Theater / Achtergrond
special: Een interview met Rob Bakker

Waarom een bloemkool niet kan huilen

.

Rob Bakker (artistiek leider van De Citadel) vindt volwassenen maar vervelende mensen. ‘Kinderen zijn de grote filosofen,’ meent hij. Met zijn jeugdtheatergezelschap wil hij zoveel mogelijk jongeren bereiken. Onder andere om de jeugd een steuntje in de rug te geven. En: ‘om te laten zien dat het leven mooi is.’

~

‘Let niet op de rommel’, zegt Rob Bakker, artistiek leider van Theater De Citadel. Hij veegt over de bank en ploft dan neer. ‘Er is nog niet opgeruimd. We hadden dit weekend een première en feestjes.’ Op een tafel staan lege flessen wijn, bierflesjes en asbakken vol peuken. ‘Vind je het erg als ik rook?’ Bakker heeft al een aansteker in de aanslag. Misschien is het niet meteen de sfeer die je verwacht bij dit theatergezelschap. Toch maakt De Citadel al jaren professioneel theater voor kinderen en jongeren. En Bakker is fel. Hij stoort zich aan de huidige mentaliteit. ‘Kinderen worden niet serieus genomen’, windt hij zich op, ‘volwassen gaan altijd achterlijk met kinderen om!’

Voorstellingen maken voor jongeren, het klinkt als een aparte discipline. Bakker schudt zijn hoofd. ‘Als theatermaker probeer ik een verhaal te vertellen aan kinderen, maar eigenlijk aan iedereen. De stukken hebben universele thema’s als dood of seksualiteit. Die onderwerpen houden zowel jongeren als volwassenen bezig.’ Bakker meent dat een theatermaker zich voor kinderen helemaal niet hoeft in te houden. Alleen een cynische blik, die hebben kinderen niet. ‘Kinderen zijn abstracte denkers, grote filosofen. Zij durven nog vragen te stellen. Zij vragen gerust: “waarom kan een bloemkool niet huilen?” En dat is een heel interessant vraagstuk natuurlijk.’

Vervelende volwassenen


~

Een hond springt naast de artistiek leider op de bank en nestelt zich tegen zijn linkerbeen. Bakker neemt een trekje van zijn sigaret en aait het dier. Hij legt uit het belangrijk te vinden dat men opgroeit met theater. ‘Kinderen moeten theater kunnen herkennen. En de voorstellingen zijn een steuntje in de rug. Om te laten zien dat het leven mooi is. Maar ook om te tonen dat ze niet alleen staan in hun strijd.’ Bakker zegt zich goed in zijn jonge publiek te kunnen verplaatsen. Hij voelt een grote verwantschap met kinderen. ‘Ik wil zelf ook maar niet volwassen worden.’ Voor ouderen heeft hij nauwelijks een goed woord over. ‘Ik werk natuurlijk veel met volwassen. Dat is geen probleem, maar over het algemeen zijn volwassenen vervelende mensen. Ik voel me niet bij ze thuis, vind de sfeer vaak onprettig.’

Jongeren worden in de huidige theaterwereld niet serieus genomen, meent Bakker. ‘Volwassenen gaan altijd achterlijk met kinderen om. Ik probeer in mijn voorstellingen op een gelijkwaardig niveau met hen te communiceren. Ze in hun waarde te laten en vooral niet neerbuigend te doen.’ Bakker neemt zijn publiek bloedserieus. Hij probeert bovendien een groter publiek te bereiken dan enkel een elite van theaterbezoekers. ‘Er zijn veel jongeren geneigd om weinig naar het theater te gaan. Ook hen wil ik in de zaal krijgen. Daarom speelt De Citadel op scholen. Of we nodigen de scholen uit om naar het theater te komen.’ Zo’n ongeoefend publiek klinkt niet als de makkelijkste soort toeschouwer. Die zullen wel snel verveeld raken in het rode pluche. Bakker veert op en verheft zijn stem. ‘Het is juist helemaal geen moeilijk publiek! Het is mijn vak om theater te maken dat de aandacht vasthoudt. Ik wil voorstellingen maken die boeien.’ Bakker neemt een slok koffie en denkt even na. ‘Het is natuurlijk iets heel romantisch: een uur in stilte naar iets kijken.’

De geur van hout

Op dit moment speelt De Citadel, tot en met 26 juni, De Meeuw. Hoewel die voorstelling is gebaseerd op het beroemde verhaal van Tsjechov, geeft het gezelschap er een geheel nieuwe draai aan. Zo relateert Bakker het aan de wens van veel jongeren om bekend te worden. Hij verbindt het ook aan de televisieshows die daarmee gepaard gaan. ‘Door programma’s als X-factor wordt jongeren de kop gek gemaakt. Het is een hele pijnlijke ambitie om beroemd te willen worden.’

~

Plots staat de artistiek leider op van de bank. Zijn hond tilt slaperig zijn kop op. ‘Kom even mee.’ Hij tikt zijn sigaret af en beent richting een trap. Beneden is een zaaltje, waarin het decor van De Meeuw staat. In de ruimte hangt de geur van bomen. Dat is niet gek, want bijna het volledige decor bestaat uit hout. Bakker neemt nog een trekje van zijn sigaret. ‘De tekst is de drager van de voorstelling. De stijl is een gestileerd realisme.’ Hij doet een paar stappen naar achteren en lijkt het decor in zich op te nemen. ‘Zo ziet het er natuurlijk niet uit in de voorstelling. Dan is er nog belichting bij en zo.’

Terug op de bank vertelt Bakker over zijn plannen. Natuurlijk speelt De Citadel De Meeuw. Nu nog even in het eigen theater, maar straks verhuist het stuk naar Winschoten, naar de Tramwerkplaats. Daarnaast is Bakker bezig met een vierjarig Europees project. Met professionals en jongeren uit elf Europese landen zullen onder andere vijftig toneelstukken worden gemaakt. Verder gaat De Citadel vanaf september bij verschillende schoolklassen langs. Om samen met de jongeren scènes te maken. ‘Om de kinderen te laten zien wat theater precies is.’

Wat zou de artistiek leider in de toekomst nog graag maken? ‘Ik wil Het Proces van Kafka op de planken krijgen,’ vertelt Bakker. Al is die thematiek voor kinderen misschien wat te hoog gegrepen. ‘Maar jongeren in het voortgezet onderwijs, dat moet lukken als doelgroep.’ De artistiek leider klinkt bevlogen. ‘Over 2 à 3 jaar hoop ik dat Het Proces onze nieuwe, grote locatievoorstelling is!’