Theater / Voorstelling

Van Bitch tot Barbie

recensie: Juxtapose: Dansmakers Amsterdam

Zij gaan zichzelf én het publiek te lijf met protestleuzen en beeldmunitie. Gewapend met geluidskanonnen geladen met jaren ’50-muziek, soundlogo’s uit Hollywood film en Amerikaanse advertising. Cecilia Moisio en Erlin Harty blazen de girlpower nieuw leven in.

‘Van Bitch tot Barbie’, zo zou de ondertitel kunnen luiden van de nieuwe dansvoorstelling van de van oorsprong Finse choreografe Cecilia Moisio (1978). Samen met danseres Erin Harty, maakte zij een lofzang op de vrouwelijkheid en tegelijkertijd een protestlied tegen de opdringerige beeldtaal in de hedendaagse media.                                                                                                          

Vast in het verleden
Twee jaren ’50 microfoons op standaard verraden al dat het publiek zodadelijk toegesproken en toegezongen zal worden. Het krakende geluid van de pick-up naald op de 45-toerenplaat – een geluidsartefact uit lang vervlogen tijden – verstevigt deze verwachting. Twee vrouwen uitgedost in felgekleurde pettycoats, rode lippenstift tot aan de oren en dito looks en bewegingen zingen dan ook een gedefragmenteerd Two Little Girls From Little Rock, de titelsong uit de film Gentlemen Prefer Blonds uit 1953, oorspronkelijk vertolkt door Marilyn Monroe en Jane Russell. De plaat blijft echter vele malen haken en de zangeressen lijken met hun  jaren ’50 danspasjes de weg kwijt te zijn.         

~

De titel Juxtapose is daarmee meteen expliciet gemaakt. ‘Juxtapose’ ofwel het naast elkaar zetten van ogenschijnlijk niet relevante beelden en geluiden, brengt bij de kijker een verwarring teweeg die juist nieuwsgierig maakt en hem doet afvragen hoe het nu werkelijk zit. Een stijlkenmerk dat de twee dansende, schreeuwende, zingende, verleidende danseressen bijna anderhalf uur weten vol te houden.

Amalgaam
De zoektocht naar het vrouw-zijn anno 2013, lijkt een nutteloze exercitie – het feminisme heeft zichzelf toch overbodig gemaakt? Niets is minder waar, zo lijkt Moisio ons te willen vertellen. De uit een Amerikaanse reclamecampagne weggelopen ideale (huis)vrouw ontpopt zich als een avatar: de verleidende sensuele Madonna-poses, het kleine meisje uit Annie de musical, de Marilyn Monroelook, een wedijverende vrouwelijke hooligan tot en met de demonstrerende vrouw die zo uit een SlutWalk is gestapt.                                  

De vraag is waar die zoektocht precies moet beginnen. Na een grondige ‘inspectie’, waarbij de twee vrouwen elkaar wederzijds onderzoeken en begluren, blijkt het antwoord gevonden te zijn: ‘I am, I think, you think, I am!’ Inderdaad, het begint bij jezelf. Deze aha–erlebnis is het startpunt van een wervelende achtbaan van statements, emoties, herinneringen – haar My Little Pony werd door vader naar het slachthuis gebracht – tot woede-uitbarstingen gericht naar het publiek. Gedaantewisselingen waarbij zelfs Catwoman even op het podium op zoek is naar haar prooi. De mannelijke bezoekers kunnen zich dan maar beter niet op het podium wagen.

Obsessief en problematisch
Na haar studie aan de Theaterschool in Amsterdam kwam Moisio bij Dansgroep Krizstina de Châtel , waar ze onder andere samenwerkte met performance-kunstenares Marina Abramovic. Dat laatste heeft haar sporen achtergelaten in het werk van Moisio. De plaatsing in een totaal witte ruimte, het eigen lichaam dat onder vuur wordt genomen, de taal en de directe adresseringen aan het publiek maken Juxtapose tot een kruising tussen een dansvoorstelling, een theatervoorstelling en een performance.

Moisio stelde eerder maatschappelijke vraagstukken ter discussie. In Hi! My name is… uit 2011, ging de maakster in op het erbij-willen-horen en hoe verlies ik dan mijzelf en behoud ik mijn eigenwaarde. ‘Om ons staande te houden in de consumptiemaatschappij te midden van nieuwe sociale media is ons sociaal gedrag obsessief en problematisch geworden,’ zo was te lezen in de toelichting op Hi! My name is… In Juxtapose lijkt Moisio zich deze vraag opnieuw te stellen.

Onafwendbaar

~

De oprukkende consumptiemaatschappij is sinds de 50er en 60er jaren onomkeerbaar gebleken. De uitvinding van de film, de televisie en de nieuwe media, heeft een de beeldenstroom die dagelijks op ons afkomt, in een stroomversnelling gebracht. Onafwendbaar is ze. Een stroom aan beelden die alle leeftijden beïnvloedt en die, volgens Moisio, een nieuw seksisme in de hand lijkt te werken. Kijken en bekeken worden is actueler dan ooit en een mening vormen over de ander op basis van buitenkanten is snel gemaakt.                                                                     

Wie denkt met een zwaarbeladen protestactie te maken te hebben, hoeft zich geen zorgen te maken. Moisio weet haar voorstelling ruimschoots te vullen met humor, slapstick en de nodige zelfspot. Het maakt het duo soms tot een imitatie van het beroemde Engelse televisieduo French & Saunders, waarbij sarcasme afgewisseld wordt met litanieën over het vrouw-zijn en de man en zijn eigenaardigheden: seksisme, opdringerigheid, macho gedrag en ruimte innemen. Moisio en Harty weten die ruimte echter volledig te ‘heroveren’. Het hele podium is één groot strijdtoneel, waarbij de slagroomtaart die al aan het begin van de voorstelling als een tikkende tijdbom op het voortoneel staat, een glansrijke bijrol krijgt aan het eind van Juxtapose.

De twee danseressen zijn in alle opzichten aan elkaar gewaagd qua fysiek, uitstraling, persoonlijkheid en zeggingskracht. De eigen vertwijfeling is soms echter zo verstikkend dat het energieniveau het laatste half uur nergens meer naar beneden gaat en de geluidsmeter constant in het rood staat. De worsteling van de vrouwen op het podium wordt daarmee voor het publiek niet méér invoelbaar. Juist een ingehouden, onderdrukte vertwijfeling zou hier de boodschap versterken. Misschien doet een dramaturgische ‘saus’ hier nog wonderen. Juxtapose zal ook als jongerenvoorstelling een groot publiek aanspreken en het is dan ook te hopen dat een zomerfestival in Nederland het tweetal programmeert.