de glitter en glamour, maar ook de schaduwkant van de roem.

Igone de Jongh is zonder twijfel de bekendste Nederlandse ballerina van de afgelopen twintig jaar. Na haar opleiding aan de Nationale Balletacademie in Amsterdam beklom ze in razendsnel tempo de hiërarchische ladder bij Het Nationale Ballet. Vanaf 2019 ging ze verder als zelfstandig danseres. Zin in Liefde is haar tweede eigen productie, waarin ze samen met drie Oekraïense dansers van het door haar opgerichte The United Ukranian Ballet Company het podium bestiert. De choreografieën zijn gemaakt door Sasha Riva, die ook meedanst in de voorstelling, en Simone Repele.

Glitterende start

De titel suggereert een liefdesverhaal, maar de voorstelling centreert zich rondom diva’s. De voorstelling begint veelbelovend met de Jongh, gekleed in een glitterjurk, en haar drie collega’s dansend op Judy Garlands ‘I Got Rhythm’. Een jong meisje op een schommel (gespeeld door Lara Lina Uribe Echevarria of Josephine Krijnen ), vertelt over hoe zij voorbestemd is om een ster te worden: een verwijzing naar de jonge Igone toen zij begon met dansen?

Simpele, maar doeltreffende aankleding

De drie dansers naast de Jongh zijn gekleed in simpele donkerblauwe outfits en geschminkt als pierrots, waardoor hun expressie tijdens het dansen soms lastig is af te lezen. Wellicht is dit de bedoeling, aangezien ze tijdens de voorstelling voornamelijk fungeren als een soort geesten die de diva begeleiden of haar emoties uitbeelden. Het decor is simpel, maar doeltreffend om het verhaal te vertellen. Een kaptafel, vanaf waar de diva droomt van liefde of mijmert over voorbije tijden, en een theatergordijn, maar dan achterstevoren. Hierdoor kijkt het publiek op de rug van de diva en lijkt zo zelf op het podium te staan.

Twee dansers geschminkt als pierrots

Klassieke dans in modern jasje

De dansstijl van de voorstelling kan worden omschreven als klassiek ballet met moderne elementen. Het gracieuze van het klassiek ballet wordt afgewisseld met grovere en schokkerige bewegingen, wat zorgt voor een mooi contrast. Het is verfrissend dat er veel gebruik wordt gemaakt van andere vormen dan stereotype man-vrouw duetten: man-man duetten en trio’s en kwartetten komen allemaal voorbij.

De Jongh is nog altijd een fantastische danseres om te zien en legt moeiteloos een been in haar nek, oftewel een développé in balletjargon. Toch worden de energiekere en technisch uitdagendere choreografieën gedanst door haar collega’s (Alexis Tutunnique, Sasha Riva en Veronika Rakitina). Vooral de petite Rakitina knalt van het podium af. Een lichte teleurstelling waren de te simpele en te lange playbackdans op ‘How Will I Know’ van Whitney Houston en de bureaustoelendans op ‘Padam, padam’ van Édith Piaf. Een dans met zulke attributen is zeer lastig om goed uit te voeren, maar ziet er voor het publiek toch enigszins knullig uit.

Igone de Jongh en een danser

Onduidelijk verhaal

Het verloop van het verhaal is lastig te volgen voor het publiek. De intenties van sommige scènes zijn direct duidelijk, zoals dromen over een nieuwe liefde of het verdriet achter de roem. Echter zijn sommige dansen meer conceptueel en daardoor lastiger te plaatsen binnen de context van het verhaal. Het jonge meisje zou het publiek context moeten verschaffen, maar spreek voornamelijk vage, clichématige zinnen uit, zoals ‘licht zonder donker bestaat niet’. De voorstelling bevat mogelijke autobiografische verwijzingen naar de Jonghs liefdesleven, maar haar nuchtere imago past niet bij het beeld van de getroebleerde diva dat tijdens de voorstelling geschetst wordt. Ten slotte ontbreekt er een grote ontknoping. Het verhaal van de diva eindigt abrupt en laat ons achter met vragen. Komt er een happily ever after of gaat ze ten onder aan de roem?

Prachtige dans voor de liefhebber

Het is jammer dat het verhaal soms onduidelijk en clichématig is, maar de scherpe en energieke dans van de drie ‘pierrots’ afgewisseld met de rustigere stukken van de Jongh, maken veel goed. Zin in Liefde is zeker een aanrader voor liefhebbers van klassiek ballet en moderne dans.

 

Muziek / Reportage
special: Vriendenrepetitie Concertgebouworkest
ConcertgebouworkestFoto: Marco Borggreve

Verhalende muziek

Opeens schalt het Lang zal ze leven door de zaal van het Amsterdamse Concertgebouw, gespeeld door een enorme hoeveelheid koperblazers. Het was paukenist Tomohiro Ando van het Koninklijk Concertgebouworkest (KCO) die als jarige de eer te beurt viel.

Zelden zitten er zoveel koperblazers op het podium als bij Eine Alpensinfonie (1911-’15) van Richard Strauss. En bij het begin staan er ook nog eens vijf op de gang als Fernorchester, om zich later statig dalend vanaf de trap bij hun collegae op het podium te voegen.
De eerste uitvoering van dit symfonische gedicht van meer dan drie kwartier lang, vond plaats in 1916 onder leiding van Willem Mengelberg. Een week later dirigeerde de componist het zelf. ‘Nog steeds wordt uit de bladmuziek van toen gespeeld’, vertelde Klaus Mäkelä die de Vriendenrepetitie leidde, tijdens een kort interview achteraf.

In het totaal zijn er maar liefst 16.000 vrienden van het Concertgebouw en het Concertgebouworkest, die een paar keer per jaar de gelegenheid krijgen tegen een vriendenprijsje enkele repetities van het KCO bij te wonen. Men moet vroeg uit de veren en winderig weer trotseren, maar tot 9.30 uur kan men zich opwarmen aan een kopje koffie of thee. Dit keer waren er extra veel vrienden aanwezig, want niemand minder dan Klaus Mäkelä leidde het geheel, dat hij omschreef als een generale repetitie. Al ontbrak een werk: het aan hem opgedragen Aino (2022), ook een symfonisch gedicht, deze keer van Jimmy López Bellido.

Klaus Mäkelä

Klaus Mäkelä

Foto: Marco Borggreve

Mäkelä is chef-dirigent van het Oslo Filharmonisch Orkest, muziekdirecteur van het Orchestre de Paris en sinds het seizoen 2022-‘23 artistiek partner van het KCO, waarvan hij in 2027 chef-dirigent zal worden. Hij studeerde bij de grote Finse docent orkestdirectie Jorma Panula aan de Sibelius-Academie in Helsinki en speelt ook cello op hoog niveau.
Hij ontlokt een heldere, transparante klank aan het orkest, een heel zeldzame keer zelfs iets ongepolijst. Zijn gebaren zijn het ene moment breed, dan weer klein en soms beweegt hij zelfs nauwelijks. Hij werkt intensief maar komt relaxt over. Dat vraagt hij ook van de musici, want de enige keer dat hij iets over het Eine Alpensinfonie spelende orkest iets riep, verstond ik ‘Relax!’ tegen de cellogroep.

Strauss en Bloch

Het werk van Strauss werd in een keer geheel gespeeld, daarna begon het polijsten en werden de laatste puntjes op de i gezet. Van achteren naar voren: van het slotakkoord van de koperblazers, waarbij vooral op de onderlinge stemming werd gelet en later met de strijkers erbij, van aan het begin en weer terug.

Na de pauze werd Schelomo (1915-’16) van Ernest Bloch gerepeteerd, een Hebreeuwse rapsodie voor cello en orkest. De soliste was niemand minder dan Sol Gabetta, een Argentijnse van Frans-Russische afkomst die reeds meerdere keren met het KCO optrad. Op het moment dat ze er even uitvloog, zong Mäkelä heel ad rem de ontbrekende frase voor haar.
Aan het werk van Bloch werd aanmerkelijk meer geschaafd dan aan dat van Strauss, waarvan onlangs nog een nieuwe CD verscheen (RCO Live). Die kwam tot stand onder leiding van de inmiddels overleden oud-chef-dirigent Mariss Jansons. De compositie van Bloch stond dan ook in 2012 voor het laatst op de lessenaars. Er werden met potlood aantekeningen in de partijen gemaakt en andere weer uitgevlakt. Er was onderling overleg en er werden aanwijzingen gegeven door de aanvoerders van de verschillende orkestgroepen. Waarbij opvallend genoeg de concertmeester niet die van het KCO was, maar Joris van Rijn, concertmeester van het Radio Filharmonisch Orkest. Misschien had de griep toegeslagen, wie weet.

Vraaggesprek

In de zaal zelf werd de hele ochtend haast kuchvrij geluisterd door al aardig wat aanwezigen alvorens het korte vraaggesprek begon. Daarvoor hadden de Vrienden vragen kunnen insturen. Ook 8WEEKLY had van die gelegenheid gebruik gemaakt. De vraag in kwestie kwam overigens niet aan bod, maar indirect kwam er toch een hint richting antwoord.
De vraag ging over de samenstelling van het programma: Strauss – Bloch. Wat was de diepere achtergrond van deze op z’n zachtst gezegd spannende combinatie? In het programmaboekje dat bij de ingang van de zaal lag, stond dat verhalende orkestwerken de bindende factor was geweest bij de samenstelling van dit programma. Niets meer en niets minder.

Achtergrond

8WEEKLY Playlist: Favorieten uit 2022 (NL/BE)

special: Spotify-playlist van onze muziekredactie

Er is zoveel muziek uitgekomen in het jaar 2022, dat de kans helaas groot is dat enkele prachtnummers aan je aandacht zijn ontschoten. Dat zou natuurlijk enorm zonde zijn, dus 8WEEKLY helpt je graag door onze Nederlandse en Belgische favorieten uit 2022 op een rijtje te zetten. Het resultaat is een lijst vol heerlijke hits van eigen bodem. Waarom je de nieuwste muziek van bands als flut., FLEUR en Maxine niet mag missen, lichten we graag hieronder toe! 

Herkenbaar ongemak van flut.

De zelfbenoemde ideale-schoonzoonband flut. brengt korte, maar krachtige Nederlandstalige punknummers ten gehore waarin herkenbare en vaak ongemakkelijke situaties centraal staan. Zo bezingen ze de gevoelens rondom smalltalk met de kapper, het moment dat je denkt dat iemand naar je zwaait maar het eigenlijk voor iemand anders was bedoeld en hun negatieve gevoelens tegenover wielrenners. Fans van Want Want en Fokko zullen in flut. een waardige opvolger herkennen, maar ook voor fans van bands als Blink-182 is flut. zeker de moeite waard. Nog niet overtuigd? Ze omschrijven zichzelf als Blink-182 meets Ja Zuster, Nee Zuster en NOFX meets Kinderen Voor Kinderen. Om dit te kunnen begrijpen, moet je wel gaan luisteren naar de nummers ‘Wandelen’ en ´Dan Maar Dansen´!  

FLEURs ode aan de sixties en Frankrijk

In 2022 kwam de Nederlandse Floor Henkelman, bekend als FLEUR, met haar nieuwste album Bouquet Champêtre als opvolger van haar debuutalbum Fleur uit 2022. De Brabantse werd ontdekt door zanger Dave von Raven (The Kik), die haar vroeg om een Franstalig liedje in te zingen. Hoewel ze zelf niet veel meer spreekt dan camping-Frans bleek dit wel een schot in de roos. FLEUR bewijst een ware Yé-Yé diva te zijn die haar eigen geluid goed weet te mengen met geluiden die duidelijk geïnspireerd zijn door France Gall en The Beach Boys, met een vleugje Motown. Hedendaagse muziek die perfect is voor iedereen die geen genoeg kan krijgen van de sound of the sixties.  

Internationale allure van MAXINE

3FM Talent MAXINE is een songwriter die ondertussen ook onder haar eigen naam muziek uitbrengt. MAXINE schreef eerder al voor artiesten als Maan, Son Mieux en Roxanne Hazes. Ze merkt op dat songwriters hard moeten werken, omdat ongeveer vijf van de 100 geschreven liedjes daadwerkelijk worden uitgebracht. Dat harde werken wierp eerder in 2021 al vruchten af in de vorm van het album Minor felt Major met exclusief Engelstalige nummers over vergane liefde. Dit album had al succes in Nederland, maar ook buiten de grenzen. Zo werd het al geprezen door internationale artiesten, waaronder Max Martin. Tegenwoordig kunnen we van MAXINE zowel Engelstalige als Nederlandstalige popmuziek verwachten met een flink meezinggehalte, zoals te horen is in het nummer ‘Veel Meer Pijn’. 

 Naast de nummers van flut., FLEUR en MAXINE staan er nog een hoop andere prachtige hits op jullie te wachten in 8WEEKLY’s nieuwste playlist:  

  • Death04 – Klangstof 
  • JE MAG BEST WETEN DAT IK NOOIT AAN JE DENK – Fred Goverde 
  • Home – KUZKO 
  • Dan Maar Dansen – flut.  
  • Teugels – Linde Schöne 
  • Listen -Banji 
  • Rug Busters – Personal Trainer 
  • Le Capharnaüm – Fleur 
  • TalkieWalkie – Banji 
  • Laat Me Los – S10, BLØF 
  • Wandelen – flut. 
  • Te druk voor liefde – MEROL 
  • Besoin de Personne – Fleur 
  • Niets Tussen – Froukje 
  • This Is Happening – 4B2M 
  • Crawl in Pieces – Beachdog 
  • Ik ben een sukkel – Lucky Fonz III 
  • Gemengde signalen – MEROL 
  • Stilte Na De Storm – The Kik 
  • Gebakje – Fokko 
  • Erase – Greener Grass 
  • Garden Party – Tip Jar 
  • Swords Up In The Air – Beachdog 
  • Strange Again – The Vices 
  • Stupid – MY BABY 
  • Crossroads – Knight Area 
  • Geluksmomentje – Fokko 
  • Watching You Sleep – LAVALU 
  • Ik Zie Ik Zie – WIES 
  • Vrijheid, Gelijkheid, Zusterschap – Sophie Straat 
  • I Had a Name – The Vices 
  • Earth Sick – POM 
  • Wie Wil Je Zijn – Eva van Manen 
  • Bagagedrager – Spinvis 
  • Numbers Up – De Staat 
  • Easy Going – Mood Bored 
  • Veel Meer Pijn – MAXINE 
  • Calling – Elephant 
  • This Is The Moment – Son Mieux 
  • Een Beetje Liefde – Thijs Boontjes 
  • Lost In The Moment – Blanks 
  • Shine On – Orange Skyline 
  • Astro TV – Poodle 
  • Depression Dance – Wasted Youth Club 
  • Lola – FIEP 
  • I’m Staying In Bed Today – Bongloard 
  • Toki Doki – Aili 
  • Wrecking Bed Postst – Black Box Revelation 
  • Good day – blackwave. 
  • Must Have Been New – dEUS 
  • Idiot Paradise – DIRK. 
  • The snakes – Kids With Buns 
  • Quiet – Marble Sounds 
  • Mon amour – Stromae, Camila Cabello 
  • In Limbo – Intergalactic  

 

 

Kunst / Expo binnenland

Verbeeldingsrijkdom uit de Afrikaanse diaspora

recensie: In the Black Fantastic - Kunsthal Rotterdam

‘THERE ARE BLACK PEOPLE IN THE FUTURE’ staat op de façade van Kunsthal Rotterdam. Het is een krachtig statement van kunstenaar Alisha B. Wormsley, een ode aan afrofuturistische schrijvers en makers. Het is het startsein voor de tentoonstelling In the Black Fantastic, waarin hedendaagse Zwarte kunstenaars elk hun eigen werelden creëren op het snijvlak tussen werkelijkheid en fantasie.

 

Centraal in de tentoonstelling staan hedendaagse kunstenaars uit de Afrikaanse diaspora. Ze creëren uitbundige, uitdagende en kleurrijke werken met een krachtige boodschap. Inspiratie halend uit folklore, mythe, sciencefiction, spirituele overleveringen en afrofuturisme, vertellen ze nieuwe verhalen. Daarin kaarten ze racisme en sociale ongelijkheid aan, maar scheppen ze ook een wereld vol nieuwe mogelijkheden. De tentoonstelling bestaat uit het werk van elf kunstenaars: Nick Cave, Sedrick Chisom, Ellen Gallagher, Hew Locke, Wangechi Mutu, Rashaad Newsome, Chris Ofili, Tabita Rezaire, Cauleeen Smith, Lina Iris Viktor en Kara Walker. Dit zorgt voor een gevarieerde verzameling van schilderkunst, fotografie, video, sculptuur en mixed-media installaties.

Ellen Gallagher, Ecstatic Draught of Fishes, 2021, Courtesy the artist and Hauser & Wirth, Photo: Tony Nathan © Ellen Gallagher.

Afrofuturisme en voorbij
In the Black Fantastic is tot stand gekomen in samenwerking met de Hayward Gallery in London. Daar is de tentoonstelling met veel succes gestart en dat is niet zo gek. Niet alleen zijn de deelnemende kunstenaars verbeeldingsrijk en technisch sterk, het Zwarte fantastische is alomtegenwoordig in de popcultuur. De artistieke ambitie en maatschappijkritiek van Janelle Monáe’s Dirty Computer, de film Black Panther en Tom Adeyemi’s Children of Blood en Bone zijn populaire voorbeelden. Daarbij ligt de nadruk vaak op de Verenigde Staten en de sciencefiction eigenschappen van het afrofuturisme. Fijn hoe hier het perspectief wordt verbreed met kunstenaars van verschillende nationaliteiten met een verscheidenheid aan folkloristische, mythische en historische inspiraties.

Lina Iris Viktor, Eleventh, 2018 © Courtesy the Artist.

Zo combineert Lina Iris Viktor invloeden uit onder andere West-Afrikaans textiel en Aboriginal schilderkunst. Ze portretteert zichzelf als de Libische Sibille in de serie A Haven. A Hell. A Dream Deferred over Liberia. Dit land werd in 1822 gesticht door de American Colonization Society als nieuw thuis voor Zwarte mensen. Ellen Gallagher maakt dan weer gebruik van de moderne mythe Drexciya. Dit ‘Zwarte Atlantis’ wordt bevolkt door nakomelingen van tot slaaf gemaakte Afrikaanse vrouwen, die tijdens de trans-Atlantische oversteek overboord werden gegooid. Gallagher vertaalt dit naar een magische onderwaterwereld.

Een manier van kijken
De kunstenaars krijgen allemaal hun eigen ruimte en worden geheel los van elkaar besproken, maar de overeenkomsten zijn niet ver weg. Curator Ekow Eshun noemt het een manier van kijken. Tabita Rezaire en Rashaad Newsome richten zich allebei vanuit een ander perspectief op queerness in hun videokunst. In een installatie van een piramide omringd door spiegels, verkent Rezaire de mogelijkheid van een wereld voorbij de tweedeling tussen mannelijk en vrouwelijk. Het is een toekomstdroom gebaseerd op bepaalde prekoloniale culturen, waar een meer fluïde opvatting van gender gangbaar was. In Newsomes Build or Destroy (2021) danst een androïde vrouwelijk figuur door een apocalyps. Ze is aan het voguen, een stijl die eind jaren ’70, begin jaren ’80 is ontstaan binnen de New Yorkse underground queer community, veelal Zwart en Latino. De onderdrukte identiteit wordt een vorm van kracht en bevrijding.

Tabita Rezaire, Ultra Wet – Recapitulation, 2017, Ultra Wet – Recapitulation, Royal Standard, Liverpool, UK, 2018, by Rob Battersby. Courtesy of the artist and Goodman Gallery, South Africa.

Een opvallende overeenkomst tussen meerdere kunstenaars is de rijkheid aan texturen. De borduursels, knoopjes en bloemen van Nick Caves Soundsuits verhullen en beschermen de identiteit van de drager, maar trekken tegelijkertijd de aandacht naar zich toe. Hun uitbundige materiaal vormt een harnas tegen de vooroordelen over en mishandeling van Afro-Amerikanen. Andere kunstenaars zoeken de grenzen tussen schilderkunst en collage op in hun werk. Van de cartografische reliëfs van Viktor, naar het geknipte papier van Gallaghers onderwaterwereld, tot de organische groeisels van Wangechi Mutu. Alleen hierom is de tentoonstelling het al waard om te bezoeken. Dwaal rond door de werelden van de kunstenaars en loop dan nog eens terug om je favoriet weer te bekijken.

Film / Serie

Het waardige zusje van Game of Thrones?

recensie: House of the Dragon

House of the Dragon speelt zich 172 jaar voor de geboorte van Daenerys Targaryen af. Huis Targaryen wordt uiteengescheurd wanneer een familiestrijd losbreekt: er is een opvolger nodig voor koning Viserys. Het gevolg? Een bloederige burgeroorlog. Is deze prequel een waardige opvolger van Game of Thrones?

Het conflict begint wanneer er geen duidelijke opvolger is voor koning Viserys. Een meer waarheidsgetrouwe naam voor het conflict zou zijn Team Rhaenyra (zijn eerste dochter) versus Team Alicent (moeder van zijn tweede zoon) zijn. Beide partijen zijn bekend onder stoerdere namen, te weten The Blacks en The Greens.

Nieuwe cast belooft veel goeds

Er zitten veel tijdsprongen in de serie. Gedurfd, want op het moment dat je net gewend bent aan Milly Alcock (Rhaenyra) en Emily Carey (Alicent), worden ze vervangen door oudere versies van henzelf: Emma D’Arcy en Olivia Cooke. Tussen de beide gecaste actrices van Rhaenyra zitten veel gelijkenissen. Je krijgt hierdoor echt het gevoel dat je het personage ziet opgroeien. Cooke (28) in de rol van Alicent lijkt echter een verkeerde keuze in casting. De acteurs die haar kinderen spelen zijn 27 en 25. Ze is dus maar één jaar ouder dan haar medespelers, maar vertolkt de rol van hun moeder. Dit maakt het leeftijdsverschil op het witte doek ongeloofwaardig.

Als acteur speelt Paddy Considine (Peaky Blinders) vaak duistere en gevaarlijke personages. Maar zijn rol in House Of The Dragon is die van de goede, plichtsgetrouwe koning. De uitvoering van Considine is in aflevering acht hartverscheurend, (spoiler alert!) wanneer we hem met zijn laatste adem de troon zien beklimmen. Terwijl hij de troon bereikt, staan The Greens aan de zijkant van zijn gemaskerde, door ziekte geteisterde gezicht. The Blacks bevinden zich juist in het gezichtsveld van Viserys, samen met hen die van hem houden. Zo’n klein detail tilt de aflevering uiteindelijk naar een hoger niveau.

Matt Smith (The Crown), speelt de rol van Daemon, de broer van Viserys. Smith is de perfecte acteur om een gelaagd en onvoorspelbaar personage neer te zetten. Hij weet de kijker in te pakken met zijn speelse charisma, maar heeft een plots angstaanjagend randje zoals we dat van de Targaryens kennen.

Veranderingen met genoeg herkenbaarheid

Doordat de prequel ver voor Game of Thrones (GOT) plaatsvindt, zijn er geen bekende gezichten, maar wel te zien zijn de voorouders van Huis Lannister en Huis Stark. De burgeroorlog zorgt ervoor dat leden van deze grote huizen worden gerekruteerd voor hulp. Ingewikkeld wordt het niet, want de serie heeft minder personages en minder verhaallocaties dan GOT.

Sinds GOT te zien was, is het ‘politieke landschap’ in de filmwereld nogal veranderd. De cast bestaat namelijk uit meer acteurs en actrices van kleur. Wanneer actrices D’Arcy en Cooke bij de première worden gevraagd om de serie in drie woorden te beschrijven, antwoorden ze, afzonderlijk van elkaar nog wel: ‘Too many men.’

Goed nieuws voor de GOT fans

Kijkers die fan waren van de muziek van Ramin Djawadi hebben niks te klagen. De openingstitel is dezelfde. De muziek in de serie is voldoende verschillend om fris, maar toch herkenbaar te blijven. Oplettende kijkers horen dat bepaalde noten van het Targaryen-thema in GOT terugkomen in House of the Dragon. Afgezien van een paar extreem donkere scènes die heel snel voorbij zijn, is de productiekwaliteit zoals verwacht – fantastisch, episch en indrukwekkend.

Minder actie, meer emotie

Het eerste seizoen bestrijkt een periode van 25 jaar. De échte strijd moet nog beginnen. Voor sommige kijkers is het verhaaltempo te langzaam. Om de complexe relatie tussen de personages te snappen, is het wel belangrijk om een duidelijke verhaallijn neer te zetten. Anders dan bij GOT focust het script zich wat meer op emotie dan op actie.

Helaas duurt het nog twee jaar voordat we het vervolg kunnen zien. Maar dat is het, gezien de aanloop in het eerste seizoen, meer dan waard!

 

 

HET JAAR VAN DE KREEFT_©_Sanne Peper_01
Theater / Voorstelling

Sterk en ontroerend

recensie: Het Jaar van de Kreeft - ITA
HET JAAR VAN DE KREEFT_©_Sanne Peper_01

Langzaam trekt ze hem mee in haar kreeftengang. Achterwaarts. Hij is op zijn hoede: ‘Het is een koude oorlog. Ik heb niets met haar te maken’, houdt hij zich voor. Maar hij is aan haar verslaafd. Zij zijn elkaars grote liefde. Maar hun contact is grillig en kent korte heftige momenten. Toch blijft hij proberen tot het doek valt en hij voorgoed de benen neemt.

Het jaar van de Kreeft bij het Internationaal Theater is terug van weggeweest. En terecht, want met deze twee topacteurs, Maria Kraakman als Toni en Gijs Scholten van Aschat als Pierre krijg je toptoneel. Reken daarbij op een indrukwekkende choreografie (Ted Stoffer) en scenografie (Katrin Brack) onder leiding van regisseur Luk Perceval. Gegarandeerd zit jouw publiek 110 minuten ademloos te kijken. Van 4 tot en met 14 januari te zien in het ITA.

Plot

Toni, een 32-jarige revuekapster, werkt voor Daan, een revueartiest. Toni heeft een relatie met de oudere Karel. Ze hebben een kind, Muisje. Ondanks het feit dat Karel vreemdgaat, houdt ze van hem en wil ze niet bij hem weg. Hij heeft haar op seksueel vlak veel voldoening gegeven, bovendien is hij de vader van Muisje. Maar dan ontmoet ze Pierre… Pierre is van middelbare leeftijd en is de financieel adviseur van Daan. Ook al ziet hij fysieke minpunten, hij voelt zich aangetrokken tot Toni. Het zijn de verschillen in karakter alsook haar ‘fysieke tekortkomingen’ die hem boeien. Ze hebben een knipperlichtrelatie met diepe dalen en matige hoogtes. Ze kunnen niet met elkaar en ze kunnen niet zónder elkaar. Soms financieert hij haar en bemoeit zich met haar huisvesting. Hun relatie duurt een jaar, tot 14 januari. Twee jaar nadat ze de relatie hebben beëindigd, krijgt Pierre bezoek van Karel: Toni blijkt ernstig ziek en heeft niet meer lang te leven. Ze sterft. Tijdens de crematie treft Pierre Muisje. Hij trekt haar naar zich toe, kijkt haar diep in de ogen en vlucht.

Boek

Het jaar van de Kreeft is een roman van Hugo Claus uit 1972. Het boek is deels gebaseerd op de verhouding tussen de schrijver en de actrice Kitty Courbois. In 1975 werd het boek verfilmd. In 2016 werd het tot een theaterstuk bewerkt door Peter Van Kraaij voor Toneelgroep Amsterdam.

Luk Perceval bewerkte voor ITA Het jaar van de Kreeft als een van zijn lievelingsromans. Voor Perceval een meedogenloos boek omdat het de liefde toont in haar vergankelijkheid. Herkenbaarheid in zijn toneelstukken is voor Perceval van groot belang. ‘In het beste geval ontstaat er bij het publiek een identificatie met wat er op het podium gebeurt.’ Dit alles komt volmaakt tot zijn recht van de eerste tot de laatste minuut. En met het intense pianospel van componist en pianist Jeroen van Veen wordt alles nog eens aangedikt, het is harmonieus en soms wrang in hele en gebroken akkoorden. Het resultaat is een sterk toneelstuk dat ontroert.

Kunst / Expo binnenland

Meesterlijke vrouwen

recensie: Vrouwenpalet 1900-1950, Kunsthal Rotterdam

Sinds kort is de tentoonstelling Vrouwenpalet 1900 – 1950 in haar geheel te zien in de Kunsthal in Rotterdam. Je kon het werk van deze onderschatte groep Nederlandse kunstenaars al eerder bewonderen in Museum De Wieger en Museum Dr8888. Maar nu komen ze eindelijk samen op een wel heel bijzondere plek. Het iconische gebouw van Rem Koolhaas, met zijn verschillende aanzichten, doet helemaal recht aan hun caleidoscoop van stijlen.

De tentoonstelling zelf is ook niet mis en telt een collectie van wel honderd werken. Bezoekers maken kennis met verschillende kunststijlen zoals luminisme, kubisme, expressionisme, cobra en abstract expressionisme. Aan bod komen bekende en minder bekende kunstenaars, onder wie Charley Toorop, Jacoba van Heemskerck, Else Berg, Lou Loeber, Alida Pott, Anna Sluijter en Lemmy van Hoboken. Welke keuzes hebben zij gemaakt en welke wegen hebben zij vrijgemaakt voor de generaties na hen? Je ontdekt het allemaal in deze prachtige reis door de tijd.

Spraakmakende kunst

Bij binnenkomst valt direct de uitgebreide verzameling modernistische kunstwerken op. Allemaal hebben ze hun eigen unieke karakter en vertellen ze iets over de tijd waarin ze zijn gemaakt. Zo bestaan de schilderijen van Jacoba van Heemskerk en Pau Wijnman uit kleurrijke, abstracte vormen, waarin de zichtbare werkelijkheid bijna is verdwenen. En ook de krachtige gebeeldhouwde koppen van Charlotte van Pallandt en de sculpturen van Lotti van der Graag laten zien dat deze kunstenaars van de norm durfden af te wijken. Aandacht voor sociale misstanden is bij veel van deze vrouwen dan ook een terugkerend thema. Charley Toorop en Anneke van der Feer leggen in hun werk het harde arbeidersbestaan vast en Nola Hatterman stelt in haar werk het zelfbewustzijn en de emancipatie van de Zwarte mens centraal.

Het is tof om te zien hoe deze vrouwen met de heersende normen willen breken en zich afzetten tegen het idee dat vrouwen enkel als hobby ‘lieflijke’ onderwerpen kunnen schilderen, zoals landschappen en stillevens. Vrouwen krijgen pas vanaf 1871 toegang tot kunstacademies en het zal daarna nog vijfentwintig jaar duren voordat zij naar naaktmodel mogen schilderen. Maar ondanks deze beperkingen weten veel vrouwen hun plek te veroveren tussen de mannelijke kunstenaars.

Reizen

Charlotte van Pallandt, Vrouwentors (1930), brons, Collectie Museum De Wieger

Veel van de kunstenaars uit de tentoonstelling reizen naar het buitenland – waaronder Parijs – waar ze meer vrijheid ervaren dan in Nederland. Ze doen hier nieuwe contacten op en er is meer ruimte voor het experimenteren met nieuwe stijlen. Dit zie je onder andere terug in het werk van Karin Kluth die tijdens een studiereis in 1927 verliefd wordt op de veertien jaar oudere Rotterdamse kunstenaar Ernst Leyden. De twee vertrekken een paar jaar later wegens oorlogsdreigingen naar New York waar ze zich ontpoppen tot schilders van de high society. Vanaf dan schildert Karin niet alleen, ze ontwerpt ook mozaïeken, tafels en lampen en illustreert voor tijdschriften als Vogue en Harper’s Bazaar. Een van haar werken die direct in het oog springt is het portret van de Amerikaanse beroemdheid Gloria Vanderbilt (1941). Karin schildert haar in een glamoureuze pose omringd door vlinders en een jongetje dat waarschijnlijk de god van de liefde symboliseert. Echter lijkt hij, gewapend met alleen zijn pijl en boog, naar beneden te vallen. Wat mogelijk op liefdesproblemen duidt.

Al met al is Vrouwenpalet een veelzijdige en interessante verzameling van voornamelijk schilderwerk en beeldhouwkunst. Wie geïnteresseerd is in het leven en gedachtegoed van vrouwelijke avant-garde kunstenaars uit de periode 1900 – 1950 wacht een mooie reeks aan verborgen kunstschatten. De kunstwereld was en is een mannenbolwerk, maar deze vrouwen bewijzen dat er zonder vrouwen geen vooruitgang mogelijk was geweest.

Film / Films

Een aangrijpend welles nietes

recensie: Malcolm & Marie

In het geheim ontwikkelde en produceerde Sam Levinson, tevens filmmaker van Euphoria, het intrigerende drama Malcolm & Marie (2021). Met een prijs voor opmerkelijke cinematografie, virtuozenprijs en een handvol nominaties is dit juweeltje nu nog op Netflix te vinden.

Een memorabele avond om de première van Malcoms debuutfilm te vieren, verzuurt door een intense, intellectuele dialoog tussen de filmmaker en zijn vriendin Marie. Hoewel niemand zin heeft naar een reeks tirades te luisteren, blijf je aan de lippen van de acteurs, John David Washington en Zendaya, hangen door hun vlotte reacties, ingenieuze zinsconstructies en briljante acteerwerk.

Een verstoorde relatie

Opmerkelijk is dat het gedrag van de twee niet zo zwart-wit is als de beelden, wat te zien is aan de verdeelde meningen onder de kijkers over hoe de toekomst van het stel eruit dient te zien. Indien dit de heftigste ruzie ooit is tussen Malcolm en Marie, valt hun relatie nog te redden volgens sommigen. Anderen stellen dat de ruzie veel meer blootgeeft over de dynamiek in hun relatie. Na meerdere analyses van hun gesprekken is het duidelijk dat deze worden gevoerd tussen een narcist en een afhankelijke partner.

Toen de film werd uitgebracht, was er veel ophef over het twaalfjarige leeftijdsverschil tussen de acteurs. Dat Zendaya al van kinds af aan een beroemde actrice is, heeft hier ook zeker een rol gespeeld. Of dit een bewuste keuze was of niet, bevordert het absoluut de dynamiek tussen Malcolm en Marie.

Marie was enkel twintig en aan het afkicken van haar drugsverslaving toen haar relatie met Malcolm begon. Hij was haar steunpilaar tijdens deze moeilijke periode, wat hij maar al te graag benadrukt. Telkens wanneer Marie moeizaam haar tekorten en relationele problemen aan bod brengt, zoals het feit dat Malcolm haar niet bedankt heeft tijdens zijn speech en haar onvoldoende aandacht schenkt, verwerpt hij de uitspraken door haar gek te noemen. Hij vernoemt zijn ervaringen met andere vrouwen en werpt Maries zelfmoordpoging in haar gezicht. Dat een deel van het publiek deze psychische mishandeling en manipulatie niet herkent en de dialoog slechts zou labelen als een heftige ruzie, maakt het scenario des te realistischer.

Een indrukwekkende charme

De acteerprestaties waarin met name Zendaya uitblinkt zijn fenomenaal. Zes keer is de Amerikaanse ster welverdiend genomineerd voor haar indrukwekkende acteerwerk. Met behulp van een eufemistisch script krijgen we te zien hoe de actrice in de ene scène in onverbiddelijke close-up hartenleed in haar gezichtsuitdrukking tovert en in de andere een overtuigende drugsverslaafde kan neerzetten.

Ondanks de beladen gesprekken is Malcolm & Marie een zeer pakkende film. Door de selectie warme nummers als Down and Out in New York City van James Brown en geavanceerde filmtechnieken is het moeilijk weg te kijken. Hoewel sommige zinnen uit het script in een echte ruzie waarschijnlijk niet gebruikt zouden worden, dragen deze bij aan de charme van de film.

“Do you know how disturbing it is that you can compartmentalize to such a degree that you can abuse me while eating mac and cheese?”