Theater / Voorstelling

‘Fysieke mantra’s’

recensie: How They Disappeared

Ze staan schuin naar ons toegedraaid. Twee vrouwen. Zij aan zij. Ontspannen en zelfverzekerd staan ze mee te deinen op nauwelijks hoorbare muziek. Ontwapenend heten ze ons welkom bij hun voorstelling. De een herhaalt de ander en voegt steeds iets aan de begroeting toe. Totdat het meer dan alleen een welkomstwoord is. Zin voor zin beschrijven ze de absurdistische realiteit van de situatie: “We are in the big empty space. You are watching us. I feel very comfortable. We are here for you”. Het lijkt allemaal spontaan te gebeuren. Hier zitten wij als publiek naar hen te kijken, en daar maken ze ons van bewust. Het heeft een vervreemdend effect, juist omdat de realiteit – het hier en nu van de voorstelling – zo wordt benadrukt. Ze nemen ons mee in deze verwondering. Hun Engels maakt plaats voor Tsjechisch. Ze worden onverstaanbaar. Op dit moment neemt de beweging de taal over. En we verstaan ze weer.

You are watching us. I feel very comfortable. We are here for you”. Het lijkt allemaal spontaan te gebeuren. Hier zitten wij als publiek naar hen te kijken, en daar maken ze ons van bewust. Het heeft een vervreemdend effect, juist omdat de realiteit – het hier en nu van de voorstelling – zo wordt benadrukt. Ze nemen ons mee in deze verwondering. Hun Engels maakt plaats voor Tsjechisch. Ze worden onverstaanbaar. Op dit moment neemt de beweging de taal over. En we verstaan ze weer.

De kleine tribune staat in een achterhoek van de zaal, waardoor we vanuit de hoek diagonaal over het kale podium kijken. De voorstelling wordt volledig over deze diagonale lijn gespeeld. Dit zorgt voor een andere beleving van de theaterruimte, waardoor het lijkt of de zaal oneindig diep is. Het bewegingstheater van How They Disappeared is zeer abstract – heeft eigenlijk niet een duidelijk verhaal – maar laat zich toch intuïtief volgen. Met twee dansers, een kaal toneel, een lichtontwerp en een soundscape schept Sarah Vanhee een fascinerende, spirituele voorstelling.

In de branding

~

Het eerste deel van de voorstelling bestaat vrijwel geheel uit gesproken woord. De herhaling en het ritme van de zinnen is bizar en komisch. Je verstaat wat er gezegd wordt, je realiseert je de absurditeit van het geheel, maar tegelijkertijd zorgt de herhaling voor een nieuwe beleving van ruimte en tijd. Dit geldt ook voor het fysieke spel. Passages worden op een bijna rituele, tranceachtige manier herhaald, waarbij de spelers bijna zichzelf lijken te verliezen in de beweging. Het spel is strak, helder en zeer beheerst. Ze keren ons de rug toe en staren met ons naar het donkere verdwijnpunt in de hoek van de zaal. Na een aantal ingehouden momenten worden de bewegingen steeds heviger en intenser. Het geluid zwelt aan tot een oorverdovende storm. Het lijkt of ze zich keer op keer in de branding van een woeste zee storten, worden teruggeslagen, overeind krabbelen en zich weer met volle overgave het natuurgeweld te lijf gaan. Door de plaatsing van de tribune kijken we over hun schouders mee. Willen ze ons beschermen tegen de overmacht? Ze vechten, maar ze verliezen. Het lawaai wint. Verslagen eindigen ze op de vloer in volledige stilte. Alleen hun adem en het gezoem van de theaterlampen is hoorbaar. Uitgeput en bezweet draaien ze zich om en kijken ons aan. Langzaam ontstaat er weer een klein, intiem samenspel. Ze verdwijnen samen in een klein hoekje licht.

Woord en mime

~

Sarah Vanhee volgde de opleiding Woordkunst van het Lemmens Instituut in Leuven, daarna studeerde ze aan de mimeopleiding van de Amsterdamse Hogeschool van de Kunsten. Ze toonde zich al eerder bekwaam in het effectief gebruiken van tekst en beweging, zonder een van beide geweld aan te doen. Zo slaagde zij erin om met haar eerdere regievoorstelling 4000 trees, a red dress and an apple (possible story) gesproken tekst en fysiek spel op een originele en geestige wijze te combineren. Die voorstelling toonde het denkproces van een man die bezig is een sprookje te bedenken. Zijn gedachten werden uitgespeeld door drie andere acteurs. Daarnaast werden op het achterdoek zijn overpeinzingen in tekstfragmenten geprojecteerd. Dit zorgde voor een komisch effect van verschil tussen woorden, gedachtes en fysieke actie. Ten opzichte van haar eerdere voorstelling ligt bij How They Disappeared de nadruk op fysiek spel – de woorden zijn al snel ontoereikend. Ook is het stuk serieuzer en scherper. Van de komische ongein zoals in 4000 trees…is weinig meer te bekennen. Als na het vernietigende geweld van de storm – in totale stilte – beide spelers weer heel langzaam in beweging komen is de spanning om te snijden. Deze verslagenheid is niet iets om vrolijk van te worden, maar tegelijkertijd toont het ook een berusting die zelfs troostend werkt.

Fysieke mantra’s

De bewegingen lijken in How They Disappeared dienst te doen als een soort mantra’s. Het gebruik van mantra’s in de verschillende spirituele tradities dient ervoor om de concentratie van de beoefenaar te richten. Door het chanten – het langdurig herhalen van de mantra’s – kan de beoefenaar zichzelf verliezen in de handeling. Tegelijkertijd kan hij ook de betekenis achter de woorden uitdiepen, om zo meer kennis over zichzelf op te doen. De spelers van deze voorstelling verdwijnen in hun fysieke mantra’s. Ze waaien uit. Wij gaan even met ze mee in hun trance. Het is een prachtige spirituele ervaring, en eigenlijk onbenoembaar. En daardoor zien we hoe mooi theater kan zijn.