Theater / Voorstelling

Kees Torn brengt ode aan de taal

recensie: Kees Torn - Einde Verhaal

Kees Torn is een intrigerend fenomeen in de Nederlandse kleinkunstwereld. De man die in 2007 met zijn programma Dood en verderf de Poelifinario won, de prijs voor het meest indrukwekkende cabaretprogramma, lijkt te zijn geschrokken door de bijkomende roem. Niets moet hij hebben van al die aandacht noch van het ooit staan in Carré. Welke maatregelen zou je daartegen kunnen nemen? Simpel, aldus Torn in zijn nieuwe voorstelling Einde Verhaal, alles wat ook maar enige indruk zou kunnen maken heeft hij uit de voorstelling geschrapt.

Torns achtste cabaretvoorstelling, Einde Verhaal, zit vol dergelijke ironie. Het programma speelt zich af rond een grote vleugel, centraal op het toneel. Torn loopt rond, maar is altijd enkele passen af van zijn kruk, ondertussen nippend aan zijn whisky.

Puur, poëtisch cabaret


~

Een rode draad kent Einde Verhaal niet. De warrig overkomende Torn springt van de hak op de tak, wisselt liedjes af met anekdotes en lijkt te doen waar hij zin in heeft. Bij enige scheve redeneringen weet je dat er iets niet klopt, maar Torn brengt het zo logisch dat je het toch aanneemt. Het lijkt soms alsof hij ter plekke bedenkt welk lied hij wel en welke hij niet gaat spelen. Zelfs stopt hij een keer halverwege een lied, omdat het publiek, volgens hem, dan wel begrijpt hoe het verder zal gaan. Het illustreert hoe Torn cabaret maakt. Het is puur en fragmentarisch, maar ook zeer poëtisch en af en toe briljant. Torn speelt met taal in talloze liedjes, gedichten en verhaaltjes.

Kees Torn brengt geen cabaret voor de grote massa. Dat is maar goed ook, want het zou niet bij hem passen. Hij brengt hoogstaand poëtisch cabaret met prachtige gevoelige liederen die je soms totaal op het verkeerde been kunnen zetten. Hij doet dit ondermeer met zulke geniale taalvondsten, dat ze soms met moeite zijn mond verlaten. Dat de liedjes niet gladgestreken ten gehore worden gebracht is echter geen enkele keer vervelend. Hoewel Einde Verhaal geen pauze kent, neemt de cabaretier wél een korte onderbreking. Hij doet dit op authentieke wijze en komt met een zeer ingenieus decorstuk op de proppen.

Ode aan de taal


Herhaaldelijk deelt Kees Torn steken uit aan recensenten, maar ook aan mensen die anoniem reacties achterlaten op internet. Het is duidelijk dat het Torn irriteert dat iedereen alles online maar kan zeggen zonder zijn identiteit openbaar te maken. Wat hem echter nog het meest lijkt te storen is de taalverloedering in Nederland. Als je de teksten van Torn hoort zou je wensen dat iedereen de gave bezat zo minutieus met taal om te gaan.

Met een bewerking van Jacques Brels ‘La chanson des vieux amants’, die Torn schreef omdat hij de bewerking van Herman van Veen, ‘Ik hou van jou’, te expliciet vindt, is beresterk. Daarbij is er in Einde Verhaal plaats voor een ode aan Drs. P., die zelf ook nog heel even uit een transistorradio door de zaal schalt. Een reeks prachtige liedjes volgen. Dan gaat Kees Torn letterlijk in rook op. De toeschouwers genieten na.

Einde Verhaal is nog tot en met eind mei 2009 in de Nederlandse theaters te zien.