Theater / Voorstelling

Toonloze waas

recensie: Het Vervolg - King Lear

.

King Lear spelen is voor een acteur wat kaviaar is voor de meesten onder ons: onhaalbaar en onbetaalbaar. Maar als het geluk je ten deel valt, dan weet je niet wat je beleeft. Een zinderend gevoel op de tong dat nog een tijdje na blijft gloeien. Zo zou het met de heerlijk theatrale rol van King Lear – van potentaat naar oude dwaas – ook moeten zijn.

Het is daarom ook niet verwonderlijk dat theatergezelschappen meestal gelauwerde acteurs inzetten voor de rol van de koning die zijn land wil verdelen onder zijn drie dochters, op voorwaarde dat ze hem vertellen hoeveel ze van hem houden. De jongste dochter weigert en dat stuwt de hele zaak naar een onvermijdelijk tragisch einde.

Dement

~

Om meteen maar met de deur in huis te vallen: Rik van Uffelen, onder andere bekend van televisie en in deze voorstelling de koning, is geen kaviaar. Zelfs in de verste verte nog niet. In de bewerking van regisseur Léon van der Sanden is hij meteen, vanaf het begin, een seniele oude man die de hele tijd in zijn onderbroek en badjas over het toneel heen schuifelt. Wat dat betreft heeft Van Uffelen zich waarschijnlijk aan de regieaanwijzingen gehouden, maar intrigerend en tragisch wordt het nergens. Rik van Uffelen spreekt toonloos, waardoor het inzicht dat hij aan het einde van zijn leven verkrijgt geen indruk maakt. Het is al even vlak als in het begin, toen hij nog die ijdele koning was.

Behalve Eva van der Gucht, die naast een wat stijve Cordelia ook een ordinaire, maar grappige, nar speelt, weet geen van de acteurs ook maar iets over te brengen. Het toneelspel van de anderen vervalt in het opzeggen van eindeloze lappen tekst zonder enige helderheid of emotie en die zodoende maar niet willen beklijven. Je hebt het idee dat de andere personages al even dwaas zijn als King Lear zelf.

Slordig

~

Het is best begrijpelijk dat regisseur Léon van der Sanden eens een andere King Lear wilde opvoeren en derhalve is zijn idee – de koning is reeds bij het verdelen van zijn rijk dement – best het navolgen waard. Echter door dit concept stagneert de hele voorstelling. Wat een King Lear tot een King Lear maakt, is de dramatische en tegelijkertijd tragische ontwikkeling van dit personage. Als je bij voorbaat die man al reduceert tot een warrige slaapwandelaar, dan moet je er ook niet raar van staan te kijken dat het met de rest ook niet wil vlotten. Van der Sanden had het dan ook beter kunnen kiezen voor een afgeslankte versie van dit drama. Hij heeft echter voor de volledige versie gekozen, compleet met het parallelle plot rond de graaf van Gloucester, die het te verduren krijgt met zijn zoon en bastaardzoon. Ook hier zijn alle personages verworden tot (d)wazige, nietszeggende karakters zonder enige interne ontwikkeling dan ook.

Léon van der Sanden heeft, naast de regie, ook de hele tekst vertaald en heeft het duidelijk naar het hier en nu willen optrekken. Er wordt gesproken over management, culturele identiteit en de liedjes van de nar zijn tevens doorspekt met talloze moderne scheldwoorden. Zelfs verwijzingen naar en letterlijke citaten van het hedendaagse politieke klimaat ontbreken niet. Maar ook dat mag niet baten. De kracht van Shakespeare is voor een groot deel gelegen in zijn poëtische taal en in deze voorstelling boet die dermate in tot dat er uiteindelijk niets meer overblijft dat de moeite van het citeren waard is.

Deze King Lear is het slachtoffer geworden van een vernieuwingsdrang waarbij het kind echt met het badwater is weggegooid. Misschien maar een geluk voor de oude koning dat hij zich de smaak van kaviaar toch niet kan herinneren.

King Lear van Het Vervolg is nog te zien tot en met 18 december. Klik hier voor meer informatie en speellijst.