Film / Films

Pacino’s beste film

recensie: Dog Day Afternoon (Special Edition)

Dog Day Afternoon (1975) is een van de meest iconische Amerikaanse kwaliteitsfilms van de jaren zeventig, waarin Al Pacino alle registers opentrekt om zijn capaciteiten als acteur te vertonen. De film vertelt het op feiten gebaseerde verhaal van Sonny (Pacino), die met twee kompanen een bank berooft om de geslachtsoperatie van zijn vriend te financieren. Dat is althans de bedoeling: zoals in iedere bankovervalfilm gaat het faliekant fout en mondt de situatie uit in een gijzelingsdrama en een mediaspektakel.

~

Het bijzondere van Dog Day Afternoon is echter dat de film zo sober is. Lumet (destijds al een veteraan – hij regisseerde dertig jaar eerder al 12 Angry Men) laat alle sensatie en moralisme waartoe het verhaal uitnodigt volledig achterwege. Het is geen melodrama, maar ook geen thriller. De film heeft geen score en geen opvallende aankleding of camerawerk. Dat laatste is nog het meest subtiel: Dog Day Afternoon is een schoolvoorbeeld van de verloren kunst van het monteren, die in de jaren zeventig hoogtij vierde. De scènes zijn zo vakkundig versneden dat ze – zonder dat je het een moment merkt – de spanning opvoeren en weer afbouwen.

Lichaamstaal

Met deze aanpak komt alle aandacht bij de acteurs terecht, die er een buitengewoon enerverend schouwspel van maken. Zonder te verdwijnen in het karakter (je bent je er altijd van bewust dat je naar Pacino kijkt) maakt hij van Sonny een geheel overtuigend personage. De flamboyante Pacino, die later zo vaak een macho zou spelen, vertolkt Sonny als een romantische, obsessieve schlemiel. Met louter oprechtheid: de tragiek van zijn illusie dat hij de idiote operatie tot een goed einde kan brengen is meeslepend. De vroeg gestorven acteur John Cazale (Fredo uit The Godfather), even oprecht als zijn tegenspeler Sal, weet ook de juiste tragische toon te vinden als de meer introverte bankovervaller, die nog minder van wanten weet dan Sonny. Maar uiteraard is het Pacino die de film draagt: hij is het centrum van iedere scène. De acteur heeft misschien betere rollen gespeeld, maar er zijn waarschijnlijk geen films waarin zijn intense acteerwerk – zijn lichaamstaal, zijn dictie, zijn wilde ogen – een betere plaats krijgt. Alle facetten van de film geven Pacino de ruimte, zodat alles afhangt van zijn explosieve prestatie, die de voornaamste reden is dat de film zo overtuigend werkt.

Uitstekende toevoegingen

~

De dvd is een eersteklas uitgave: een sobere verpakking met als inhoud een smetteloze transfer, onderhoudend commentaarspoor van de regisseur, en bescheiden achtergrondmateriaal in de vorm van een gloednieuwe documentaire en een promotiefilmpje uit de tijd van de film. Een uiterst sympathieke Lumet (inmiddels stokoud) vertelt geroutineerd feitjes, anekdotes en motivaties. Het commentaar is het meest interessant als hij uitlegt hoe de film tot stand gekomen is, bijvoorbeeld in hoeverre de acteurs afwijken van het scenario en wat Pacino’s inbreng is geweest. Af en toe laat hij zich meeslepen door de film en blijft het stil, maar over het algemeen is het een uitstekende toevoeging. Het enige nadeel van het extra materiaal is dat op de overeenkomsten en verschillen met het ware verhaal niet zo diep wordt ingegaan. Zelfs de nieuwe documentaire van Laurent Bouzereau die de film vergezelt behandelt allerlei facetten (en toont zelfs Al Pacino die enthousiast terugblikt), maar blijft – voor Bouzereau typisch genoeg – volledig aan de oppervlakte.