Muziek / Concert

Liedjes rijgen

recensie: Richard Buckner

.

Voorafgaand aan het optreden met Buckner speelt Sacri Cuori een half uur durende instrumentale set die veel wegheeft van een Italiaanse (spaghetti-) western. De heren laten even horen waartoe ze in staat zijn. Onderhoudende en vooral heel beeldende muziek met oog en oor voor veel details.

Eigenlijk is dit zelfs een tweede voorafje. Het eigenlijke, aangekondigde voorprogramma is een optreden van Fruit Bats. Een band uit Chicago met inmiddels vijf albums op hun naam maar nog onbekend in Nederland. Fruit Bats speelt in een klein uur een set die soms de smaak van The Jayhawks oproept. Ze beginnen heel klein met alleen zanger Eric Johnson op het podium, maar vullen allengs met band en geluid The Nightclub van Roepaen. Het publiek reageert enthousiast en euforisch op het energieke optreden. De middag kan al niet meer stuk en dat terwijl de heren om goed kwart voor drie aftrapten.

~

Na het voorgerecht keren Sacri Cuori terug om het hoofdprogramma te begeleiden. Met inmiddels zo’n vierentwintig optredens met Buckner achter de kiezen beheersen ze zijn repertoire uitstekend. In contrast met het voorafje laat de band met Buckner samen horen dat ze ook stevig kunnen rocken, om op een ander moment weer heel klein te zijn en in dienst van het liedje te staan.

Zware taak
Er rust een zware taak op de schouders van Richard Buckner: een muzikale middag die van start is gegaan met een tweetal uitstekende optredens afsluiten in de overtreffende trap. Buckner weet zich versterkt met het trio van Sacri Cuori, drie uitstekende muzikanten die zijn composities op een hoger niveau brengen dan hij alleen zou kunnen met zijn akoestische gitaar. De composities van zijn album Our Blood zijn sterk genoeg om te overleven. Het oude repertoire staat al jaren als een huis sinds zijn eerstelingen Bloomed, uit 1994, en het drie jaar later volgende voortreffelijke Devotion + Doubt. De tussenliggende albums zijn wat wisselender van kwaliteit maar kennen hun uitschieters en liefhebbers. Programmeur Chris Tangelder weet het krachtig te verwoorden in zijn aankondiging van Buckner. “Ik maak al jaren verzamelcd’tjes voor verjaardagen van vrienden en kennissen met voornamelijk artiesten die hier in Roepaen al eens gespeeld hebben. Eén van die artiesten ontbrak al jaren op het lijstje van ‘gespeeld in Roepaen’. Na vandaag kan ik hem erbij zetten. Richard Buckner behoort al jaren tot mijn favorieten”. Het is maar goed dat Buckner geen Nederlands verstaat, anders zou zijn opdracht nog zwaarder zijn gevallen.

Het optreden van Buckner zal zijn Europese tour afsluiten. De wegen van hem en zijn Italiaanse begeleiders scheiden zich na deze middag.

Duivel op de hielen
Buckner laat er geen gras over groeien en zet stevig in met ‘Sacri Cuori’, of hij door de duivel op zijn hielen wordt gezeten. Hij rijgt het ene liedje aan het andere vast met enkele rustige akkoorden als tussenspel. Het tempo gaat soms omlaag om het publiek tot rust te laten komen om vervolgens weer steviger de draad door te rijgen. Hier is een gedreven en geconcentreerd artiest aan het werk die het licht slechts door de spleetjes van zijn ogen laat doordringen in de opperste concentratie.

Het elektrische gitaarspel van Antonio Gramentieri is om je vingers bij af te likken. Gramentieri gaat ook helemaal op in zijn spel. Drummer Diego Sapignoli zingt regelmatig een partijtje mee met Buckner: ze versterken elkaars stemmen in stemkleur.

Af en toe licht Buckner het publiek een beetje toe waar zijn volgende liedje ons naartoe zal voeren al is het soms onverstaanbaar. Wat niet onverstaanbaar is is het vakmanschap dat de vier mannen op het podium neerzetten. Van zijn nieuwste album horen we o.a. ‘Escape’, ‘Cullusion’ en het fraaie ‘Confession’ langskomen. Toch wordt Buckner geplaagd door publiek dat de zaal verlaat omdat het waarschijnlijk niet gerekend had op een drietal optredens en wellicht naar andere afspraken moet. Want om de kwaliteit van de muziek kan het moeilijk gaan! Die is prima in orde.

Buckner voldoet aan de hooggespannen verwachtingen die hij bij de aankondiging van het concert op de agenda al neerzette maar ook aan zijn opdracht om in de overtreffende trap te performen. Zelf lijkt hij minder tevreden over zijn prestaties als hij bij zijn toegift, die hij zonder band speelt, uitroept “I don’t deserve this!”. Het publiek denkt daar heel anders over en voorziet hem andermaal van een stevig en welverdiend applaus.

8WEEKLY MediaPlayer