Muziek / Album

Een moeilijke jeugd

recensie: Splinter

The Offspring is een band die de afgelopen jaren zijn strepen heeft verdient. Het begon allemaal in 1989 met het album The Offspring, maar het echte succes bij het grote publiek moest echter wachten tot 1994 toen de kraker Smash uitkwam. De band haalde grote hits met Come out and play en natuurlijk Self Esteem. Maar ook daarna ging de band door met scoren, in 1998 stonden ze nog hoog in de hitlijsten met Pretty Fly (For A White Guy). Het is interessant om te kijken wat deze band die wereldwijd als 32 miljoen albums verkocht ons op dit zevende studioalbum laat zien.

~

Grappig om te vertellen is dat het album eerst Chinese Democracy zou gaan heten. Dit als parodie op zanger Axel Rose van Guns ’n Roses die al jaren het succes van de Use Your Illusion-albums probeert te continueren met een album met de titel Chinese Democracy. Uiteindelijk durfde The Offspring het toch niet aan en is het Splinter geworden.

Energiek

De muziek van de band is energiek, zoals we gewend zijn, maar desondanks een stuk gevarieerder dan het oudere werk van de band. Dit zal deels door de productie van de legendarische Brendan O’Brien komen, maar het is ook duidelijk dat de band zelf muzikaal verbreed is. Violen, trompetten, DJ scratching, een saxofoon en nog veel meer instrumenten maken dit album tot een warm geheel. De energieke stem van zanger Dexter Holland wordt rijkelijk ondersteunt door een erg gelaagde begeleiding, wat het geheel tot een mooi afgewogen compositie maakt. Een goed voorbeeld hiervan zijn Race Against Myself en Spare Me The Details.

Oprecht

~

De teksten van The Offspring zijn soms puberaal, maar altijd oprecht. “I’m crawling to the bathroom again / It hurts so bad that I am never gonna drink again” uit The Worst Hangover Ever bijvoorbeeld is een goed voorbeeld. Maar natuurlijk heeft de band ook de liefde niet onbesproken gelaten in haar teksten zoals in Spare Me The Details goed te horen is: “And I feel so dumb / That I could ever trust her / While someone else fucked her / Then walked away”. Mooi, oprecht en direct.

Lekker fel

Splinter is een plaat die erg lekker in het gehoor ligt. De muziek is erg vrolijk en positief. Zelfs The Worst Hangover Ever is een klein feestje op je trommelvliezen, dat is toch, gezien de tekst, op zijn minst opzienbarend te noemen.
Het laatste nummer op het album, When You’re In Prison, valt ook erg op. Het klinkt een beetje als de liedjes uit de vijftiger jaren van de vorige eeuw. Rustige feelgood muziek, als je de tekst buiten beschouwing laat. Dit is echt een leuke afsluiting van dit over het algemeen lekker felle album.

Verfrissend

The Offspring laat met Splinter zien dat de band volwassen geworden is. Natuurlijk zijn de teksten direct en duidelijk, soms zelf puberaal, maar dit is geenszins zo pittig als bij het vroegere werk van de band. Splinter is open en direct, maar tegelijk erg volwassen en mooi. Deze combinatie maakt het geheel verfrissend. Ik vond het een plezier om te luisteren en ben blij dat The Offspring blijkbaar door is gegroeid na een moeilijke jeugd.

Link:

Officiële website – http://www.offspring.com/

Theater / Achtergrond
special: Crème de la crème festival

’s Lands beste?

Genieten van het Crème de la crème Festival hield in dat je keuzes moest maken uit de negen zalen met in totaal tientallen acts. Soms moest je zelfs besluiten om eerder bij een optreden weg te gaan, zodat je op tijd in de rij kon staan voor een andere act die je ook graag wilde zien. Vaak waren het onmogelijke keuzes om te maken, zeker als je én een liefhebber bent van muziek én van cabaret. Een cultuur- en muziekspektakel was het zeker en 8WEEKLY was erbij.

~

Vrijdagavond 19.00 uur:

We hadden de keuze uit Ilse de Lange, Kane, Alkemade & Bloemen, Songfestivals Flashbacks, Me Mystery, Night of Comedy of één van de finalisten van Cameretten 2003. Wat zou jij kiezen? Wij besloten eerst een graantje mee te pikken bij diverse optredens. Gitaarklanken kwamen tot ons in de PWA-zaal; een concert van het meisje uit de Achterhoek, Ilse de Lange. Terwijl ondertussen anderen in de Statenhal aan het wachten waren op de ruigere klanken van het vertraagde Kane. Wij besloten na een paar lekkere in het gehoor liggende nummers van Ilse de muziek voor later op de avond te bewaren en eerst te lachen.

Op het festival waren drie blokken voor de drie finalisten van Cameretten 2003 geregeld. Wij sloten aan in de rij voor de tweede ronde. In de hoop dat winnaar Ronald Goedemondt op het podium zou verschijnen, namen we plaats op de klapstoeltjes. Maar niet hij, maar tegenkandidaat Ilse Warringa nam dit half uur voor haar rekening. Een heel gedoe over borsten, ballonnen met melk en een sprookje. Grappig, dat was het wel, zeker op de manier waarop zij het bracht met verschillende stemmetjes en typetjes (inclusief een schitterende Pippi Langkousimitatie). Warringa stond hiervoor al vaak op het toneel met verschillende theatergezelschappen. Ze probeert nu de overstap van toneel naar cabaret te maken. Helaas moeten de echte goede grappen nog komen, maar entertainen kan ze wel.

Frekie

Een andere rasentertainer stond een paar minuten later in een bomvolle PWA-zaal: Freek de Jonge. En Freek was Freek, precies wat je van hem verwacht. Geen typetjes, maar een show met mooie metaforen. Hij kwam soms bijzonder scherp uit de hoek en aan de andere kant kon hij ook heel gevoelig zijn als hij liedjes zong onder begeleiding van zijn uitstekende begeleidingsband. Uiteraard was hij degene die zich moest laten ontvallen dat hij geen koffie drinkt van sponsor DE.

~

Na Freek de Jonge stond Krezip op datzelfde podium. Wij besloten in deze zaal te blijven, omdat het geen zin meer had om in de lange rij voor Arie en Silvester aan te sluiten, net als eerder op de avond voor de meesterlijke imitaties van Sanne Wallis de Vries. Krezip toert momenteel door Nederland met de show ‘That’ll be unplugged’. Oude liedjes zijn in een nieuw akoestisch jasje gestoken en klinken net weer even anders, maar zijn nog steeds een lust voor het oor. De bedoeling van dit soort concerten is dat het lekker intiem is, maar probeer dat maar voor elkaar te krijgen in een zaal met minstens 2000 man. De Tilburgse band kreeg het uiteindelijk wel voor elkaar om iedereen stil te krijgen en die sfeer te creëren; kippenvel. Naast bekende hits als ‘I would stay’ en ‘Won’t cry’ speelden ze ook drie nieuwe nummers die we zeker vaker gaan horen.

Wij besloten met het oog op de tijd de laatste noten van Krezip te laten voor wat ze waren om ons weer op het cabaret te storten. Ruben en Nathan waren op het laatste moment aan het festival toegevoegd. Met hun eerste programma Uitverbaasd wonnen ze vorig jaar zowel de jury- als publieksprijs van Cameretten. Een grappig duo, dat soms qua dialogen en gezichtsuitdrukkingen iets weg had van Acda en de Munnik, overigens de grote afwezigen van het festival als je het dan toch over de crème de la crème van Nederlandse bodem hebt… Gelukkig waren Ruben en Nathan geen wannabees, maar hebben ze ook een eigen brutale stijl. Liedjes, verhalen, imitaties en improvisaties wisselden elkaar in snel tempo af. Ze waren lekker ad rem en leuk om naar te kijken en te luisteren.

Hekkensluiters van deze avond waren Van Dik Hout en Bløf. Het publiek ging helemaal los en wilden zelfs niet meer blijven zitten op de stoelen in de PWA-zaal bij het optreden van Van Dik Hout. Ondertussen ging het dak eraf in de Statenhal waar Bløf speelde. Een goede keuze om mee te eindigen, al was het dan wel weer lastig voor liefhebbers van beide groepen om een keuze te maken. Met ruim 14.000 mensen was de vrijdag wel aan de erg drukke kant, maar wel gezellig met pareltjes van optredens.

~

Zaterdagavond 19.00 uur:

Het was aanzienlijk rustiger dan de vorige avond (ongeveer de helft van het aantal bezoekers van vrijdag). En weer werden we voor verschillende dilemma’s gesteld. Metropole orkest met verschillende artiesten van Nederlandse bodem, Karin Bloemen en Cor Bakker, Alex Agnew, Lucretia van der Vloot, Montezuma’s Revenge of Boom Chicago? We besloten eerst een paar nummers te beluisteren en te bekijken van het Metropole orkest met onder andere Trijntje Oosterhuis, Krezip, Birgit, Xander de Buisonjé en Freek de Jonge. Het Metropole orkest is een geweldig mooi orkest, dat populaire nummers op zo’n swingende manier kunnen brengen dat je niet stil kan blijven staan. Maar er was meer te zien en te horen ondertussen. En daarom verruilden we de grote Statenhal voor een kleinere zaal. Montezuma’s Revenge stond in de kelder te zingen. Deze a capella popgroep liet horen dat je echt geen grote band achter je hoeft te hebben om toch de aandacht vast te houden van het publiek. Deze vijf mannen zongen de welbekende liedjes uit hun show Hits Again uitstekend. Muziek om naar te kijken en zeker niet om bij stil te blijven staan, daar staat deze groep bekend om. Zonde dat de meeste bezoekers de weg naar de kelder niet konden vinden.

Na de muzikale optredens schoten we de zaal in waar cabaretier Klaas van der Eerden op het podium stond. Hij verraste ons met z’n beatboxen en maakte ons aan het lachen met zijn haarscherpe improvisaties. Hij pakte diegenen die zijn show verstoorden hard aan en had overal een antwoord op. Verder waren zijn verhalen over straattaal, stille seks en een vakantie met z’n vrienden erg leuk om naar te luisteren. Een vrolijke, kritische jonge cabaretier om goed in de gaten te houden!

Boom

Klaas had ons al laten zien hoe je moet inspelen op het publiek, maar als je het over de absolute improvisatietoppers hebt, kom je uit bij Boom Chicago. Ze traden op met hun show Boom Chicago’s Saves The World (Sorry about the mess). Een hilarisch programma over grote en kleine irritaties. Noem maar een naam (president Bush of Bassie en Adriaan) of een woord (vork of hondenpoep) en zij gingen ermee aan de slag. Hun Engelse opvoering is makkelijk te volgen, mede door de overduidelijke gebaren en komische gezichtsuitdrukkingen. Ze hebben in ieder geval een strakke show neergezet waarbij veel gelachen werd.

~

Dat de tweede dag van het Crème de la crème festival een stuk commerciëler ingevuld was, bleek tijdens Musicalhit Singalong 2003 in de Statenhal, waar opnames gemaakt werden voor een oudejaarsshow op televisie. Onder andere Danny de Munk, Carolina Dijkhuizen en Antje Monteiro zongen liedjes uit diverse musicals en het publiek moest hard meezingen en de laatste seconden van het jaar aftellen. Wij bedankten voor de eer en besloten alvast aan te sluiten in de rij voor Veldhuis en Kemper.

Ik wou dat ik jou was

Remco Veldhuis en Richard Kemper verloren de finale van Cameretten 1999, maar kwamen terug met hun hit ‘Ik wou dat ik jou was’. En misschien dat ze het daar beter bij hadden kunnen laten, want zonder muzikale klanken presteren ze niet al te best. De grappen die ze vertellen zijn al vaker verteld. Het publiek kon er ook niet echt warm van worden (al was het in de overvolle zaal wel snikheet), een lach zo hier en daar, maar de langdradige grappen waren niet goed genoeg voor een groot applaus. Tientallen mensen die teleurgesteld werden omdat de zaal al vol zat, hoeven dus niet te balen.

Als ze slim waren geweest waren zij naar de kelder gegaan waar op dat moment El Tattoo del Tigre nog stond te spelen. Een flink orkest met veel blazers uit België dat vrolijke Latijns-Amerikaanse muziek speelde. Vorig jaar lieten ze iedereen al swingen op Lowlands. En ook deze zaal kregen ze mee.

Een echte afsluiter was er niet op deze zaterdagavond. Verschillende optredens kabbelden nog een beetje voort, er werd gedanst, gelachen en ook stilgestaan bij de straattheateracts op de gangen. Jammer eigenlijk dat er tussen de optredens zo weinig tijd is om gewoon een beetje te lanterfanteren en je te laten amuseren door dit soort dingen. Misschien moet je er ook wel gewoon de tijd voor nemen, maar met zoveel goede namen is het zonde om op de gangen te blijven staan.

Zondag werd het Crème de la Crème festival officieel beëindigd met een koffieconcert met Paul de Leeuw. En daarmee kon de organisatie terug kijken op een druk festival. Uiteraard viel er genoeg te klagen over de lange rijen en optredens waar de deuren dicht zaten omdat het binnen vol zat. Mojo is daarom aan de klachten tegemoet gekomen en heeft een aantal mensen gratis andere concertkaarten aangeboden. Op zich is de opzet van zappen van zaal naar zaal wel aardig. Maar je had hier teveel keuzemogelijkheden in een korte tijd waardoor je andere mooie optredens links moest laten liggen. Aan de andere kant kwam het soms ook wel goed uit als een zaal al vol zat of een optreden tegen viel, dan kon je zo weer verder zappen. Het leuke van dit festival was dat je een mix kon maken van muziek en cabaret. We hebben in ieder geval weer veel toppers van Nederlandse bodem aan ons voorbij zien trekken.

Film / Films

Videotapes op een schijfje

recensie: Editie december 2003

Het is jammer dat sommige dvd-makers nog steeds denken dat een schijfje niet veel meer is dan een platte en ronde videoband. Er worden nog steeds dvd’s op de markt gebracht waarop alleen de film staat, terwijl andere vol staan met leerzaam audiocommentaar, lachwekkende bloopers, diepzinnige documentaires en andere leuke extra’s. Een dvd met ‘niks’ erop kan haast niet meer. Langzaamaan dringt dat ook tot distributeurs door. Als nu de kwaliteit van het gebodene ook nog beter wordt, kunnen we met gerust hart een punt zetten achter deze rubriek: videotapes op een schijfje.

The Tenant

(Roman Polanski • 1976 • Paramount)

Polanski speelt zelf de rol van de huurder uit de titel, die een appartement in Parijs betrekt. Op het eerste gezicht lijken zijn buren nette mensen, maar al gauw beginnen ze wel erg vreemde trekjes te vertonen. Zo wordt de man steeds beschuldigd van luidruchtigheid, zelfs al hij niet thuis is, en ziet hij vaak mensen uren naar hem staren in de wc aan de overkant van de gang. Het duurt niet lang voor hij aan zijn eigen verstandelijke vermogens begint te twijfelen. Dat The Tenant minder beklemmend is dan Polanski’s eerdere meesterwerk Rosemary’s Baby komt vooral door het vreemde, verwarrende verhaal dat moeite heeft twee uur lang te blijven boeien. De ongetwijfeld overvloedige symboliek is me bij de eerste kijkbeurt ontgaan, en ik ben bang dat ik de film niet snel weer eens zal opzetten. The Tenant is waarschijnlijk alleen interessant voor Polanski-fans, die overigens zullen smullen van de meesterlijke trailer op deze dvd.

The Neverending Story

(Wolfgang Petersen • 1984 • Dutch Filmworks)

Tot Peter Jackson zijn tanden in The Hobbit zet, zal The Neverending Story waarschijnlijk te boek blijven staan als meest fantasierijke live action kinderfilm. De avonturen van de jonge Bastian in het magische land Fantasia zijn prachtig in beeld gebracht door regisseur Petersen, die even daarvoor Das Boot had gemaakt en later in Hollywood naam zou maken met blockbusters als The Perfect Storm en het volgend jaar te verschijnen epos Troy. Dutch Filmworks brengt de film opnieuw in een geremasterde versie uit, en vermeldt in het persbericht trots dat de dvd geen enkele extra bevat om de film zoveel mogelijk digitale ruimte te geven. Een tweede disk met een terugblikkende documentaire was geen overbodige luxe geweest, maar gelukkig is de film zelf prima te genieten.

Confessions of a Dangerous Mind

(George Clooney • 2002 • RCV)

Clooney’s regiedebuut is het ogenschijnlijk ware verhaal van Chuck Barris, achtereenvolgens vrouwengek, bedenker van slechte tv-shows en huurmoordenaar voor de CIA. Confessions is niet grappig genoeg voor een komedie en niet gedetailleerd genoeg voor een biografie maar toch werkt de film, hoewel hij niet helemaal bevredigt door de vreemde sctructuur van het script en de hakkelende montage. Clooney is een prima regisseur met een aparte visuele stijl die blijkbaar goede vrienden is met de toplagen van Hollywood, getuige de vele leuke cameo’s en bijrollen van o.a. Julia Roberts, Brad Pitt, Matt Damon en Drew Barrymore. En zeg nu zelf: een film met Rutger Hauer als Duitse geheim agent met een enorme snor en dito pruik kan toch eigenlijk niet slecht zijn? Wel slecht is de Nederlandse presentatie op dvd, zeker gezien het feit dat Amerikaanse filmfans een commentaar van Clooney en zijn cameraman krijgen voorgeschoteld, plus een making of, verwijderde scènes en een interview met de echte Chuck Barris. Doodzonde, want ik had graag Clooney’s toelichting gehoord.

The Reckoning

(Paul McGuigan • 2001 • A-Film)

Hoewel dit Middeleeuwse mysterie volgens de IMDb pas volgend jaar in Amerika uitkomt, kunnen wij nu al genieten van The Reckoning. Want er valt een hoop te genieten aan de film: de hyperrealistische (lees: smerige) decors en kostuums, een geweldige vesting en een stel prima acteurs, waaronder Willem Dafoe, Paul Bettany en Brian Cox. Priester Bettany geeft aan het begin van de film toe aan vleselijke lusten, en komt bij toeval terecht in het reizende toneelgezelschap van Dafoe. In de eerder genoemde vestingstad belanden ze middenin een plaatselijke tragedie. The Reckoning had een Name of the Rose voor de 21ste eeuw moeten worden, maar dat niveau wordt niet gehaald. Gelukkig maken de prachtige beelden, het boeiende verhaal en de briljante art direction veel goed.

Prison On Fire

(Ringo Lam • 1987 • Dutch Filmworks)

Het vervolg op Ringo Lams eigen City on Fire, dat op zijn beurt weer model stond voor Quentin Tarantino’s Reservoir Dogs. Chow Yun-Fat is de eigenzinnige Ching, die in een vlaag van woede zijn vrouw vermoordde. Hij sluit in de gevangenis vriendschap met Yiu (Tony Leung), die bijna per ongeluk is veroordeeld tot drie jaar cel. Yiu is, in tegenstelling tot de rest van de gevangenen, geen crimineel en wordt al gauw het pispaaltje door zijn eerlijkheid en naieve gedrag. Verschillende triaden hebben de pik op hem, en ook de gemene bewaker Scarface (ja, echt!) zou hem graag iets aandoen. Prison on Fire is een typische oudere Hongkongse actiefilm, met stereotiepe karakters, slecht geluid, vreselijke synthesizermuziek en veel realistisch (lees: rommelig) geweld. Toch werkt de film uitstekend door de goede hoofdrolspelers, het ondanks alle clichés prima verhaal en de rauwe actiescènes. Jammer genoeg staat er helemaal niks op de dvd, behalve dan de film.

Film / Films

De Passievrucht

recensie: De Passievrucht

Een op de tien kinderen is niet verwekt door de man die denkt dat hij de vader is. Een minnaar spuit twee keer zoveel sperma in een vrouw dan haar vaste partner. Deze feitjes moeten iedere man in de bioscoop doen schuifelen op hun stoel. De Passievrucht behandelt de diepste biologische angst van mannen: dat hun kind niet echt hun kind is.

~

Voor Armin Minderhout (Peter Paul Muller) wordt die angst werkelijkheid. Hij blijkt onvruchtbaar. Wie de vader is van zijn dertienjarige zoon Bo (een goed acterende Dai Carter), kan hij zijn eerste vrouw Monika (Carice van Houten) niet meer vragen: ze is negen jaar eerder gestorven. Het wordt voor Armin een obsessie: hij zal en moet ‘de dader’ vinden. De Passievrucht is dus een echte whodunnit. Dat er van het gelijknamige boek van Karel Glastra van Loon 300.000 exemplaren zijn verkocht en het de meest gelezen Nederlandse roman is onder scholieren, zou dan een probleem kunnen zijn. Vrijwel iedereen weet inmiddels wie de vader van Bo is.

Mooie overgangen

~

Toch is dat niet storend. Ten eerste omdat de tocht van Armin, die gravend in zijn geheugen de mannen uit Monika’s leven de revue laat passeren en ze vervolgens opspoort als een soort bloedhond, prachtig is verfilmd. Regisseur Maarten Treurniet (Pleidooi, Zwarte Sneeuw) speelt leuk met het verschil tussen de flashbacks en het heden, maakt mooie overgangen naar de volgende scène en weet de fantasieën van Armin grappig te integreren.

Babykleertjes

Daarbij duikt het verhaal meer de diepte in als de speurtocht steeds gefrustreerdere vormen aanneemt. Zo vergeet Armin de belangrijke andere implicatie die het doktersbericht inhoudt: dat hij met zijn nieuwe vriendin Ellen (Halina Reijn) geen kinderen kan krijgen, en zij inmiddels al roze babykleertjes had ingeslagen. Bijna achteloos vertelt hij Bo dat hij niet zijn echte vader is, zonder een seconde aan de consequenties te denken.

Warrig

Peter Paul Muller mag dan een eikel spelen, hij is wel een overtuigende eikel. Ook Ellen wordt prachtig neergezet door Halina Reijn. Dat kan niet gezegd worden van Monika. Zij blijft ongrijpbaar. Is zij nu gewoon een eersteklas bitch, of juist niet? Heeft zij echt meerdere minnaars gehad, of bleef het bij die ene? Misschien is dat met opzet gedaan, om te laten zien dat je iemand nooit helemaal kent. Toch is het jammer, want ook de vraag die Armin zich stelde aan het begin van zijn speurtocht – waarom? – blijft daardoor onbeantwoord. Zelf lijkt Armin dat volkomen te vergeten. Zoals hij ook vergeet alle kerels op te zoeken waar hij zijn jaloerse oog op heeft laten vallen. Omdat de film wat de speurtocht betreft een beetje warrig is opgebouwd, merk je daar bijna niets van.

Kerstdiner

Hoe dan ook: als whodunnit met een beetje extra inhoud is De Passievrucht prachtig. Bovendien moeten de scholieren nu toch het boek blijven lezen om het op hun lijst te kunnen zetten. En al die leuke weetjes over onechte kinderen doen het vast erg leuk tijdens het kerstdiner.

Boeken / Strip

Verschilloos

recensie: Verschilloos

Sinds kort is er een nieuwe flonkerende ster aan het stripfirmament te ontwaren: haar naam is Linda van Erve. Voor veel stripliefhebbers leek zij uit het niets op te duiken. Des te opmerkelijker is het dan ook dat ze een heel eigen stijl tentoonspreidt die zeer professioneel overkomt. Het is duidelijk dat ze flink haar best heeft gedaan tijdens haar studie aan de Academie voor Kunst en Vormgeving.

~

Na een aantal optredens in verschillende (strip)bladen, was het moment daar: de eerste echte uitgave. Voor de verwezenlijking hiervan sloot zij een pact met stripwinkel Bee Dee gevestigd in Haarlem. Het resultaat mag er zijn. De aanvankelijk wat cryptische titel Verschilloos wordt na lezing van het verhaal pas echt duidelijk. Linda van Erve voert twee personages ten tonele, met elk een eigen leven en een eigen manier om dit voor even te ontvluchten. Op geraffineerde en ludieke wijze wordt er een verband gelegd tussen het tekenen van strips en het beoefenen van yoga. Hierdoor weet Linda van Erve een bijna voelbare sfeer van ontspanning en contemplatie te scheppen.

De tekenstijl is al zeer volwassen te noemen. Al komt dit niet overal tot uiting in dit album. De lijnvoering oogt hier en daar nog wat grillig en gehaast. De personages weet ze echter op een driedimensionale en geloofwaardige manier vorm te geven. Dit blijkt niet alleen uit dit boekje maar meer nog uit haar andere werk. Dat ze over dit talent beschikt, geeft haar dan ook een flinke voorsprong op andere beginnende tekenaars.

Kortom, als Linda van Erve het verstandig aanpakt, ziet haar toekomst er als striptekenaar veelbelovend uit. Het is te hopen dat stripwinkel Bee Dee dit lovenswaardige initiatief een vervolg gaat geven. Ongetwijfeld loopt er nog veel meer talent rond dat extra zendtijd verdient.

Film / Films

Zakdoeken gereed houden

recensie: In America

.

~

In America gaat over een Iers gezin dat op zoek gaat naar geluk in New York. Ze hebben het niet breed en vinden een woning in een drugspand. Daar maken ze kennis met een aparte kunstenaar met aids (Djimon Hounsou). In de loop van de film wordt duidelijk dat de ouders geëmigreerd zijn in de hoop de dood van hun zoontje Frankie te kunnen verwerken en een nieuw leven te beginnen.

Speciaal effect

~

Hoop, geloof een liefde staan centraal in deze film. Soms wat klef en vervelend als het gezin de ene na de andere tegenslag te boven komt. Niets lijkt hun liefde in de weg te staan en alles komt goed; dat is soms tenenkrommend. Desalniettemin is het een prachtige kleine film, dat voor een groot deel verteld wordt vanuit het perspectief van de 11-jarige Christy. Ze bekijkt de wereld door haar camera, wat een speciaal effect geeft. Sowieso is er gekozen voor interessante camerapunten in combinatie met mooie muziek.

Gevoelige kant

De acteerprestaties zijn van hoog niveau. De zusjes Bolger zijn nog jong, maar spelen alsof ze nooit anders hebben gedaan. Hopelijk zien we de komende jaren dit duo nog vaak terug. De kinderen werken heel relativerend in deze emotionele film. Het kleintje, Ariel, komt vaak met pientere en grappige opmerkingen. En als je daar niet om kunt lachen, dan verdwijn je ongetwijfeld in haar mooie grote ogen. Goed gecast dus, net als de ouders: moeder Samantha Morton (Minority Report) en vader Paddy Considine (24 Hour Party People). Beiden laten zien dat ze erg geschikt zijn om in een film als deze hun gevoelige kant geloofwaardig neer te zetten.

Brok

Het script van deze semi-biografische film werd geschreven door regisseur Jim Sheridan (My Left Foot, In The Name Of The Father, The Boxer) samen met zijn twee dochters. Het heeft Sheridan wat moeite gekost, maar dan heb je ook wel wat. Mede door de goede acteurs en strakke regie is dit een film om een brok van in je keel te krijgen.

Film / Films

Bulletproof Monk

recensie: Bulletproof Monk

“Waarom zijn hotdogs per tien verpakt en de bijbehorende broodjes per acht?”, vraagt de monnik uit Bulletproof Monk zich af. Het hotdog-mysterie vormt vervolgens een rode draad door de actiecomedy van videoclipregisseur Paul Hunter.

~

In Bulletproof Monk speelt Yun-Fat Chow (Anna and the King, Crouching Tiger, Hidden Dragon) een onsterfelijke Monnik Zonder Naam. Het is zijn taak een oeroude boekrol – die de lezer ervan ultieme macht geeft – te beschermen. Nadat zijn medemonniken in 1943 worden vermoord door Nazi’s, vlucht hij de wereld over, op de voet gevolgd door Nazi-bad guy Strucker (Karel Roden) en diens hulpjes. Zestig jaar later ontmoet hij in Amerika een zakkenroller genaamd Kar, gespeeld door Seann William Scott (American Pie, Evolution). Uiteraard worden de twee dikke maatjes en ziet de monnik zelfs zijn opvolger in de jonge Kar. Ondertussen moeten ze echter wel hele bendes schurken met snode plannetjes van zich af slaan.

Voorspelbaar

Bulletproof Monk is een voorspelbare film: alles wat je na het lezen van het plot denkt dat er in de film gaat gebeuren, gebeurt ook. Hebben de twee hoofdrolspelers het aanvankelijk niet echt op elkaar, maar worden ze later toch vrienden? Juist. En verovert de held uiteindelijk toch het meisje en worden de schurk en de rest van de slechteriken verslagen? Alweer juist. Nu maakt die voorspelbaarheid voor een actiecomedy natuurlijk niet verschrikkelijk veel uit, maar het is toch jammer.

Onderhoudend

~

Op originaliteit zal Bulletproof Monk dus niet echt scoren, maar gelukkig zijn de actiescènes vermakelijk. Ze bestaan voornamelijk uit snelle kung fu-moves, een mix van The Matrix en Crouching Tiger, compleet met bullet time en het tarten van de zwaartekracht. Ook niet echt origineel dus, maar het ziet er in ieder geval leuk uit. Ondanks een aantal coole gevechten en originele bewegingen kunnen de stunts echter niet tippen aan de kwaliteit van bovengenoemde films. Maar dat is misschien ook te veel gevraagd. Belangrijker is dat de actiescènes onderhoudend en overtuigend ogen, ondanks de snelle montage.

Jennifer Lopez

Het is vooral de snelle montage die verklapt dat dit de eerste film is van een videoclipregisseur. Paul Hunter werkte eerder met sterren als Christina Aguilera, Jennifer Lopez, Eminem en P. Diddy. Het is dus begrijpelijk dat Hunter net als in zijn videoclips de vaart erin wil houden, maar hij vergeet hierbij dat dit niet altijd werkt voor een film. Vooral bij de actiescènes is het af en toe storend dat de helft van een sprong of beweging niet te zien is, simpelweg omdat er beelden doorheen zitten.

Houterig

Het acteerwerk in Bulletproof Monk is tot slot een beetje teleurstellend. Seann William Scott kan erg grappig zijn en Yun-Fat Chow zette een goede rol neer in Crouching Tiger, Hidden Dragon. Toch is het acteerwerk in Bulletproof Monk af en toe ronduit houterig tot slecht. Toegegeven, Chow en Scott hebben zeker hun momenten en dat zorgt gelukkig voor een aantal leuke grappen en scènes.

Dus?

Ondanks de voorspelbaarheid en het bij vlagen slechte acteerwerk is Bulletproof Monk een vermakelijk filmpje geworden. Dat wil zeggen: voor de kijker die alles op nul zet en uit is op een avondje vermaak. Voor de kritische kijker zou Bulletproof Monk echter wel eens een bron van ergernis kunnen zijn.

Bulletproof Monk ligt vanaf deze week in de videotheek.

Boeken / Achtergrond
special: Het Alternatief Groot Dictee

Zeg het foutloos, maar zeg het simpel!

Het Groot Dictee der Nederlandse Taal, dat aanstaande maandag (15 december) weer gehouden zal worden, zorgde bij ons thuis altijd voor tranen. Ik, enthousiaste gymnasiaste en begenadigd speller, dwong mijn zusje altijd mee te doen aan de spellingskwelling. Ik kon dan trots melden dat zij drie keer zoveel fouten had als ik, wat mijn eigenwaarde natuurlijk alleen maar bevestigde.

~

Maar langzaamaan drong het besef tot mij door dat dat hele Grote Dictee eigenlijk een farce was, een masochistische kwelling voor taalfrikken. Zeker, ik vind dat gepubliceerde teksten foutloos moeten zijn in spelling en grammatica. Maar dat er mensen zijn die niet weten wat guichelheil* is, maar het wel kunnen spellen, vind ik een teken van verregaand taalnerdschap.

Sleutelgatserie en trefzin

Er zijn talloze verenigingen in Nederland en België die zich op de een of andere manier bezighouden met taal. Allemaal hebben ze puristische trekjes en willen ze een aantal dingen verbieden, meestal vanuit de achterliggende gedachte verloedering tegen te gaan. Het Algemeen-Nederlands Verbond bijvoorbeeld is een internationale vereniging ter bevordering en ontplooiing van de Nederlandse taal en cultuur in de breedste zin van het woord. De club bestaat al sinds 1895 en toch had ik er -tot vandaag- nog nooit van gehoord.
Dan is er Natuurlijk Nederlands, een vereniging die zich tot taak heeft gesteld anglicismen in de Nederlandse taal uit te bannen. Tegen grapefruit moeten we pompelmoes zeggen (dat klinkt nogal Appelsientje) en een oneliner wordt een trefzin of pakzin. Het alternatief voor real-life soap is wel weer erg leuk: sleutelgatserie.

~

‘Vlamingen zijn geen Nederlanders’ is een website (webstek) waarop de eigenheid van de Vlaamse taal gepropageerd wordt. Een echte site is het niet, meer een discussiegroep, maar de belangrijkste regel van het Vlaams lijkt te zijn dat men Franse woorden gebruikt waar men Nederlandse gebruikt (coiffeur voor kapper) en dat je niet ‘jijt en jouwt’ maar ‘gijt en uut’.

Makkeliker

De mooiste site voor taalverbetering is echter wel De Vereniging voor Wetenschappelike Spelling. Het bestuur, onder leiding van Bart Slooten, propageert een sterk vereenvoudigde spelling. Hond moet voortaan met een -t, omdat je het zo hoort. Op hun wepsite plyten zy voor deze spelling, die makkeliker aan te leren is en uit minder regels en vooral minder uitzonderingen bestaat. Probleem is echter dat je ‘hart’ en ‘hard’ niet meer van elkaar zult kunnen onderscheiden, net als ‘moet’ en ‘moed’. Een groot aantal problemen ligt voor de hand. Of hant.

Het 8WEEKLY Alternatief Groot Dictee

Maar het idee van de Vereniging voor Wetenschappelike Spelling is goed. Het idee van Natuurlijk Nederlands ook. Van alle taalclubjes is er eigenlijk maar één te noemen die echt te ver gaat in de schoolmeesterij die spelling heet: de mannen en vrouwen die het Groot Dictee maken en ondergaan. Voor iedereen die zo zijn bedenkingen heeft bij de kommaneukerij van de leerlingen van Philip Freriks heeft 8WEEKLY het Alternatief Groot Dictee in het leven geroepen!

Wat is de bedoeling? Onderstaand tekstje komt uit het Groot Dictee van vorig jaar.

Peinzende treinreizigers worden heden ten dage in hun gecapitonneerde coupés frequent lastiggevallen; zij horen medereizigers sans gêne en met bravoure telefonisch tekeergaan over intieme zielenroerselen en particuliere aangelegenheden.
Zelfs in de weidsheid van een rijke concertzaal wordt de ascetische klavecinist die geconcentreerd en consciëntieus een cantate begeleidt, rauwelijks gestoord door gedownloade riedels van een hinnikend paard of een hit uit de toptien; je krijgt er welhaast het
heen-en-weer van.

~

Begrijp jij wat er staat? 8WEEKLY is een voorstander van helder taalgebruik. Foutloos gespeld, dat wel, maar ook makkelijker dan dit. Zeg het simpeler! Maak van deze verzameling van 69 onzinwoorden twee zinnen die precies duidelijk maken wat hier staat. Verbouw de klinkklare onzin die Philip Freriks elk jaar weer moet oplezen tot heldere, correcte, Nederlandse zinnen.

De regels:

-je spelt en schrijft foutloos Nederlands
-je mag maximaal twee zinnen maken
-je zinnen mogen samen niet langer zijn dan 50 woorden

Originaliteit en creativiteit worden beloond! Winnende inzenders en eervolle vermeldingen worden met naam en toenaam gepubliceerd op deze site en ontvangen van 8WEEKLY een rode pen, waarmee ze voortaan troebel taalgebruik kunnen doorstrepen.

Mail je werkstuk naar de leraar Nederlands van 8WEEKLY en wie weet win jij een rode pen en eeuwige roem!

* guichelheil: plant die in de volksgeneeskunde tegen zenuwziekten werd gebruikt. (guichelen betekent: iemand voor de gek houden)

Boeken / Strip

Huil mee met Dirk en Desiree

recensie: Huil mee met Dirk en Desiree

Hein de Kort was vroeger samen met Eric Scheurs (Joop Klepzeiker) één van de meer controversiële stripmakers van ons land. Hun strips waren hard, absurd en meestal lekker vies getekend. Grappen over seks, pis, poep, vrouwen en politiek-incorrect-zijn werden niet geschuwd. Jaren later lijkt het heilige huisjes omtrappen er wel een beetje af. Hein de Kort tekent vrolijk verder en bracht onlangs zijn twaalfde Dirk en Desiree-album uit.

~

Dat de grappen niet meer het keiharde venijn van vroeger hebben merk je al vrij snel. Het is een beetje vergelijkbaar met de laatste afleveringen van Married with Children: je weet dat Al Bundy een paar grappen over dikke vrouwen gaat maken en dat Peggy vervolgens iets gaat zeggen over de bedprestaties (of liever het gebrek daaraan) van Al. Ook in Dirk en Desiree zijn er wat dat betreft weinig verrassende grappen te ontdekken. Desiree is nog altijd het vieze, dikke en ranzige wijf dat getrouwd is met de kleine, onbeduidende en uiterst onsympathieke Dirk.

Dirk

Door de jaren heen is de strip zich eigenlijk steeds meer gaan concentreren op Dirk, en is Desiree meer de veel terugkerende sidekick geworden. Dirk is de absolute antiheld, en het beste voorbeeld daarvan zien we in een stripje waarin Dirk een vergadering bijwoont. Voor de vergadering begint, krijgt de voorzitter een briefje toegemoffeld. Vervolgens deelt hij vlug mee dat er zich een Dirk in hun midden verkeerd. Er ontstaat lichte beroering, maar al snel heeft men Dirk gevonden, en wordt deze uit de zaal verwijderd. Dirk blijft al twaalf albums lang proberen om bij de wereld te horen, en ondergaat al even lang vele afwijzingen.

Geen verrassingen meer

~

De tekenstijl van Hein de Kort shockeerde vroeger veel mensen. Lelijke letters in slecht getrokken tekstballonnetjes, inktvlekken en een krasserige, vluchtige stijl. Anno 2003 weten we inmiddels wel wat we aan de Kort hebben, en lijkt alles aan zijn albums ‘normaal’ geworden. Het absurde van titels als Pardon lul, u staat op mijn hondje is volledig verdwenen. Het feit dat Hein de Kort al enkele jaren met vaste karakters zoals Dirk en Desiree werkt, onderstreept dat alleen maar.

Lekker leesvoer

Het nieuwste album van Dirk en Desiree blijft erg leuk leesvoer. Vroeger kocht ik albums van Hein de Kort altijd op het station, omdat de treinreis van een half uur genoeg was om zijn strips geheel uit te lezen. Ook Huil mee met Dirk en Desiree voldoet aan de criteria die ik toen stelde. Grappig, snel, grof en binnen een half uurtje uit. Dirk en Desiree is gewoon prettig stripvoer, en is prima geschikt om na lezing door te geven als geschenk.

Muziek / Album

Een stap terug is twee passen vooruit

recensie: Vioolconcert (1998), Aditus (2000-2002), Exodus (1999), Isabelle van Keulen (viool); City of Birmingham Orchestra o.l.v. Paavo Järvi.

.

~

De ontwikkeling van ‘modern-klassieke’ muziek in de twintigste eeuw is een schoolvoorbeeld van de manier waarop een artistieke elite zich kan loskoppelen van het publiek – waar rond 1910 een concert van een moderne componist een aansporing kon zijn om te gaan kijken, is zo’n aankondiging tegenwoordig bijna een garantie voor een zaal waarin alleen de meest geharde liefhebbers nog durven te gaan zitten. Nou moet je wel een beetje voorzichtig zijn met dat soort oordelen. Beethoven, Berlioz, Bartók, Stravinski: ze werden er allemaal wel eens van beschuldigd de muziek en de goede smaak daarin om zeep te helpen, en zeker Stravinski heeft dat ook wel geprobeerd. Maar hun muziek bleef zich tot op zekere hoogte binnen begrijpelijke kaders bevinden – al snapte je het niet, je kon het wel mooi vinden.

Terroristen

Dat veranderde in de loop van de twintigste eeuw, totdat we ergens in de jaren zeventig waren aangekomen op het punt dat het leek alsof ‘modern klassiek’ per definitie onbegrijpelijk en onaangenaam moest zijn. Iedereen die niet naar twaalftoonsterroristen of seriële psychopaten van het slag Boulez, Berio of Nono wilde luisteren werd uitgemaakt voor barbaar – tijdens de minder prettige dagen van de jaren zeventig werden zelfs actieve pogingen gedaan om alle ideologisch niet-correcte muziek de nek om te draaien.

Plichtmatig

Maar ergens houdt het natuurlijk op: het moet oneindig frustrerend zijn om continu voor lege zalen te staan, om alleen maar plichtmatige applausjes te ontvangen. De omslag begon ergens in het midden van de jaren zeventig, met componisten als Arvo Pärt, Henryk Górecki, Nicholas Maw en Steve Reich (om maar een paar stromingen door elkaar te husselen). Hun muziek was zeker niet minder ambitieus, maar wel een stuk aangenamer om naar te luisteren. Ook de Est Erkki-Sven Tüür mag zich gerust in dit rijtje scharen. Tüür heeft goed geluisterd naar tijdgenoten zonder de geschiedenis uit het oog te verliezen. Het resultaat is transparante, virtuoze maar zonder meer eigentijdse muziek.

Geen copycat

Het hoofdwerk van deze CD, het vioolconcert, is eigenlijk helemaal geen concert. Traditioneel is een concert altijd een soort wedstrijd tussen een orkest en een solist geweest, maar hier vullen beiden elkaar eerder aan. Dat Tüür vooral goed naar Prokofjev en Bartók heeft geluisterd is vanaf het begin duidelijk, maar een copycat is hij zeker niet: hij speelt eerder met de geschiedenis. Ritmes spelen een bepalende rol, en de orkestpartituur is meer een combinatie van instrumentale fragmenten dan een geïntegreerd geheel. Daar is niet per definitie iets mis mee, trouwens, en hier werkt het heel goed in combinatie met een vrij lyrische vioolpartij. De enige kanttekening is dat de fragmenten soms iets te kort duren, zodat je bij voortduring wordt geconfronteerd met beloftes die vervolgens niet worden waargemaakt, wat een wat nerveuze indruk achter laat.

Van intiem naar bombastisch

~

Dat het concert hier gespeeld wordt door viooldiva (in dit geval kan die term gerust worden gebruikt) Isabelle van Keulen is des te gelukkiger, aangezien Tüür het stuk voor haar heeft geschreven. La Keulen speelt het stuk naar behoren, hoewel de solist hier niet echt center stage kan nemen. Die rol is weggelegd voor orkest en dirigent, en Järvi junior weet het City of Birmingham Orchestra te bewegen tot een hecht samenspel, geen koud kunstje in een stuk dat van heel intiem naar bijna bombastisch en weer terug kan springen binnen een minuut. Järvi heeft zich altijd sterk gemaakt voor Estlandse muziek, en zijn betrokkenheid is duidelijk merkbaar – geen spoor van onverschilligheid hier.

Fillers

De twee ‘fillers’ zijn ook niet onaardig trouwens. Aditus en Exodus bedienen zich van grofweg dezelfde stijl als het vioolconcert, met veel herhalende ritmes en motieven – maar vervelend is het zeker niet, vooral omdat Tüür behendig heeft afgewisseld in de stemmingen die worden opgeroepen. De hele tijd word je gegrepen door het idee dat dit nauwelijks beteugelde muziek is, die elk moment tot uitbarsting kan komen. Dit is het sterkst merkbaar in Exodus, dat van alle delen op deze CD misschien nog het duidelijkste de invloed van Tüürs landgenoten Arvo Pärt en Eduard Tubin weerspiegelt.

Mainstream?

ECM heeft zich altijd ingezet voor moderne muziek en zoals zo vaak hebben ze ook hier een gelukkige hand gehad. De CD wordt momenteel behoorlijk gepromoot en dat is terecht, want er is zeker een markt voor dit type muziek, zeker als het met een dergelijke overgave en kwaliteit wordt gebracht. Dit blijft natuurlijk wèl muziek voor liefhebbers – Tüür zal niet snel een mainstream-componist worden. Maar ik hoop dat ik me vergis.