Theater / Reportage
special: Oerol 2017 deel 3

Idealen

Het jaarlijkse Oerol-festival is sinds 1982 uitgegroeid tot een internationaal fenomeen. Tien dagen lang bezoeken tienduizenden bezoekers Terschelling, om zich daar onder te dompelen in (locatie) theater en dans, straattheater, beeldende landschapskunst en muziek. Voor het vierde jaar op rij zag ik bijzondere voorstellingen en crossmediale vormen, waarin de locatie soms allesbepalend is en soms helemaal niet. In drie delen: Klanken, De Habitat en Idealen, beschrijf ik mijn theaterervaringen op het eiland.

Moeremans & Sons – Crashtest Ibsen: Pijler van de Samenleving

In dit vierde en laatste deel van de Crashtest Ibsen reeks spelen de leden van collectief Moeremans&Sons tegen een duin aan, voor een volle tribune en een stel schapen. Nog voordat de kaartjes gescheurd zijn, wordt de toon al gezet met een rake en komische inleiding door één van de acteurs. Wederom heeft Joachim Robbrecht een zeer sterke tekst geschreven, waarmee hij het publiek uitnodigt in het Ibsen-universum en dit laat becommentariëren door de spelers in deze toneelwereld. De laatsten spreken vanuit het Noorwegen van 1877 het publiek in 2017 op Terschelling toe. Verandering blijkt van alle tijden te zijn, 140 jaar geleden was er al sprake van aanjagen, innoveren en fuseren. Radicaliserende scheepsknechten, klokkenluiders en roofkapitalisten stellen allen het persoonlijke profijt boven de idealistische gemeenschapszin.

Ook treedt Ibsen himself als dandy dramaqueen ten tonele, om de toneelwetten te tarten en de klassieke expositie eens even flink te exposeren. De ‘Noorse postkaart’ waarop zijn personages zich bevinden komt hij als ‘plottenbakker’ dramatisch aanjagen. Met het grootste plezier bedrijft hij deze ‘leugensport’ die toneel heet. Als een spreekstalmeester zwaait hij zijn scepter over de toneelpiste en blikt op zijn bezittende klasse, tot het moment dat hij zijn cape aan de wilgen hangt (hier een lantaarnpaal) en stopt met het leven van een nepleven. Ook de nepvergaderigen op het zijtoneel, waar de coulissenpolitiek plaatsvindt, worden opgedoekt en dan kunnen zijn personages hun luchtkasteel leeg laten lopen. Nu zijn zij aan zet en begint het crashen pas. Zelfs de schapen blaten dan mee, in het perpetuum mobile van vraag en antwoord. In een eindeloze circulaire economie van waarheid en leugen, blijkt de moraal van het verhaal geen pijler van de samenleving te zijn.

 

Orde van de Dag – De Idealisten

Al vanaf de boot lonkt een gele koepel, midden in het weidse veld. Hier verwelkomt de als superheld verklede gastheer Greg Nottrot, één van de Orde-leden, bezoekers in zijn zonnetent. Hij wijst ze een plekje en vermaakt het publiek terwijl er op de laatste binnenkomers gewacht wordt. In de cirkelvormige opstelling in dit ‘tijdelijke parlementsgebouw’, ontstaat al snel verbinding tussen het publiek onderling. Na het openingsnummer over de samenkomst in en onder de zon, wordt deze verlegd naar de overige leden. Spoedig vindt de aankondiging van de denkexercitie plaats waar deze avond om draait: onze moderator is zijn idealen verloren en wil deze samen met zijn publiek en Idealist van de dag, vanavond Greenpeace-activist Faiza Oulahsen, terugvinden.

Het probleem van niks doen dat Nottrot schetst, het wel willen maar niet weten hoe, wordt door velen in de tent herkend. Alle Orde-leden gaan op zoek naar hun idealen, door de zin van de onzin te scheiden proberen zij samen met het publiek hun problemen op te lossen. De korte, bevragende en vermakelijke scènes worden afgewisseld met aangename muzikale intermezzo’s en blatende schapen bij een ‘stukje bewustwording’. Kwetsbare observaties worden door theatermaker Laura van Dolron gedeeld, waarbij zij begint bij de bezoekers, overschakelt naar haar persoonlijke situatie en weer eindigt bij het publiek.

Na alle overdenkingen blijft de grote vraag wat er concreet gedaan kan worden met de aanwezige idealen. Hier wordt een beroep gedaan op participerend publiek, dat een eigen invulling mag geven aan drie manieren van het besteden van 1000 euro. Mensen die niet niet graag op de voorgrond treden, wordt van harte uitgenodigd om hun ideeën op de speelvloer te delen met het publiek. Na een magische samenklank van alle aanwezigen, waarbij naar elkaar geluisterd moet worden om de juiste toon te vinden, wordt een stilte geregisseerd. Kort hierna wordt ondemocratisch door de vermenigvuldigers van het geld besloten dat een stimuleringsprijs voor lefhebbers het beste bijdraagt aan een meer ideale wereld. De avond eindigt met de bevrijding van onze superheld, die zijn cape afdoet en zijn idealen afdekt.

 

Dries Verhoeven – Guilty Landscapes Episode #2

Episode 1 was te bewonderen op het Utrechtse SPRING Festival, episode III op het Bossche Boulevard en episode IV in Eindhoven tijdens de Dutch Design Week. Met de tweede episode op Oerol, is de klok van de gehele vierdelige video-installatie rond. Hierin wordt de toeschouwer geconfronteerd met zijn toeschouwerschap. Doordat de bezoeker de installatie alleen betreedt, is er geen ontsnappen mogelijk aan de kijkervaring die je er hebt. In de grote ruimte waarin deze plaatsvindt, ontkom je niet aan de realiteit van de wereld die zich via een groot scherm aan je presenteert.

Per episode verschilt de context van deze beelden. Episode 2 is gesitueerd in de sloppen van de Haïtiaanse hoofdstad Port-au-Prince. Hier loopt een jongeman rond, die na een korte tijd jouw aanwezigheid opmerkt en terwijl je hem bekijkt, kijkt hij terug. Hij lijkt jouw reactie te incasseren en reageert, waardoor de live-streaming die met korrelig beeld en enigszins vertraagde response gesuggereerd wordt, ineens een werkelijke mogelijkheid wordt. Deze dualistische ervaring, tussen denken te weten dat echt contact onwaarschijnlijk is maar ervaren dat de gedachte aan enkel een algoritme onmenselijk en daarmee onwenselijk voelt, werkt nog lang nadat het beeld uit gaat door.

BERLIN / Het Zuidelijk Toneel – Zvizdal

Met een blanco beeld start het filmische portret over een oude man en vrouw die na de ramp in Tsjernobyl als enige twee in de vervreemdingszone zijn blijven wonen. Enkel geluid voorzien van ondertiteling geeft de kafkaëske situatie weer waarin de filmmakers belanden als zij toegang willen krijgen tot deze zone. Deze buitenstaandersblik blijft gehanteerd in de beeldvoering als het ontoegankelijke gebied betreden wordt. De maquettes die opgesteld staan onder het filmscherm, laten de toeschouwer vanuit vogelperspectief kijken naar de boerderij waaromheen het grootste gedeelte van de film zich afspeelt. Opvallend is dat het leven van Nadia & Pétro Opanassovitch Lubenoc enkel buiten hun woning in beeld wordt gebracht. Met deze omgeving is dit oudere echtpaar vergroeid, dat ten tijde van de ramp al 60 jaar in dit gebied leefde. Hun wereldbeeld lijkt niet veranderd te zijn door het verstrijken van de tijd. Zo is de Koude Oorlog voor hen nog altijd levend: “Zolang Amerika bestaat, zullen er insecten zijn. Zij hebben ze gekweekt en hierheen gestuurd, de parasieten.” Tegelijkertijd delen zij tijdloze levenswijsheden: “Het gras is elders niet groener. Het is overal hetzelfde.”

Bijzonder is de beschouwende blik waarmee de filmmakers als buitenstaanders het echtpaar in beeld hebben gebracht. Deze mensen, die eerst zo onvoorstelbaar anders lijken te zijn dan ikzelf, ga ik als toeschouwer gedurende de speelduur steeds beter begrijpen. Als weer wordt uitgezoomd en de boerderij steeds verder in het oneindige uitgestorven boslandschap verdwijnt, hoop ik dat de oude overgebleven vrouw haar eeuwige rust gevonden heeft.