Theater / Voorstelling

Race Horse Company – Super Sunday

recensie: Letterlijk en figuurlijk alle kanten op

Open coulissen vol circusmateriaal, aan elkaar geducttapete gele vloerdelen en een provisorisch opgehangen vlekkerig wit achterdoek: dit is het openingsbeeld van de voorstelling Super Sunday  van de Race Horse Company. Ook in deze voorstelling heeft dit gezelschap zijn innovatiedrang weer bewezen, al pakt dat helaas niet altijd even goed uit.

Met de openingsact met de menselijke paarden wordt een goede spanningsboog opgebouwd naar een innovatieve act in een zelfgebouwde draaimolen. Ook de objectmanipulatie met een zware hamer wordt bijzonder goed door het publiek ontvangen. De hamer wordt metershoog de lucht in gegooid, hard rondgedraaid en keer op keer opgevangen alsof het niets weegt. Tot aan de beer die wordt gewonnen  bij de kop van Jut klopt het geheel waarin innovatie, techniek, klassiek circus en kermis goed met elkaar verweven zijn.

Spelen met de aandachtsboog

Vanaf dit punt krijgt de lijn van de voorstelling, waarin het publiek wordt meegenomen in een avondje kermis, steeds minder samenhang en vervalt tot een serie losstaande acts. Hierbij valt met name het controversiële plaatje van Jezus aan het kruis buiten de context van kermisattracties en gevaarlijke cirusacts. Ombouwmomenten duren iedere keer langer, wat tot een ‘hoogtepunt’ komt in een ombouw die langer duurt dan de finaletruc. De artiesten hebben duidelijk geprobeerd te spelen met de aandachtsboog van het publiek, maar zijn er niet in geslaagd de publiekswaardering hiermee voor zich te winnen.

Het spektakel van het klassieke circus

De Race Horse Company mee gaat mee in de huidige trend in het circustheater: het teruggrijpen naar elementen uit het klassieke circus. Hiermee doen ze af aan het zijn van een creatief en vernieuwend gezelschap en gaan ze mee met de bestaande ontwikkelingen. Aan de andere kant is merkbaar dat een groot deel van het publiek deze ontwikkelingen niet kent en de voorstelling zeer origineel vindt. Daarbij is er zeker wat voor te zeggen dat wat werkt te koesteren: het spektakel uit het klassieke circus. Spektakel is belangrijk: hoe hoger, verder en sneller, hoe beter. In Super Sunday wordt dankbaar gebruik gemaakt van deze kennis. De artiesten vliegen metershoog door de lucht wanneer ze zich uit de meest uiteenlopende installaties laten lanceren. Zo nemen de zelf plaats op de kop van Jut, laten ze zich afschieten uit een schommelconstructie wat een raket moet voorstellen en maken ze gebruik van een soort wipwap voor volwassen, een teeterboard. Aan de andere kant wordt het klassieke circus ook geregeld op de hak genomen. De voorstelling wordt geopend met een knipoog naar de paardendressuur en ook de klassieke manier van waardering vragen aan het publiek na een truc wordt opzettelijk overdreven.

Schommelende techniek

Circustechnisch gezien is duidelijk dat de zes artiesten professionele acrobaten zijn met bovengemiddeld ruimtelijk begrip. De hoeveelheden en combinaties van de salto’s en pirouettes zijn te vergelijken met die van professionele turners. Het technisch niveau in de voorstelling schommelt van matig (rondslingeren tussen een paar palen) tot hoogstaand (drievoudige salto’s). De draaimolen is, hoewel innovatief, technisch vrij beperkt. Echter, het niveau van het Rad des Doods, een metershoge staaf met aan beide uiteinde een levensgroot hamsterwiel, is matig. Dit komt vooral tot uiting wanneer blijkt dat er slechts eenmaal aan de buitenkant van het rad gelopen wordt en de sprongen vrij laag blijven. Aan de balansverstoringen en voorzichtigheid van de acrobaten is te zien dat deze act gevaarlijk dichtbij de grens van hun kunnen ligt.

Er worden gedurende de voorstelling onnodig grote risico’s genomen die weinig toevoegen aan de beleving van de vertoonde kunsten. De act op de reuzentrampoline daarentegen is van een hoog niveau met een goede balans tussen vaardigheid en gevaar. Het publiek zit op het puntje van haar stoel wanneer de acrobaat meervoudige pirouettes in zijn salto weet te draaien op een klein springvlak. Een verkeerde inzet bij zijn trucs is genoeg om metersver de trampoline uit gelanceerd te worden en op de harde vloer te vallen. Een mooie link tussen techniek en creativiteit wordt gemaakt door in het slot van de teeterboardact van en naar de draaimolen te springen. Op het niveau van dit gezelschap, dat wereldwijd in de grote theaterzalen speelt en hoog aangeschreven staat in het cirusveld, mag alleen wel verwacht worden dat deze link vaker gemaakt wordt.

Ondanks het feit dat niet overal raak werd geschoten, zijn de artiesten er wel in geslaagd een aantal bijzondere plaatjes te creëren, zoals een artiest die met huishoudfolie aan het Rad des Doods werd geketend en de trampoline die veranderde in een dansende ballenbak. Hoewel het een vermakelijke voorstelling is, liet de kop van Jut de bel niet vaak luiden.