Theater / Voorstelling

Tasten in het duister

recensie: Bloedbad (Theater EA)

De afgelopen tijd is de roep om politiek en maatschappelijk geëngageerd theater steeds sterker geworden. Doordat theater alleen in het hier en nu plaatsvindt, is het volgens velen bij uitstek een geschikt medium om kritiek te leveren op de actualiteit. Veel (jonge) makers zijn nu dan ook bezig met het onderzoeken en verdiepen van hun engagement. Zo ook de jonge regisseur Tarkan Köroğlu. Hij maakte met zijn groep Theater EA een bewerking van Peter Weiss’ toneelstuk Marat/Sade uit 1964, onder de titel Bloedbad. Bloedbad is voor hem een poging tot reflectie op het huidige tijdsgewricht, maar ook een openlijke vertwijfeling. Hoewel hij aan de ene kant kritisch wil zijn, geeft hij aan de andere kant toe geen pasklare antwoorden te hebben. En dat dualisme overheerst de voorstelling.

Revolutie

~

Een immense rood-wit-blauwe Franse vlag deelt de witte speelvloer doormidden. Erachter zien we schimmen staan en zitten. De eerste die onder het doek door naar voren komt is de Markies de Sade. Hij stelt zich voor als de schrijver en regisseur van een voorstelling getiteld De vervolging van en de moord op Jean Paul Marat opgevoerd door de verpleegden van het krankzinnigengesticht van Charenton. Hierin wordt Jean Paul Marat, één van de voorvechters van de Franse Revolutie, vermoord door zijn tegenstandster Charlotte Corday. Vijftien jaar na deze moord blikt De Sade terug op de Franse Revolutie en probeert hij in zijn stuk de ideologie van Marat te ontmaskeren. Alle personages worden vertolkt door de bewoners van het gesticht Charenton, waar de Markies De Sade op dat moment verblijft. Hij is dan ook de enige in het stuk die nog bij zijn volle verstand is.

De Sade houdt als regisseur geen afstand maar levert constant commentaar op de voorstelling. Dit mondt uit in een discussie tussen de idealist Marat en de individualist De Sade. Marat wil de maatschappij veranderen en vindt de chaos en bloedige afslachtingen die daarmee gepaard gaan onvermijdelijk, De Sade vindt de maatschappij juist onveranderbaar en ziet alleen maar een uitkomst in wellustig individualisme. Hij noemt zichzelf een voorvechter van de verbeelding, hoe gruwelijk die soms ook is.

Actualiteit

~

Köroðlu plaatste Bloedbad in een vrij klinische enscenering. Met witte meubels, veel rode handdoeken en blauw licht blijven constant de kleuren van de Franse (en Nederlandse) vlag zichtbaar. Maar daarmee maak je natuurlijk nog geen politiek geëngageerd theater. Ook in de tekst en het spel moet je de link met de actualiteit weten te leggen. Helaas ontbreekt het daar in Bloedbad te vaak aan. Slechts op een paar korte momenten wordt de toeschouwer geraakt. Bij de beschrijving van toentertijd populair kinderspeelgoed – guillotines met poppetjes die bij onthoofding ‘echt’ bloeden – dringen zich vergelijkingen op met actuele discussies over de invloed van gewelddadig speelgoed. Ook de monoloog over het feit dat de huidige generatie mensen leeft op de met lijken van generaties voor hen verzadigde aarde, “een krankzinnig dier is de mens”, is indringend door haar verwijzing naar de massamoorden die ook nu nog voorkomen. Jammergenoeg zijn dit maar korte momenten.

Gelijkwaardige discussie

Datgene waar het volgens Köroğlu echt om gaat, namelijk de confrontatie tussen de denkwijzen van Marat en De Sade, wordt niet helder uitgewerkt. Met name Willem Schouten als De Sade weet in spel en tekstbehandeling nauwelijks te overtuigen. Geen moment is er bij hem ook maar een spoortje van waanzin zichtbaar. Dit maakt hem op een vervelende manier superieur aan Marat, die immers gespeeld wordt door een gek. Tot een gelijkwaardige discussie tussen beide denkers komt het niet, en de toeschouwer krijgt zo geen inzicht in de actualiteit van deze confrontatie. Je zou kunnen concluderen dat Köroðlu de visie van De Sade deelt, en uiteindelijk alleen in het individualisme een uitweg vindt. Maar deze interpretatie is niet wat de regisseur voor ogen heeft, gezien het feit dat Köroğlu de voorstelling nadrukkelijk als een zoektocht presenteert, als “een vraagteken over hoe te leven”.

Voor een zoektocht biedt Bloedbad te weinig mogelijke interpretaties, historische context of heldere standpunten, waardoor je uiteindelijk met een onbevredigd gevoel de zaal uit komt. De zoektocht van Theater EA gaat niet verder dan een tasten in het duister. Maar de oprechtheid waarmee dit gebeurt, overtuigt je er wel van dat zo’n zoektocht ondernomen moet worden.

Bloedbad is nog in november te zien in Amsterdam, Rotterdam en Utrecht.