Muziek / Album

Verzorgde artistieke melancholie

recensie: Most Unpleasant Men - Nothing Moves Slower

.

De heren van Most Unpleasant Men hebben er zes jaar over gedaan om met een debuut te komen. Aan de productie van Nothing Moves Slower is hoorbaar veel zorg besteed. Er is duidelijk veel aan het geluid geschaafd en er zitten dan ook bijna geen scherpe kantjes meer aan. Het is een zeer verzorgd soort huiskamerpop. De heren doen zich artistiek voor in de doordachte vorm van muziek maken, maar spontaniteit lijkt te ontbreken in de melancholieke liedjes.

~

De hoes van Nothing Moves Slower toont een portret waarin elementen van vier bandleden zijn verwerkt. Een van hen, toetsenist/zanger Jelte Heringa, is verantwoordelijk voor de meeste songs. Het album opent met ‘Red Box’ dat direct een stevige beat als fundament neerzet. De dameszang in deze openingstrack komt als een verrassing. Een beetje speurwerk levert de naam op van Lydia van Maurik-Wever (frontvrouw van de band Brown Feather Sparrow). Het kabbelende geluid van ‘Red Box’ is, ondanks de beat op de voorgrond, weldadig. Met ‘Hospitality’ gaat het tempo direct een tikje omhoog, maar als we bij het agressieve ‘Sorry’ zijn aangekomen bekruipt toch een gevoel van ‘dit had niet gehoeven’.

Pareltjes

Tekstdichten

~


‘Something to Say’ is een lied waarvan de tekst opvalt: ‘I like to eat with bare hands, I like to read in my underwear‘. Het laat je direct met gespitste oren luisteren naar wat komen gaat. De teksten van de band zijn dan ook vaak de moeite waard. De manier van tekstdichten op deze plaat doet enigszins denken aan die van Spinvis. Helaas vliegen de heren net voor het einde van het album andermaal uit de bocht met het veel te rockerige ‘Mommy’ dat gewoonweg niet past bij de rest van het album.

Het is niet vreemd dat de heren als voorbeelden de latere Talk Talk en de vroegere Eels noemen. Talk Talk ná de grote hits welteverstaan, toen de band meer doordachte en vooral kunstzinnige muziek ging maken. Voorbeelden van dat geluid, gemixt met de gekte van de vroegere Eels, hoor je terug in dit niet onverdienstelijke debuutalbum. Nothing Moves Slower zal zijn weg wel weten te vinden naar een klein maar liefhebbend publiek. Een publiek dat zich fijntjes met dit album vermaakt en zich er voor een korte periode mee opsluit in de behaaglijkheid van de eigen huiskamer.