Film / Achtergrond
special: Zentropa-films op dvd

Deense waaghalzen

Het Deense Zentropa, een van de meest succesvolle filmproductiemaatschappijen van Europa en een van de drijvende krachten achter de moderne Deense cinema, besloot onlangs tot de uitbreng op dvd van een deel van hun catalogus. Deze films bieden een fraai inzicht in de werkwijze van Zentropa.

Zentropa werd in 1992 opgericht door Lars von Trier en Peter Aalbæk Jensen, genoemd naar de treinmaatschappij uit Von Triers Europa, die Aalbæk Jensen het jaar daarvoor geproduceerd had. Het doel was om voor Von Trier, die in die tijd reclamefilms draaide, volledige vrijheid te bedingen bij het maken van Breaking the Waves, maar ook om ruimte te bieden aan andere avontuurlijke filmmakers. Zoals Antonioni en Ken Loach, liet het duo in de pers weten. Ondanks of wellicht juist dankzij zulke wilde ambities is Zentropa inmiddels wel uitgegroeid tot de grootste filmstudio van Scandinavië. Het bedrijf is bovendien mede-eigenaar van verschillende filmmaatschappijen, en heeft zodoende een vinger in de pap gehad bij de meeste Deense kritische succesfilms (en enkele Europese) van de laatste tien jaar; Manslaughter (2005), Dogville (2003), Wilbur Wants to Kill Himself (2002), Together (2000), Mifune (1999), Cold Fever (1995), enzovoorts.

Een flamboyante patjepeeër

Family Matters
Family Matters

Het is goed mogelijk dat een combinatie van zakelijke bravoure en overdreven gebaren als bovenstaande de reden is van het succes van Zentropa. Von Trier zelf maakt immers van dezelfde strategie gebruik: Dogme 95 was een artistieke meestergreep, die echter niet had kunnen werken zonder een geniale mediastunt – het achteloos aankondigen van de redding van de cinema. Bovendien werken zijn uiterst arrogante persverschijningen meestal in het voordeel van het succes van zijn films. Von Trier lijkt dan ook het boegbeeld van Zentropa, maar hij houdt zich in werkelijkheid niet bezig met het bestuur of de producties ervan. Het is Aalbæk Jensen, een flamboyante patjepeeër die in de pers graag provoceert en zich bij voorkeur sigaren rokend laat fotograferen, die de scepter zwaait. Deze man combineert een berucht compromisloze houding met ambitieuze, soms schijnbaar roekeloze acties, zoals het produceren van drie films tegelijk, het pompen van geld in kansloze projecten, en het financieren van ’s werelds eerste pornofilm voor doven – met de aankondiging van ’s werelds eerste pornofilm voor blinden. Daartegenover staat een milieu van artistieke solidariteit: regisseurs wordt gehele creatieve vrijheid beloofd. En dat Aalbæk Jensen toch over een sterk zakeninstinct beschikt, blijkt uit het feit dat er geregeld prijswinnaars en internationale filmhuishits geproduceerd worden, niet in de laatste plaats die van Von Trier zelf. Opvallend is in dit opzicht wel dat de grootste Dogme-hits niet door Zentropa, maar door Nimbus geproduceerd zijn – een onafhankelijke maatschappij waar Zentropa al sinds 1993 mee samenwerkt.

Gezien Aalbæk Jensens status als rouwdouwer is het ook geen verrassing dat Zentropa geregeld in opspraak komt. In 2001 bijvoorbeeld, toen uitlekte dat 90% van alle staatssubsidie die tot dan toe aan Zentropa verstrekt was, was toegezegd door consulenten die later bij het bedrijf gingen werken. Een jaar later was er een breed uitgemeten schandaal over achterstallige betalingen aan de acteurs van The Idiots. Het heeft het bedrijf niet gedeerd: Zentropa staat inmiddels in Europa in hoog aanzien en wist het afgelopen jaar minstens vijf films in de Europese filmhuizen te krijgen.

Vrije seksuele mores

Zentropa besloot onlangs tot de uitbreng van een reeks oude producties. ”koop onze ouwe troep”, zei Aalbæk Jensen, ook al is de kwaliteit gering. De films die tot nu toe verschenen zijn halen inderdaad het niveau van de bekendere producties niet, maar hebben wel elk voor zich interessante elementen, die de ambigue status van Zentropa als succesvol bedrijf en baanbrekende waaghalzen bevestigen. Det bli’r i familien / Family Matters (1994) bijvoorbeeld eindigt met een triomfantelijke incestueuze relatie, en presenteert die alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Denemarken heeft, ook in de cinema, een lange traditie van vrije seksuele mores, maar de volledig ongedwongen provocatie van dit slot is zelfs voor Deense begrippen bijzonder. Jammer dat het oubollige verhaal dat eraan vooraf gaat nauwelijks geloofwaardig en zonder veel verbeelding verfilmd is door Susanne Bier, die later een groot Europees filmhuispubliek voor zich zou winnen met de Dogme-film Open Hearts (2002) en vorig jaar nog met After the Wedding.

The Last Viking
The Last Viking

Ook Anton (1996), een film over de vliegfantasiën van een jongen zonder vader, is een buitenbeentje. Anton bevat een gewelddadige ouder, wrede pesterijen en behoorlijk grof taalgebruik, en deze akelig realistische werkelijkheid vormt een fraai contrast met de dromen van de jongen uit de titel, waar de film onvoorwaardelijk voor kiest. Een verfrissend authentieke kinderfilm. Het historische spektakel Den sidste viking / The Last Viking (1997) presenteert zich ook als kinderfilm, maar is dat allerminst. Het perspectief ligt bij een knaap, er is wat (onevenwichtige) humor en kolder, maar de morele lading is loodzwaar. De film eindigt namelijk met een zo cynisch mogelijke boodschap: oorlog corrumpeert zelfs de beste mensen. In dit geval de vermeend heldhaftige vader van het joch, dat gedesillusioneerd achterblijft. Een gedurfd slot, zeker omdat het voor een behoorlijke anticlimax zorgt.

Overdreven expressionisme

Portland
Portland

Portland (1996) is nog ambitieuzer, maar faalt jammerlijk. Dit is een van de eerste films uit de zogeheten Deense new wave, de eerste films van een frisse groep jong talent dat zich met grote stads-problematiek en Amerikaanse genres bezighield en zich verzette tegen de oubollige drama’s en prestigeprojecten van hun voorgangers. Portland is een grimmig verhaal over een groep jongeren in het drugsmilieu van Aalborg, de stad die veel later ook model zou staan voor Jakob Ejersbo’s vergelijkbare boek Nordkraft. De film duurt echter te lang, de acteurs overtuigen nooit echt, en de radicale vormgeving is (voor Deense begrippen destijds) gewaagd, maar uiteindelijk een stilistische misvatting. De film werd door de regisseur in hallucinerend bleekgeel geschoten, met een vermoeiende grindcore-soundtrack. Tel daarbij op een paar bizarre beeldexperimenten (waarvan eentje direct uit Von Triers Europa gestolen) die de chaos in het hoofd van de protagonist moeten uitbeelden, en de film gaat overboord richting overdreven expressionisme. Dit is de grootste reden dat de film als het beoogde realistische misdaaddrama niet overtuigt, waar datzelfde jaar Nicholas Winding Refns veel soberder gefilmde Pusher dat juist wel deed. De meeste hoofdrolspelers werden trouwens al een paar jaar later boegbeelden van de Dogme-films; regisseur Niels Arden Oplevs laatste film We Shall Overcome draait momenteel in de Nederlandse bioscopen.

Voer voor verzamelaars

The King Is Alive
The King Is Alive

Vier films uit de bakermat van de moderne Deense cinema dus, die mede dankzij Zentropa al sinds een paar jaar op Frankrijk na de succesvolste van Europa is in termen van verkochte bioscoopkaartjes in eigen land, en ieder jaar ook bij ons weer zorgt voor een paar bescheiden filmhuishits. De Deense mediamaatschappij Electric Parc (ondergebracht bij Zentropa) heeft de films voor deze uitgaves een eersteklas behandeling gegeven: de meeste titels zijn voorzien van uitmuntend bonusmateriaal, dat in zijn geheel Engels ondertiteld is.

Het bekroonde bedrijf gaf eerder Lars Von Triers Europa-trilogie en The Kingdom uit, en onlangs ook een boxset met daarin de eerste vier Dogme-films, een uitgave die een verzamelaar moet doen watertanden. Iedere film (dus ook het weinig vertoonde maar niet minder interessante The King is Alive) is in topkwaliteit opgenomen en voorzien van een audiocommentaar door de regisseur, en al het extra materiaal dat denkbaar is (ook ondertiteld). Als klap op de vuurpijl is een extra schijf opgenomen met vier fascinerende Dogme-documentaires. Ook deze ultieme uitgave zul je uit Scandinavië moeten importeren, maar dat is de moeite meer dan waard.

Det bli’r i familien, Anton, Den sidste viking, Portland en Dogme Collection #1-4 zijn bij de betere importeur te krijgen, en ook te bestellen bij het Deense Filminstituut: (+45) 33 74 34 21 / bookshop@dfi.dk.