Theater / Voorstelling

Hilarische klucht, mager plot

recensie: Dubbel op! (V & V Entertainment)

Een serieuze beschouwing geven van een klucht is natuurlijk een hachelijke onderneming. Je moet vooral niet op zoek gaan naar iets als een karakterontwikkeling, want de karakters in een klucht zijn meestal zo plat als een dubbeltje, en meestal nog platter, wat niet zo verwonderlijk is, want anders was het ook geen klucht. Verwacht ook geen humor die een beroep doet op je intelligentie, want dieper dan een acteur die zijn neus steekt in de tot angstaanjagende proporties opgepompte borsten van zijn medespeelster, die olijk uit haar ogen kijkt (‘Oh oh, wat overkomt mij nu weer’) gaat het niet.

Borsten van een omvang waar pornoster Lolo Ferrari nog een minderwaardigheidscomplex van zou krijgen. Het is slechts een van de clichés waar vrolijk mee wordt gespeeld in de nieuwste klucht Dubbel op! van en met Jon van Eerd. Anders gezegd: een voorstelling van Dubbel op! is gewoon een avondje zorgeloos en onbekommerd lachen. De komieken kwamen in schouwburg De Meerse in Hoofddorp in ieder geval in een gespreid bedje terecht; de zaal hoefde niet eens meer veroverd te worden, maar had zich bij voorbaat al overgegeven. Het publiek wilde gewoon vermaakt worden, en verder geen moeilijk gedoe.

Desastreus

~


Het plot van Dubbel op! is snel uit de doeken gedaan: een louche plastisch chirurg steelt in een Zwitserse kliniek een wondermiddeltje, dat echter nog niet voldoende is getest. Hij probeert het in zijn Nederlandse kliniek alvast uit op een patiënte, wat desastreuze gevolgen heeft: de patiënte overlijdt. Paniek alom en dus wordt besloten om de schuld af te wentelen op Harry, de oliedomme tweelingbroer van de chirurg. Zoals bij een klucht gebruikelijk, neemt Jon van Eerd (blonde krullen, gekke bekken) zowel de rol van chirurg als diens tweelingbroer voor zijn rekening. Dat betekent dus dat hij razendsnel van de ene in de andere rol moet schieten, want Hector heeft het toneel nog niet verlaten of Harry komt al weer op. Er zit zelfs een moment in de voorstelling dat ze alletwee op het toneel staan, althans, door een goocheltruc word je even in die waan gelaten.

Natuurlijk doet Van Eerd het niet in zijn eentje. Hij wordt bijgestaan door Lucie de Lange, die zich helemaal uit kan leven in de rol van een hysterische directrice, Dennie Klein, die een supernichterige assistent speelt, compleet met bespottelijke oranje bril, Han Oldigs, die de rol van politieagent voor zijn rekening neemt, Marjolein Algera die als patiënte in de kliniek is opgenomen en Esther Roord, die als journaliste het bedrog aan de kaak mag te stellen.

Schmieren

~


Het verhaaltje is niet meer dan een vehikel om eens lekker alles uit de kast te kunnen halen. Er wordt geschmierd bij het leven, er wordt gepingpongd met woordjes, vrolijk door allerlei deuren gerend, vermakelijk gezeuld met ‘dooie’ patiënten, een heel scala aan ondeugende dubbelzinnigheden gedebiteerd; kortom, de hele truckendoos gaat open. Hoewel het publiek zich kostelijk amuseert (Na afloop: ‘Leuk hè? Zeker weten!’) zou het te ver gaan om het plot sterk te noemen. Daarvoor is het gewoon, alle welwillendheid ten spijt, te magertjes en is het slot ronduit flauw, alsof er nog snel even een einde moest worden verzonnen. Van Eerd is een uitstekend acteur en zijn streven om nieuwe kluchten te schrijven is lovenswaardig, want er is duidelijk behoefte aan. Maar Van Eerd kan vast beter. In ieder geval haalt hij met deze productie niet het niveau van de geestige klucht De Tante van Charlie, waarin hij ronduit excelleerde.

Dikke pluim

Aan het spel ligt het overigens niet, want de hele cast speelt aanstekelijk. Ook het decor van Marjolein Ettema verdient een dikke pluim. Vooral de smakelijke kleurtjes van de rode vitrines, paarse krukjes en groene ampullen spatten van het blokkendecor af, om nog maar te zwijgen van de witte bank in de vorm van twee vrouwenborsten, waar supernicht Dennis gedachteloos aan mag frunniken, tot grote hilariteit van het publiek. Minstens zo aardig is het gebruik van beelden uit televisieprogramma’s als Editie NL en RTL Boulevard, waarvoor hoog in het decor twee tv-schermen zijn opgehangen. Met behulp van nieuwsflashes worden de verwikkelingen in de schoonheidskliniek besproken, waarbij gebruik wordt gemaakt van de echte presentatoren, zoals Albert Verlinde, Daphne Bunskoek en Catherine Keyl. Zelfs plastisch chirurg Robert Schumacher komt even langs. Maar ja, het helpt dat Albert Verlinde de producent van deze klucht is.

Dubbel op! is nog tot en met 10 maart 2007 te zien. Klik hier voor meer informatie.