Muziek / Achtergrond
special: North Sea Jazz 2008

Perfectie, passie, puinhoop en pijnpunten

.

Net als een binnenvaartschipper op de overvolle Rotterdamse Maas moet de liefhebber van jazz en pop tijdens het North Sea Jazz festival kunnen laveren. Ga ik naar links, ga ik naar rechts en als ik rechtdoor ga, wat gebeurt er dan? Lastig voor iemand die nieuwsgierig is en altijd bang is iets te missen. De programmering van North Sea Jazz is zó breed en is zó verdeeld in uitersten, dat het geen gemakkelijke opgave lijkt een geslaagde avond samen te stellen. Óf het programma moet dusdanig zijn dat je geen missers kunt aantreffen.

George Benson

George Benson

De 33ste editie van het North Sea Jazz Festival, al weer voor het derde jaar in Ahoy, leek van tevoren niet veelbelovend. Het centrale thema van dit jaar was Vocal Jazz. Artist in residence Bobby McFerrin mocht daarmee drie avonden zijn ding doen. Daarnaast stonden er dit jaar, in tegenstelling tot vorig jaar, opvallend veel bekende Amerikaanse artiesten op het programma (onder andere Alicia Keys, George Benson, Chaka Khan, Charlie Haden Quartet West, Al Jarreau, Paul Simon, Angie Stone, Branford Marsalis, Buddy Guy, Bootsy Collins, Diana Krall, Tower of Power). Waar een lage dollarkoers al niet goed voor is. Gelukkig staat de organisatie van North Sea Jazz ook open voor avontuur en vernieuwing. De grenzen van het festival zijn rekbaar en reiken inmiddels tot The Mars Volta, iets dat de weg opent voor meer extreme acts.

Na drie dagen ondergedompeld te zijn geweest in een intense muziekwereld, was het voor 8WEEKLY duidelijk dat de bezochte concerten ingedeeld konden worden in vier p’s: perfectie, passie, puinhoop en pijnpunten.

Lees het verslag:
Perfectie | Passie | Puinhoop | Pijnpunten


Perfectie

Enkele artiesten benaderden bijna als vanzelfsprekend de perfectie. Zo was het optreden van de Portugese Cristina Branco betoverend mooi. Op haar laatste cd Abril interpreteert zij het werk van de Portugese zanger José ‘Zeca’ Afonso en daarmee laat zij de fado van de voorgaande albums verrassend los. Tijdens haar show in de halfvolle Amazon-zaal bracht Cristina het publiek naar een droomwereld vol jazzy klanken en met soms een vleugje Afrika (onder andere in Carta a Miguel Djéjé). Glansrollen waren er voor de pianist Ricardo Dias, gitarist Mário Delgado en de muze zelf.

Pat Metheny

Pat Metheny

Natuurlijk hoort ook Pat Metheny thuis in het rijtje van perfectionisten. Zijn non-communicatie met het publiek compenseerde hij met overdonderend gitaarspel. Metheny is zo’n freak die ook zelf zijn instrumenten maakt. Zo speelde hij een prachtig solostuk op zijn zelfgemaakte 42-snarige Pikasso-gitaar. Begeleid door de Mexicaanse drummer Antonio Sanchez (die ook solo op het festival optrad) en bassist Christian McBride deed Pat Metheny wat het publiek van hem verwachtte: virtuoos spelen.

Joe Jackson

Joe Jackson

Een van de popmusici die echt verraste was Joe Jackson. Tijdens het laatste optreden van zijn vijf maanden durende tournee toonde de Brit zich van zijn beste kant. Met louter piano, bas en drums presenteerde hij, naast werk van zijn laatste album Rain, een hele rits aan nieuwe interpretaties van zijn grote hits. Jackson, die onlangs in een interview al aangaf geen grote fan van de gitaar te zijn, liet horen dat je ook perfecte popmuziek kunt maken zonder het zessnarige instrument. De varianten van zijn klassiekers als Steppin’ Out en You Can’t Get What You Want werkten verfrissend op het luidkeels meezingende publiek. Bij de afsluiter A Slow Song stonden verschillende mensen te huilen. Terecht bedankte Joe Jackson na afloop bassist Graham Maby en drummer Dave Houghton voor de succesvolle tournee, maar hij bedankte bovenal zichzelf voor het feit dat hij zich de afgelopen vijf maanden ‘de tering’ had gewerkt.
Terug naar boven

Passie

Een kleine, forse negerin in een te strak aerobics-pakje ging er vandoor met de prijs voor dé beste show van het festival. De Amerikaanse Sharon Jones speelde op zaterdagavond met haar begeleidingsband The Dap-Kings de gehele Congo-tent plat. Wat een energie, wat een bevlogenheid en wat een soul heeft deze zangeres uit Brooklyn! Het contrast tussen de rondrennende Sharon en haar supergeconcentreerde en bloedserieus kijkende Dap-Kings was groots. Met zo’n ritmesectie achter je kun je je heel wat capriolen veroorloven en Sharon nodigde dan ook menigeen uit het publiek uit om met haar mee te dansen. Voor de liefhebber van de betere soul is haar laatste album 100 Days, 100 Nights dan ook een verplichte aanschaf.

Diezelfde liefhebbers zouden ook de jonge Ierse zangeres Laura Izibor in de gaten moeten houden. Haar optreden kenmerkte zich door het etaleren van een groot talent. ‘No pressure‘, zei ze gekscherend na haar introductie in de Yukon-tent, waarbij ze zomaar werd vergeleken met een diva als Aretha Franklin. Laura begeleidde zichzelf op piano en kreeg later versterking van drums, bas en trompet. In oktober 2008 verschijnt haar nieuwe album.

Ook de liefhebbers van de mannelijke soulstem kwamen aan hun trekken met het optreden van de 26-jarige Amerikaan Marc Broussard. Als zoon van The Boogie Kings’ ‘swamp guitarist‘ Ted Broussard groeide dit bebaarde opdondertje op met Louisiana-soul. Broussards hoge, hese stem en zijn vurige voordracht liet de harten van vele vrouwen op hol slaan. Wanneer hij zelf de gitaar ter hand nam leek de muziek meer op een soort soulvolle bluesrock van iemand als Tony Joe White en bij de ballads riep hij herinneringen op aan John Hiatt.

~

De uit Afrikaanse ouders geboren en in Spanje opgegroeide zangeres Concha Buika gaf een zinderend optreden in de Congo-tent. Niet eerder hoorde uw recensent een negerin flamenco-achtige muziek spelen. Met haar mix van jazz, pop en flamenco is Concha de vaandeldraagster van de New Afro Spanish Generation. Blootvoets en gezegend met de breedste glimlach van het festival bracht ze vol trots en ‘pasión‘ met zuivere, hese stem haar liederen ten gehore. De strakke begeleidingsband bestond onder andere uit de beroemde drummer Horacio ‘El Negro’ Hernandez (een Cubaan die op het festival ook zelf een optreden verzorgde met zijn eigen band Italuba) en de swingende, jonge pianist Ivan ‘Melón’ Gonzalez Lewis.
Terug naar boven

Puinhoop

Het woord puinhoop moet positief geïnterpreteerd worden. Want gelukkig bood North Sea Jazz ook ruimte voor de chaos. Vrijdag zorgde het Brits/Amerikaanse Led Bib voor een flinke portie ‘in your face‘ jazz, met twee altsaxofonisten, een drummer, een bassist en een keyboardspeler. Vooral de solo’s van het saxduo Pete Corgan en Chris Williams bliezen de luisteraar van de stoel.

Uit dezelfde hoek van de free jazz komt ook Acoustic Ladyland. Niks akoestisch bij deze drie mannen en één vrouw (de bassiste), maar een ontlading van energie en humor. Het samenspel tussen Pete Wareham op sax en toetsentovenaar Tom Cawley leverde een spektakel voor oog en oor op. Bovendien won drummer Seb Rochford Ladyland met verve de hoofdprijs voor het meest bizarre kapsel, met een soort geëxplodeerde Bobby Farrell-coupe.

Dweezil Zappa, zoon van de in 1993 overleden legende Frank Zappa, studeerde ruim een jaar op het werk van zijn vader. Zijn band, Zappa Plays Zappa, vertolkte dit jaar op het festival een reeks nummers van deze avant-gardistische icoon. De band, bestaande uit acht man, bleef sterk overeind bij de uitvoering van de moeilijke Zappa-composities. Het enige vrouwelijke bandlid Scheila Gonzalez viel het meeste op met haar multi-instrumentale bijdrage op sax, keyboards en dwarsfluit.

The Mars Volta

The Mars Volta

De overtreffende trap van chaos leverde The Mars Volta, de band rond zanger Cedric Bixler Zavala en gitarist/componist Omar Rodriguez-Lopez. Het blik geluid dat deze Amerikanen opentrokken was velen teveel van het goede. Met de gratis door Radio 6 verstrekte witte oordoppen in bleef er echter niet veel meer over dan een dubbele basdrum en veel ruis. De acrobatiek van Bixler Zavala kon niet verhullen dat deze band hier eigenlijk niets te zoeken had. Het opzoeken van het experiment is goed, maar laat alsjeblieft het muzikale genot prevaleren.
Terug naar boven

Pijnpunten

Organisatorisch waren er dit jaar niet zoveel pijnpunten te ontdekken. Natuurlijk is het vaak lastig keuzes maken, zoals bij het tegelijkertijd spelen van Joe Jackson en Gnarls Barkley. Na enkele tegenvallende nummers van de laatste band was het echter al snel duidelijk: terug naar het puike optreden van de Brit.

Voor de organisatie zelf zal het overigens zeker een probleem zijn geweest dat bijna alle plusconcerten (optredens waar je extra voor dient te betalen) niet uitverkocht raakten. Dat is in andere jaren wel eens anders geweest en je kunt er zeker van zijn dat hier binnen de organisatie van het festival nog lang over gepraat zal worden.

Angie Stone

Angie Stone

Helaas deden enkele optredens van artiesten wél pijn. Neem een Al Jarreau die na 68 jaar geen stem meer over heeft, de ongeïnspireerde Angie Stone, de tegenvallende muziek van Toto Bona Lokua (bestaande uit Gerald Toto, Richard Bona en Lokua Kanza), de slappe blues van Buddy Guy die een optreden veel te lang weet te rekken met gepiel in de ruimte, en het deprimerende optreden van Fink. Gelukkig heb je als bezoeker van het festival de keuze te laveren en op zoek te gaan naar iets van je gading, ergens tussen de perfectie, de passie of de puinhoop.
Terug naar boven