Film / Achtergrond
special: Een interview met Maryam Hassouni – Dunya en Desie

Op zoek naar rollen met inhoud

.

Zes jaar geleden was ze daar opeens. Als de introverte Dunya uit de razend populaire serie over de twee hartsvriendinnen uit Amsterdam-Noord, Dunya en Desie, maakte Maryam Hassouni een zeer geslaagd debuut als actrice. Sindsdien won ze onder andere een Emmy voor haar rol in de tv-film Offers en vertegenwoordigde ze Nederland als Shooting Star op het filmfestival van Berlijn. Nu is ze weer terug in de rol waar het allemaal mee begon, in de langverwachte verfilming van Dunya en Desie. 8WEEKLY sprak met Maryam Hassouni over deze film en haar stormachtige loopbaan.

Nog voor de première in Nederland is Dunya en Desie al geselecteerd voor meer dan vijftien internationale filmfestivals en is er interesse voor een remake getoond door verschillende Amerikaanse producenten. Hassouni hoefde niet lang na te denken toen het aanbod kwam een film te maken over Dunya en Desie. “Ze vroegen mij al tijdens het maken van de derde serie of ik geïnteresseerd zou zijn in een verfilming en ik vond het meteen een leuk idee. Het verhaal was goed en ik had toen nog nooit een speelfilm gemaakt, dus dat vond ik ook wel interessant”.

Soepele samenwerking

~

In de film krijgt Dunya op haar achttiende verjaardag te horen dat ze wordt uitgehuwelijkt aan een neef in Marokko. Ook wordt haar verteld dat ze Desie, die een slechte invloed op haar zou hebben, niet meer mag zien. De inmiddels zwangere Desie gaat Dunya echter achterna naar Marokko, waar ze samen in Casablanca belanden. Daar gaan ze op zoek naar de biologische vader van Desie die daar, heel toevallig, blijkt te wonen. Een groot deel van de film is dan ook op locatie in Marokko opgenomen. “Het filmen daar was ontzettend leuk”, zegt Hassouni. “Het mooie is dat je in de film veel verschillende delen van Marokko ziet. De drukte van Casablanca, het mystieke Marrakech en het woestijnachtige Ouarzazete”. Ondanks de aanvankelijke angst voor communicatieproblemen met de Marokkaanse crew, verliep de samenwerking relatief soepel. “De crew had al eerder gewerkt aan films als Gladiator en Babel en was dus erg professioneel. Er wordt in het algemeen in Nederland erg negatief gesproken over Marokko, maar deze mensen werken wel mee aan de allergrootste films ter wereld. Het maakte me wel trots om daar met een Nederlands filmploegje deel van uit te mogen maken”.

In vergelijking met de serie lijken schrijver Robert Alberdingk Tijm en regisseur Dana Nechushtan meer aandacht te hebben besteed aan de cultuurverschillen tussen de Marokkaanse Dunya en de Nederlandse Desie. Toch is de onvoorwaardelijke vriendschap tussen de twee nog steeds het belangrijkste thema volgens Hassouni. “Omdat we een film maken hebben we wat heftigere problemen nodig dan in de serie om iets wezenlijks te kunnen vertellen, aangezien het verhaal anders zwak overkomt. Maar het is niet zo dat de cultuurverschillen plotseling hoofdzaak zijn. Dunya en Desie gaat niet over de multiculturele samenleving of over politiek, het is een feelgood film over vriendschap”.

Shooting Star

Scène uit  Dunya en Desie
Scène uit Dunya en Desie

Op het filmfestival van Berlijn, waar Dunya en Desie zijn première beleefde, was Maryam Hassouni een van de negen uitverkoren Shooting Stars, een initiatief ter promotie van Europese filmtalenten. In gezelschap van andere talentvolle acteurs als Anamaria Marinca (4 Maanden, 3 Weken en 2 Dagen) en Hannah Herzsprung (Vier Minuten) kreeg ze daar de mogelijkheid kennis te maken met internationale casting directors. “Dat was een erg leerzame en leuke ervaring. Het is goed dat dit soort initiatieven worden opgezet, omdat het de internationalisering van de filmwereld kan stimuleren. In een klein filmland als Nederland is er niet altijd veel werk voor ons als acteurs, maar als de Europese grenzen nu ook in de filmwereld wegvallen, kunnen we misschien vaker in andere landen aan de slag”. Heeft de Emmy die Hassouni voor haar indringende rol in Offers ontving dan niets veranderd? “Er is in Nederland niet zoveel veranderd na de Emmy, omdat die prijs hier geen grote gevolgen heeft. In het buitenland zijn er wel wat deuren geopend, maar dat heeft nog niets concreets opgeleverd”.

Om zich volledig op haar acteercarrière te kunnen storten, heeft Hassouni onlangs wel besloten te stoppen met haar rechtenstudie. Een moeilijke beslissing. “Toen ik met rechten stopte, voelde het alsof ik afscheid had genomen van een stukje van mezelf, omdat ik enorm houd van kennis vergaren. Toch ben ik blij dat ik de keuze gemaakt heb, omdat het te chaotisch werd om me met twee zulke verschillende dingen tegelijk bezig te houden. Ik wil me nu op het acteren storten, nu er veel deuren zijn geopend en ik mijn kansen moet grijpen. Als het over tien jaar niet goed blijkt te gaan, kan ik nog altijd een punt zetten achter het acteren en weer gaan studeren”.

Maryam Hassouni maakt deel uit van een succesvolle generatie Marokkaanse acteurs en actrices, die de laatste jaren in veel films over de multiculturele samenleving te zien zijn geweest. Ze vindt dit echter geen probleem. “Ik heb nu eenmaal een Arabische uitstraling, dus ik vind het niet erg om in films het Marokkaanse meisje te spelen. Wat ik wel belangrijk vind, is dat het personage net zo goed ontwikkeld moet zijn als de Nederlandse personages. Het moet een rol met inhoud zijn”.

Ander perspectief

Hoewel er steeds meer allochtone acteurs doorbreken, is de filmwereld nog geen afspiegeling van de Nederlandse samenleving. Vooral aan regisseurs en scenaristen van Marokkaanse en Turkse afkomst schort het in Nederland. Hassouni heeft hier wel een verklaring voor. “Ik merk dat de ouders van jonge allochtonen vaak willen dat hun kinderen de zekerheid en veiligheid van een vast inkomen hebben. Ze zeggen dat ze naar Nederland zijn gekomen om hun kinderen een beter leven te geven en het is dan ook moeilijk voor hen te accepteren als hun kinderen de onzekerheid van de kunstwereld willen betreden. Maar er zijn veel jonge allochtonen die daarvoor wel het talent hebben en het is tijd dat zij voor zichzelf durven te kiezen. Dat zou ik wel willen stimuleren, omdat het films kan opleveren met een heel ander perspectief op de Nederlandse samenleving en dat lijkt me alleen maar goed”.