Muziek / Album

Kleine mannetjes verliezen van hun grote broers

recensie: The Manikins - Crocodiles

Het lijkt wel een typisch Zweeds fenomeen. Een band bestaande uit vier of vijf schreeuwerige mannetjes (waarvan er altijd wel eentje Mick Jaggertrekjes heeft) die een combinatie van punk, rock ’n roll en garagerock speelt. En vaak niet onverdienstelijk. Zo kent iedereen The Hives en behoren Mando Diao en tot op zekere hoogte Sugerplum Fairy ook tot deze groep. Een minder bekend lid van deze Zweedse stroming maakt al jaren punky garagerock onder de naam The Manikins. Deze zomer kwamen ze met hun vierde album Crocodiles en vechten ze opnieuw om een plekje tussen hun bekende landgenoten.

The Manikins, wat een gekke naam denk je misschien. Maar juist wij Nederlanders zouden er trots op moeten zijn, gezien het een verbastering van ons oer-Hollandse woord manneken is. ‘Little Man’, zeggen ze er zelf nog even voor de duidelijkheid bij. Deze vier jongens kwamen elkaar in 2001 tegen bij een punkrockconcert en ontdekten dat ze allemaal gek waren op de vuile garagepunk van bands als The Sonics en MC5. Een eigen band was snel geboren en sindsdien werkt het viertal zich langzaam maar zeker op in de muziekscene, zoals met Lie, Cheat And Steal, hun uptempo album uit 2005.

Hetzelfde geluid in verschillende tempo’s

~


Op hun nieuwe album probeert de band iets meer variatie in de muziek aan te brengen. De plaat opent met ‘That Train’, dat samen met titelnummer ‘Crocodiles’ de pittigste en snelste songs zijn. Maar in de ruim dertig minuten die de twaalf nummers duren, komen ook iets subtielere nummers voorbij; het melodieuze en aanstekelijke ‘Losin’ Streak’ bijvoorbeeld waarbij je je even echt in de zestiger jaren waant. Of ‘She Speaks Perfect French’, begeleid door een inderdaad perfect Frans sprekende vrouw. En zo af en toe horen we zelfs echte emoties bij de mannen, zoals in het jaloerse ‘If I See You Cry’.

Maar zelfs als The Manikins rustig of emotioneel proberen te spelen, blijft het geluid nagenoeg gelijk. Klingelende en rammelende gitaren, pauzeloze drums en zo’n ruige rockstem die net een beetje moet schreeuwen om boven de muziek uit te komen en ietwat lallerig en rauw klinkt. Ook hier weer die onontkoombare associatie met een jonge Mick Jagger trouwens. De luisteraar heeft hierdoor helaas zeker meerdere luisterbeurten nodig om echt de verschillen tussen de nummers te kunnen horen.

Geen topplaat binnen het genre


Een band die zich duidelijk onder een bepaald subgenre schaart, zoals in dit geval de Zweedse garagerock, heeft natuurlijk het voordeel dat fans van het genre ongetwijfeld ook tevreden zullen zijn met The Manikins. Het album hoort dan ook zeker een plekje te krijgen in de platenkast van luisteraars van The Hives en Mando Diao. Maar dat is direct ook het nadeel. Want nu het vergelijkingsmateriaal zo voor de hand ligt, is extra goed te horen dat The Manikins het niveau van zijn broertjes niet kan bijbenen. De onstuimige energie en de melodische creativiteit mist simpelweg. De kleine mannetjes willen zo graag en hun enthousiasme druipt ervan af, maar desondanks is Crocodiles zeker geen topplaat.