Muziek / Concert

The Honourable Notwist

recensie: The Notwist live

Wie een meesterlijk album uitbrengt, wordt geacht live ook goed te presteren. De verwachtingen voor het concert van The Notwist waren dan ook hoog gespannen. Neon Golden, het nieuwe album van de band, wordt tot nu toe door vele critici gezien als de beste plaat van het jaar, de Volkskrant plaatste een veelbelovend artikel op de dag van het concert en Vera was compleet uitverkocht. Voor een beginnende band zou de druk immens zijn geweest, maar niet voor The Notwist. Het gezelschap uit het Duitse Weilheim heeft al zo’n twintig jaar ervaring en speelde enorm zelfverzekerd. Zonder ook maar een moment de jeugdige spontaniteit en experimenteerdrift te verliezen.

Subtiele schoonheid

Op Neon Golden is The Notwist het stadium van de noisy punk gepasseerd. Het album klinkt zeer ingetogen en bevat tien prachtige liedjes. Het is echter geen gemakkelijke plaat. Je moet echt een paar keer luisteren voordat de subtiele schoonheid zich openbaart. Hetzelfde is te zeggen over het optreden. Je moet de band even doorhebben. De eerste paar nummers is het nog even aftasten. Zo gauw je echter in de lijn van de muziek zit, kom je er het hele optreden niet meer uit.

Spanningsboog

The Notwist werkt wel degelijk volgens een bepaalde formule. De liedjes beginnen vaak met een melodie en een beat. De open plekken worden naar verloop van het nummer geleidelijk ingevuld door gitaarpartijen of samples. Het geheel eindigt op het podium vaak in een waanzinnige climax. De band weet op deze manier een enorme spanningsboog te creëren. Het niet imposante stemgeluid van zanger Markus Acher houdt de liedjes echter altijd ingetogen en oprecht. Hij zingt zonder overbodige uithalen en valse emoties.

Live-ervaring

Het punkverleden van The Notwist kwam ook nog wel een paar keer om de hoek kijken, vooral in een van de drie toegiften. Deze nummers waren uitschieters in een set waarin een grote rol was weggelegd voor elektronica. Vooral door het gebruik van samples en beats wisten Markus Acher en zijn band een zeer karakteristiek geluid neer te zetten. Net als Radiohead deed op het live-album I Might Be Wrong, verwerkten de heren van The Notwist tekstflarden van Acher in samples. Dit soort muzikale experimenten werkten alleen maar versterkend voor een optreden dat alleen beschreven kan worden als een live-ervaring.

Uit het ongewoon harde gejoel van de enorme Duitse fanschare die naar Groningen was gekomen, bleek wel dat The Notwist ook in eigen land zeer geliefd is. Zo geliefd dat volgens een artikel in de Volkskrant een huichelachtige Weilheimse politicus de goede naam van The Notwist misbruikte voor zijn verkiezingscampagne. Dat is zeker niet netjes, want een naam als deze hoor je na twintig jaar met eerbied uit te spreken.

Boeken / Fictie

De herinnering als mooi verhaal

recensie: Allemaal gelogen

Reisverhalen zijn niet de mooiste verhalen die er zijn. Vaak worden ze neergepend door mensen met meer verstand van verre landen dan van mooie woorden. Maar wanneer F. Springer zijn verhalen vertelt moet je luisteren. Hier schrijft iemand die weet hoe een woord te kiezen. En met de bijgeleverde cd moet je er wel naar luisteren.

~

Onder het pesudoniem F. Springer schrijft Carel Jan Schneider verhalen over verre landen. Zijn hoofdpersonen zijn allemaal diplomaten of andere regeringsfunctionarissen. Allemaal wonen ze in Angola, Bangkok of Nieuw-Guinea, en allemaal hebben ze iets onmiskenbaar gelatens. ,,Ach, je weet hoe het is met die hitte en de regering hier,” lijkt elke blondbleke, magere man in hemdsmouwen te zeggen. Je zorgen worden weggewuifd, en tegelijkertijd is nergens zoveel tijd en plaats voor zorgen als op een warm en vochtig bed in de tropen.

Allemaal gelogen bevat een verzameling verhalen en gedichten die nog nooit in boekvorm verschenen. Zijn debuutverhaal Een eskimo op het dak, gedichten, herinnneringen en ook de novelle Bangkok, een elegie. Een bonte verzameling, waarin telkens een stem opklinkt: die van opa, die bedaard vertelt.

Het gaat in Allemaal gelogen niet om wat er gebeurt in die verhalen. Weinig spanning zit erin, soms een amicaal grapje met de collegae, soms een klein plot dat al mijlenver voor het einde duidelijk is. Het gaat Springer om de sfeer, en vooral om bijna vergeten herinneringen die hem even doen terugkeren naar precies die dag, dat huis, dat land. Hij doet het meesterlijk. Wanneer hij vertelt over de mistige heuveltop op Sao Tomé zie je hem in een klamme hotelkamer depressieve literatuur lezen. F. Springer is een opa waar je geduldig naar luistert. Jammer dat Liesbeth Dolk, de Springerkenner die het boek heeft samengesteld, telkens vrolijk de titel van het komende stuk in je oor schreeuwt.

~

Bij het boek zit een cd waarop Springer een selectie van zijn stukken voorleest. Zijn debuut uit 1958 over schooljongens en -meisjes komt overgewaaid uit die tijd naar het heden. Hetzelfde geldt voor zijn jeugd in Indië, waar hij gedichten over heeft geschreven. Een klein uurtje duurt de cd, en de losse verhalen in Allemaal Gelogen zijn ook niet te lang. Maar ze nemen je mee naar langvervlogen tijden. Op sommige momenten wens ik dat ik in de jaren dertig geboren was en het allemaal zelf had mogen meemaken.

Muziek / Concert

Millionaire + Fence

recensie:

.

~

De beste graadmeter voor de beoordeling van de kracht van een band blijft natuurlijk de kwaliteit en de intensiteit van het optreden. En waar komt de muziek van een ‘alternative’ act als Millionaire beter tot zijn recht dan in de Groningse underground poptempel Vera. De avond stond geheel in het teken van het Belgische Hasselt, waar zowel Millionaire als voorprogramma Fence vandaan komen. Fence speelde een frisse en energieke set met mooie, vaak vrolijke liedjes, die nog het best te vergelijken zijn met het werk van het eveneens Belgische Metal Molly. Wat het meest opviel aan de muziek van Fence was de prachtige samenzang van drie van de vier heren. Topklasse!

~

Perfecte voorman

Tim Vanhamel heeft natuurlijk al een hele kluit aan ervaring opgedaan bij dEUS en de Evil Superstars. Hij komt op het podium dan ook zeer zelfverzekerd over, ook al gieren zijn zenuwen naar eigen zeggen door zijn lichaam wanneer hij optreedt. Al springend, zingend en schreeuwend liet hij tijdens het optreden zien dat hij de perfecte voorman is. Ook de rest van de band stond in Vera als een dijk te spelen. Ja, muzikaal talent zit er zeer zeker in.

Instrumentale toegift

Bij vlagen was Millionaire briljant en zelfs beter dan verwacht. Soms werd je geheel in de muziek gezogen, om dansend weer op aarde te geraken. Maar er waren een aantal kleine minpuntjes, die het optreden iets omlaag haalden. Er moet gezegd worden dat niet alle gespeelde nummers even goed waren. Het grootste deel van de set was geweldig, maar twee of drie nummers gingen er echt aan onderdoor. En een instrumentale toegift geeft ook niet veel voldoening aan het verwende Nederlandse publiek, waar ik zeker toe behoor.

Niet briljant dus, maar toch erg goed en superstrak. Ondanks de kleine oneffenheden die Millionaire nog moet bijwerken, hebben Tim Vanhamel en de zijnen op Outside The Simian Flock en op het podium laten zien dat er wel degelijk zeer veel rekening met hen moet worden gehouden. Millionaire zal zeker geen eendagsvlieg zijn, want het West-Europese muziekpubliek is veel te slim om een dergelijke act van wereldformaat aan zijn neus voorbij te laten gaan.

Muziek / Album

Pink – M!ssundaztood

recensie: M!ssundaztood

Momenteel heeft Pink een hit met het erg lekkere nummer Get The Party Started. Naar aanleiding daarvan keek ik dan ook uit naar de tweede cd van de 22 jarige Amerikaanse. In de bio van Pink staat te lezen dat ze hoopt de critici die dezelfde R&B pop als het uit 2000 stammende Can’t take me home verwachtten te schokken met haar nieuwe plaat. Ik zelf hoopte eigenlijk meer op een lekker vrolijke plaat vol met nummers als Get The Party Started. Een plaat zonder pretenties; gewoon lekker dansen op een feestje. Jammer genoeg schokte M!ssundaztood me toch.

~

Serieuze plaat

M!ssundaztood heeft Pink gemaakt in samenwerking met Linda Perry, die ooit met de 4 Non Blondes (je weet wel, die meisjes die met grote mutsen verhulden dat ze blond waren) lekkere liedjes speelde. Alle ingrediënten voor een fijne plaat leken me dus aanwezig. Bij het beluisteren van
M!ssundaztood blijkt echter dat Pink zichzelf serieuzer neemt dan goed voor haar is; ze heeft geen fijne dansplaat willen afleveren, maar een plaat die over haarzelf gaat. Op zich is daar natuurlijk niets mis mee, maar uit de teksten komt wel pijnlijk duidelijk naar voren dat het meisje ons helemaal niets te vertellen heeft.

Kinderen voor Kinderen onwaardig

Neem bijvoorbeeld het “aangrijpende” Family Portrait, dat handelt over de scheiding van haar ouders. Als een klein kind smeekt Pink haar ouders geen ruzie meer te maken en gewoon als een gezellig gezin bij elkaar te blijven. Uiteraard realiseert zij zich ook wel dat zoiets niet zomaar
gebeurt, dus belooft ze ook haar steentje bij te dragen; ze zal ’s avonds rustig gaan slapen en tijdens het eten niet meer met de melk knoeien. Een tekst die zelfs Kinderen voor Kinderen onwaardig is. Al de andere teksten zijn allemaal van ongeveer hetzelfde niveau. Zo is er een liedje over haar dagboek en gaat de grote bulk over jongens en vriendjes. Teksten over sex, relaties en vriend(inne)tjes zijn natuurlijk veel voorkomende onderwerpen in de popmuziek. En als er dan maar een lekkere beat onder staat is dat helemaal geen probleem. Maar Pink pakt het allemaal te dramatisch aan, wat ten koste gaat van de muziek.

~

Jimi Hendrix misunderstood

De vader van Pink is een Vietnam-veteraan die haar in dat licht in alle realiteit heeft opgevoed, aldus Pink zelf. Zo stimuleerde hij haar in haar beslissing school te verlaten, omdat je kleding daar het belangrijkste gespreksonderwerp scheen. Het is maar wat je realistisch noemt… In My Vietnam zet Pink haar leven neer als een strijd vergelijkbaar met die van haar vader in het echte Vietnam. Tja, het is een mening en met sommige meningen valt niet te discussiëren. Opvallend aan My Vietnam is echter dat het afsluit met Jimi Hendrix’ The Star Spangled Banner. Hendrix speelde hierin het Amerikaanse volkslied, vermengd met het geluid van vallende bommen en schreeuwende mensenmassa’s. Hij protesteerde daarmee tegen de Amerikaanse aanwezigheid in Vietnam, terwijl Pink juist zegt achter de strijd die de Amerikanen daar gevoerd hebben te staan. Heeft Pink Hendix hier “misunderstood”?

Niet serieus

Het moge duidelijk zijn M!ssundaztood van Pink mij vies tegenviel. Ik hoop dat ze zich op haar volgende plaat iets minder pretentieus opstelt en gewoon lekkere liedjes schrijft als Get The Part Started en Lady Marmalade, dat ze samen met Christina Aguilera, Lil’Kim, Mya en Missy “Misdemeanor” Elliott voor de Moulin Rouge!-soundtrack opnam. Dan heb ik
hoop dat ze ver kan komen in de muziekwereld. Als ze echter dit soort platen blijft maken vrees ik voor haar dat ze nooit echt serieus zal
worden genomen.

Film / Achtergrond
special: Spektakel rond de jaarlijkse Oscaruitreiking

Prestige in Hollywood

In mei 1927 werd er in Los Angeles een non-profit organisatie opgericht. 36 belangrijke mensen uit de filmwereld richtten de The Academy of Motion Picture Arts and Sciences op om belangrijke en artistieke mensen en projecten publieke support en erkenning te geven.

~

Tegenwoordig telt de Academy zo’n 6000 leden. Lid kun je alleen worden op uitnodiging, en is dus een prestigieuze zaak. Als lid van de Academy geniet je diverse privileges en heb je er een zegje in misschien wel de belangrijkste filmgebeurtenis van het jaar: de Oscar-(Academy Award)-uitreikingen. Als je lid bent van de Academy wordt namelijk ook jouw stem gevraagd.

Dat het uitreiken van een belangrijke prijs als de Oscar niet altijd zonder slag of stoot gaat, is in de geschiedenis vaak genoeg gebleken. Gekonkel, politiek, voortrekkerij leken soms het enige te zijn waar het Oscarwereldje aan kon denken. Als je namelijk winnaar bent van zo’n fraai beeldje ben je verzekerd van veel aanbiedingen en is je status als acteur, regisseur bijna niet kapot te krijgen. Daarom een overzicht van enkele opmerkelijke momenten, terechte winnaars en, naar mijn mening, onterechte verliezers.

Echte show

~

In 1928 kreeg de stomme (als in geluidloos) oorlogsfilm Wings de eerste Academy Award. Voor de kenners onder ons een juweeltje omdat de film enkele prachtige luchtgevechtscènes bevat en een jonge Gary Cooper in een kleine bijrol. Er was echter nog geen uitreikingsceremonie. In 1929 begon men er daadwerkelijk een echte show om heen te bouwen. Omdat deelnemers voor de uitreikingen de uitslag al in de krant konden lezen besloot men in 1940 het gesloten-enveloppensysteem in gebruik te nemen.

De belangstelling voor de uitreikingen steeg elk jaar. In 1953 was de allereerste live TV-uitzending met Bob Hope als gastheer. Met deze exposure werden de uitreikingen dermate belangrijk dat bijna geen acteur zich meer kon veroorloven niet aanwezig te zijn tijdens de show. Oscars betekenden belangstelling, en dat was nodig om ‘hot’ te zijn in Hollywood.

Eén van de vroegste Oscar-ruzietjes komt uit 1941, maar is misschien later wel de grootste blunder die de Academy kon maken gebleken. Men besloot Citizen Kane alleen te nomineren voor best screenplay. Ten onrechte, want de film wordt tegenwoordig nog steeds gezien als de beste film aller tijden. Het feit dat regisseur Orson Welles nog zo jong was, samen met de controverse rond het gedurfde onderwerp dat door de film werd aangesneden deed Kane toentertijd de das om. Welles zou later alsnog een ere-Oscar ontvangen.

Who picks these things?!?

1952. The Greatest Show On Earth wint de Oscar voor beste film. Er waren dat jaar diverse behoorlijke films uitgekomen, maar de Academy besloot in het voordeel van deze lichtgewicht spektakelfilm. Mary Pickford die het beeldje moest uitreiken kon haar verbazing niet onderdrukken en sprak de woorden: “Who picks these things anyway?” En zo zouden er nog diverse relletjes gaan volgen.

In 1971 gebeurde er iets tijdens de Oscars wat eigenlijk al veel eerder had moeten gebeuren: Charlie Chaplin krijgt eindelijk erkenning voor wat hij voor de filmindustrie heeft betekend. Het zou een historische uitreiking worden. Chaplin kreeg bij opkomst de langste staande ovatie uit de geschiedenis van de Academy, en bijna alle sterren deden er een moord voor om bij de kleine komiek op het podium te staan. Chaplin die al twintig jaar in een zelfgekozen ballingschap leefde, was zichtbaar aangedaan door het enthousiasme van het publiek.

~

In 1976 wint de kleine boksfilm Rocky verrassend de Oscar voor beste film. De toen nog onbekende Sylvester Stallone schreef de film nadat hij nota bene uit de softporno-industrie was gestapt. De Oscar werd uitgereikt door Muhammad Ali die op het podium nog even met Stallone ging boksen. Dat Stallone ooit een Oscar heeft gewonnen is iets wat heden ten dage niet meer denkbaar is, maar voor Rocky was dat niet meer dan terecht. Stallone was ontroerd dat Ali hem uiteindelijk het beeldje gaf en sprak tot het publiek dat hij deze avond zou herinneren staande naast een “100% certified legend.”

Vriendjespolitiek

In de jaren 90 namen vriendjespolitiek en gekonkel een behoorlijke vlucht. Ruzie over wie de uitreikingen mocht presenteren, ruzie over de hoeveelheid cameratijd voor de sterren, en natuurlijk ruzie over de winnaars. In 1997 wint Titanic een belachelijk aantal Oscars. Het verhaal van de film ontstijgt de gemiddelde Bouquetreeks niet, maar de film ziet er fenomenaal uit. Dat de film naast Ben-Hur de meest succesvolle film in de Academy historie is (beide films wonnen elf Oscars) is totale onzin: ten tijde van Ben-Hur waren er veel minder categorieën om te winnen.

In 1998 maakt ene Edward Norton enorme indruk met een prachtige rol van neo-nazi in American History X. De rol is een ware krachttoer van Norton, en een Oscar lijkt dan ook het minste wat hij verdient. Niks is minder waar. De Italiaanse Academy-lieveling Roberto Benigni wint voor zijn rol in La Vita e Bella. Een grote vergissing, en zo moet Norton – net als bijvoorbeeld Sean Penn – totaal onterecht nog steeds wachten op zijn eerste beeldje. Om een Oscar te krijgen moet je kennelijk weinig controversieel zijn, of gewoon Tom Hanks heten.

~

Academy-lievelingen

We kunnen dus rustig aannemen dat het krijgen van dit beeldje niet alleen de bekroning van een carrière is, maar tevens goed op de acteurs c.v. staat. Vandaar dat er elk jaar ook zoveel kritiek op beslissingen van de Academy is. Maar de Academy is zelf ook deels schuldig aan de scènes die soms rond het uitrijken van Oscars ontstaan. Kan men de Oscaruitreiking nog wel als een objectieve prijs zien? Steeds vaker gaat men óf voor de smaak van het big budget publiek (Titanic) of kiest men een lieveling van de Academy omdat andere kandidaten niet in het straatje van de Academy passen. (Benigni-Norton). Ik denk dat dit een noodzakelijk kwaad is waar we niet veel aan kunnen doen. Ter vergelijking: in Cannes en Berlijn win je doorgaans alleen als je een film maakt over een Pools herderinnetje die naar het westen gaat om liefde te vinden, maar in de handen van een Hongaarse pooier valt. Of zoiets. En de publieksprijzen zijn ook niet altijd geweldig, kijk maar naar de MTV- en TMF-Awards. Laat de Oscars nu maar gewoon zoals ze zijn: een illusie, een sprookje, net als de film.

Tenslotte wil ik me nog even sterk maken voor het feit dat de Oscaruitreikingen ook in Nederland op TV moeten komen. De belangstelling is er ongetwijfeld wel, maar geen zender die het ’s nachts uitzendt. Meestal moeten wij het in Nederland met een samenvatting van een half uurtje doen. Ik hoop dat dit in de toekomst gaat veranderen.

Film / Films

The Man Who Wasn’t There

recensie: Schitterende ironie

.

~

Ed Crane (Billy Bob Thornton) is een man van weinig woorden. Hij slijt zijn dagen in een kapsalon waar hij tweede kapper is. Dag in dag uit knipt hij zijn klanten zonder een woord met ze te wisselen. Zijn vrouw Doris (Frances McDormand) vond het wel een prettig idee met een zwijgende man te leven. Maar Doris is niet de betrouwbaarste. Ed zegt niets, maar weet als enige wat er gaande is. Wanneer op een dag een louche zakenman zich na sluitingstijd laat knippen, vertelt deze dat zijn grootste wens een eigen stomerij is. Het enige dat daar voor nodig is tienduizend dollar. Ondanks zijn zwijgende karakter droomt Ed Crane van een beter leven waarin hij zijn eigen touwtjes in handen heeft. Dit lijkt de uitgelezen kans om nog iets van zijn leven te kunnen maken. Maar hoe aan tienduizend dollar te komen? Ed is niet achterlijk en besluit uit zijn verdriet voordeel te trekken. Hij gaat de minnaar van zijn vrouw chanteren. Zoals zo vaak zijn de gevolgen van een onschuldige daad vaak niet te overzien, zeker niet door een zwijgende kapper.

Schitterend ironisch

The Man Who Wasn’t There is de negende film van Joel en Ethan Coen (Fargo, O Brother Where Art Thou?). En meer dan in al hun andere films weten ze een sfeer te creëren die onnavolgbaar is. De setting lijkt in alles op een film noir, ware het niet dat de ingrediënten alleen uit het kookboek van de broers Coen kunnen worden gehaald. De werking van Eds gelatenheid wordt op een schitterende ironische manier gebracht. Kalm en zonder omhaal van woorden vertelt hij zijn levensverhaal, alsof hij altijd al heeft geweten dat het niet goed met hem zou aflopen.

~


De film is geschoten in zwart-wit. De gradaties en nuanceringen hierin zijn zo mooi op elkaar afgesteld dat je zou wensen dat alle films er zo uit zouden zien. De genuanceerde omgeving samen met Billy Bob Thorntons sterke gelaatstrekken maakt de film onaantastbaar.

De kunst van het weglaten

Vreemd genoeg heeft The Man Who Wasn’t There slechts een Oscarnominatie voor de beste cinematografie. Wat mij betreft had Billy Bob Thornton genomineerd mogen worden voor beste acteur. Want de kunst van het weglaten is essentiëler dan alles expliciteren. In de manier waarop Ed Crane zich beweegt zien we de kansloosheid van een kapper met een droom. Hier is ieder woord teveel.

Boeken / Reportage
special:

De longlist van de Libris literatuurprijs 2002

De lange lijst van genomineerden voor de Libris Literatuurprijs kent dit jaar maar weinig echt grote namen. Harry Mulisch is genomineerd voor Siegfried en Gerrit Komrij staat erop met De Klopgeest. Verder zijn ook Margriet de Moor en Karel Glastra van Loon genomineerd.

~

Twee dagen voor de bekendmaking van de lijst ontstond er oproer toen K. Bakker van de kleine uitgeverij Conserve bekendmaakte niet meer mee te doen. “Kleinere uitgeverijen hebben al jaren het nakijken bij literaire prijzen. De winnaars komen altijd uit het Amsterdamse grachtencircuit of de periferie eromheen, terwijl ik de kwaliteit ervan betwist,” zei De Bakker. Uitgeverij Conserve stuurt geen boeken meer naar de jury’s. De Librisjury kon nog wel gebruik maken van Conserve-boeken, maar de AKO-jury niet meer.

Wij willen jouw recensie!

De volledige lijst met namen staat hieronder. De Literatuurprijs wordt op 8 mei uitgereikt en tot die tijd zal 8WEEKLY proberen elke week een boek van de longlist te bespreken. Enthousiaste lezers die een van de boeken thuis hebben liggen en zelf eens in de pen willen klimmen, kunnen ook zelf een recensie van 400 tot 500 woorden insturen naar de redactie.

De nominaties

Robert Anker – Een soort Engeland
René Appel – Zinloos geweld
Jan Brokken – Voel maar
Paul Claes – De Kameleon
Geertrui Daem – Koud
Jean-Paul Franssens – Rozen uit het Zuiden
Karel Glastra van Loon – Lisa’s Adem
Miriam Guensberg – Saternacht
Mensje van Keulen – De gelukkige
Annie van Keymeulen – Bas
Gerrit Komrij – De Klopgeest
Marijke Libert – Sterk water
Margriet de Moor – Kreutzersonate
Harry Mulisch – Siegfried
Barber van de Pol – Kriblijn
Chaja Polak – Over de grens
H. Romijn Meijer – Oprechter trouw
Joyce Roodnat – ’t Is zo weer nacht
Jan Siebelink – Engelen van het duister
Herman Stevens – Gouden bergen

Boeken / Reportage
special:

Tien voor Taal, maar niet voor Letterkunde

Het KRO-programma Tien voor Taal heeft per ongeluk twee dode Nederlandse dichters uitgenodigd om deel te nemen aan de taalstrijd met Vlaanderen. Dat heeft een woordvoerder van uitgeverij Querido, waar de invitatie binnenkwam, woensdag gezegd.

~

Per mail vroeg tv-producent Endemol aan Querido om de deelname van de dichters J.C. Bloem (1887-1966), Gerrit Achterberg (1905-1962) en de inmiddels 78-jarige Gerrit Kouwenaar. Querido moest de betreffende Endemol-medewerkster teleurstellen.

“Ik dacht eerst dat de vraag door een stagiaire was gesteld, maar het bleek om een geroutineerde medewerkster te gaan”, geeft de Querido-woordvoerder aan. “Ze gaf aan op internet te hebben gezocht naar dichters voor het programma. Wel vreemd, want op internet kan je ook makkelijk vinden dat twee van de genodigden al zijn overleden.”

Querido heeft Endemol andere dichters voorgesteld voor het programma. “Die zijn jonger en hebben volgens mij meer kans om te winnen. Want ik zie altijd Vlaanderen winnen.” De oudere Kouwenaar is wel nog steeds actief. In september brengt hij een nieuwe bundel uit, die waarschijnlijk Totaal witte kamer gaat heten.

8WEEKLY

Medal of Honor: Allied Assault

Artikel: Medal of Honor: Allied Assault

De laatste tijd worden we overspoeld met 3D first person shooters die als setting de Tweede Wereldoorlog hebben. Na het prachtige Return To Castle Wolfenstein krijgen we nu te maken met het volgende deel uit de Medal Of Honor-serie. Met het spelplezier van Wolfenstein in het achterhoofd begon ik aan mijn eerste missie.

~

Woestijnvos

Het spel begint in Afrika ’42. De speler ziet de wereld door de ogen van Luitenant Mike Powell, een keiharde jongen voor speciale missies. Anders dan in bijvoorbeeld Wolfenstein krijg je tijdens je missies hulp van teamgenoten. Helaas voor jou kun je niet eeuwig op hen vertrouwen als het op vuil werk aankomt, want tijdens de missie loopt de boel allesbehalve op rolletjes. Voor je het weet hangt de missie toch weer van jou af.

~

De landing

Voor de mensen die Saving Private Ryan hebben gezien zit er een geweldig level in dit spel: de landing op de kusten van Normandie. Wat mij betreft is dit level het beste ooit gemaakt in het genre. Je waant je echt even een onderdeel van de geschiedenis. Na een succesvolle landing krijg je diverse missies om het resterende Duitse verzet uit te schakelen, of medestrijders te ontzetten. Dat de Duitsers allesbehalve verslagen zijn zul je op die missie al gouw genoeg aan den lijve ondervinden.

Een rondje Europa

Het prachtige aan dit spel is de variatie. Het ene level is botte actie, maar in het volgende level zijn juist weer rust, kalmte en een flinke dosis tactiek nodig. Ook de scenery verandert nogal eens: Afrika, Normandie, Frankrijk, de Ardennen en Noorwegen zijn enkele van de diverse strijdtonelen. Alles ziet er werkelijk adembenemend uit. Maar laat je hierdoor niet afleiden, want het gevaar ligt voortdurend op de loer. Elk afgebrokkeld muurtje kan een potentiële Duitse hinderlaag zijn. Die spanning maakt het spelen van dit spel al een ervaring op zich.

Conclusie

EA heeft werkelijk het uiterste uit de Quake 3-engine gehaald. Om al dit moois een beetje redelijk te laten lopen is wel een behoorlijke computer nodig. Volgens EA draait de boel al op een P3-450, maar dan kan je tijdens het laden rustig een kopje thee zetten. Een P3-700 met een 32MB 3D videokaart is in dit geval absoluut geen overbodige luxe. Heb je dit, en ben je op zoek naar de ultieme first person shooter ervaring, dan heb je wat mij betreft met Allied Assault een titel die de concurrentie in beeld, geluid en spelplezier ver achter zich laat.
Het spel heeft ook een multi-player optie die ik nog niet heb kunnen testen.

Film / Films

Hundstage

recensie: Hundstage

Vernedering, wraak, geweld, onmacht. En daaruit voort komt walging. En tegelijk fascinatie. Hundstage is een film die mensen van hun slechtste kant belicht. Sadisten zijn we, fysieke of psychische geweldenaren die geen rekening houden met de mensen om ons heen. Zo laat Hundstage ons zien. Een verschrikkelijke film.

~

Het is bijzonder heet in de slaperige Vinexwijk in Oostenrijk. Zweet glijdt tappelings langs de slapen en over de rug. Veel in bad, weinig kleren aan en zo min mogelijk bewegen is de enige oplossing. Wachten op de avond tot het wat koeler wordt, zodat we ons eindelijk kunnen afreageren op de mensen die ons de hele dag al hebben beziggehouden met hun futiliteiten.

Masochistisch vriendje

Anna rijdt met iedereen mee en tergt de autobestuurders met reclameliedjes en statistische waarheden. Klaudia moet de nukken van haar opgefokte vriendje Mario verdragen. Herr Hruby krijgt zijn alarmsystemen maar niet verkocht en controleur Walter zoekt verkoeling in de supermarkt om daar te klagen dat zijn pak meel niet zwaar genoeg is. Tenslotte buigt een lerares zich voorover om haar masochistische vriend te ontvangen, maar hij heeft iemand meegenomen.

Provocerend

~

Het is vreselijk om te zien. Klaudia wordt geterroriseerd en de lerares krijgt er van langs. Aan het eind moet ook de lichtelijk gestoorde Anna het ontgelden. Regisseur Ulrich Seidl laat wel zien hoe de verhoudingen liggen: de vrouw is het slachtoffer van de hersenspinsels van zieke mannen. Hundstage is daarmee een uiterst onvriendelijke, provocerende film die doet walgen. Het is vies wat je te zien krijgt, zonder uitzondering.

Ongemakkelijk

Schoonheid zit er niet in de film, of het moet achteraf zijn. Het is toch vreemd dat ik, inmiddels drie weken nadat ik de film gezien heb, de beelden nog steeds helder voor me zie en dat ik zelfs af en toe één van Anna’s debiele reclameliedjes in mijn hoofd heb. Het is fascinerend om te zien hoe een film je zo kan tergen dat je zin hebt om weg te gaan. Het gaat niet om de kots of omdat het te eng is of te saai. Regisseur Seidl stort eenvoudigweg zo’n overdaad aan menselijke haat over je uit, dat je er ongemakkelijk van wordt.

Geen film om vrolijk van te worden. Wie Requiem for a Dream heeft gezien weet wat dat betekent. Maar waar je je in Requiem kon wentelen in verdriet, wil je Hundstage van je afschuiven. Zo ver mogelijk, het liefst. Want zo slecht kunnen we toch niet zijn?

“Hackerl, macht die neue Kuche, jetzt in nur drei Tage, fertig und auf Maß, Ha-ha-ha-ha-Hackerl, macht die neue Kuche…”