Theater / Voorstelling

Communiceren door dans

recensie: Erwin van Lambaart & Joop van den Ende - Zes danslessen in zes weken

.

Iedere relatie heeft een bepaalde basis, net zoals de basispassen van een dans. In het geval van Zes danslessen in zes weken is de relatie tussen Lily Harrison (Trudy Labij) en Michael Minetti (Peter Lusse) gebaseerd op leugens en beledigingen. Het zijn echter niet de basispassen die tellen, maar de dans zelf, want “wat je communiceert in een dans is de ziel” en dat is precies wat er langzamerhand gebeurt met Lily en Michael in Zes danslessen.

~

Gekleed in een nette broek, zwart overhemd en een giletje en gewapend met een CD speler, flaneert Michael Minetti de huiskamer binnen van Lily Harison, een 72-jarige weduwe van een predikant.
Terwijl hij zwarte en witte voetjes in het basispatroon van de Swing op de grond legt, geeft Michael wat achtergrondinformatie over de dans: geile soldaten die voor ze richting oorlog gaan nog even een meisje in hun armen willen hebben. Het botst onmiddellijk tussen de keurige Lily en de cynische Michael en binnen vijf minuten worden er al beledigingen heen en weer geslingerd. Maar met iedere les en iedere dans komen de twee dichter bij elkaar en ontstaat er een speciale vriendschap die op beide personages diepe indruk maakt.

Boeiend cliché

Zes danslessen in zes weken is een tragikomedie waarin het tragische er soms erg dik bovenop ligt en het komische grenst aan het banale. Familiedrama’s, ziekte, dood en dramatische liefdesgeschiedenissen vliegen je om de oren en hetzelfde geldt voor de voorspelbare grapjes. Echter, ondanks het onverrassende plot, blijft je aandacht bij het verhaal en het spel zonder dat het al te grotesk of afgezaagd overkomt. Ja, je ziet de grappen mijlenver aankomen, maar toch lach je erom. Ook het einde is erg cliché met een laatste dans in de ondergaande zon, maar hierover ligt wel een dunne sluier van authenticiteit en oprechtheid, waardoor de scène toch weet te raken.

~

Humor en ernst

Zes danslessen is duidelijk een voorstelling die het moet hebben van de chemie tussen de hoofdrolspelers en de manier waarop zij de tekst tot leven laten komen. Peter Lusse doet het perfect in de rol van de sarcastische, homoseksuele dansleraar Michael. Zolang het spel niet al te serieus wordt tenminste, want dan verliest hij zijn geloofwaardigheid. Trudy Labij heeft daar geen last van. Zij verandert moeiteloos van een starre weduwe met een droog gevoel voor humor in een levenslustige vrouw die ongegeneerd ruzie maakt met de onderbuurvrouw en alle stadia daar tussenin. Beiden weten de soms bombastische taal van toneelschrijver Richard Alfieri met een zekere flair te brengen waardoor zinnen als: “jij hebt het meten met twee maten tot ongekende hoogtes verheven en het gekroond met een aureool van onfeilbaarheid” de juiste combinatie van humor en ernst meekrijgen.

Wat van Zes danslessen uiteindelijk een boeiende voorstelling maakt, ondanks alle clichés, zijn waarschijnlijk de onderliggende thema’s spijt, leven met de pijn van het verleden en eenzaamheid. Het dansthema, waar we na seizoenen van programma’s als Dancing with the Stars en Sterren dansen op het ijs intussen wel genoeg van hebben, is van tijdelijke aard, maar menselijke emoties zullen altijd hun aantrekkingskracht behouden.
Want waar een voorspelbaar plot de basis vormt voor de voorstelling, zijn het de emoties die communiceren met de ziel.

Zes danslessen in zes weken is nog te zien t/m 15 februari 2008 in verschillende theaters in Nederland. Voor een gedetailleerde speellijst, zie www.toneel.nl