Muziek / Voorstelling

Waardige uitvoering in waardige concertzaal

recensie: Wolfgang Amadeus Mozart - Don Giovanni

Het kost vijf maanden hard werken en 25 miljoen euro. Maar dan heb je ook wat: een mooie, sfeervolle concertzaal die voldoet aan kritische, hedendaagse oren. De grondig verbouwde Grote Zaal in de Rotterdamse Doelen werd in gepaste stijl geopend met het zeer gevarieerde en zeer veelbelovende Grote Zaal Festival. Tussen jazz, wereldmuziek, klassieke concerten en symfonieën was ook een heuse opera geprogrammeerd: Don Giovanni van Mozart. Opera in De Doelen, dan heb je hoge verwachtingen van je verbouwing. Inderdaad. En terecht.

Net op tijd waren ze weg, de steigers in de stevig gerestaureerde Grote Doelenzaal. Vrijdagochtend 18 september stonden ze er nog. Diezelfde avond om 20.15 uur klonken de eerste noten voor het publiek tijdens het Openingsconcert. In een steiger- en bouwstofvrije  concertzaal. Lof alom, voor de speciale-gelegenheidcomposities van Wagemans en Numan, én een zeer geslaagde verbouwing.

~

Nog geen week later staan de steigers er weer. Als decor voor Mozarts Don Giovanni door Combattimento Consort Amsterdam. Een kwinkslag van vormgever Kees van de Lagemaat? In elk geval maakte hij met zijn lichtontwerp gretig gebruik van de vernieuwde theaterverlichting, op afstand bedienbaar in luiken in het plafond en de zijwanden. Prachtige effecten op het vrijwel witte decor en de witte, weelderige kostuums van Peter George d’Angelino Tap – met véél repen en slierten waarop het licht uitvoerig kon spelen.

Orkest in de spotlights
In strak contrast stond het orkest in zwart. Midden op het podium. Nou vooruit, ín het podium. In een ‘orkestbak’ van pakweg 25 centimeter diep. Het is even wennen, de musici bij een opera zo centraal en prominent in de spotlights. Maar eigenlijk natuurlijk helemaal terecht. Want waarom zou je al die virtuositeit verstoppen onder podiumniveau? Dat op een gegeven moment enkele violisten van links de zaal binnenkwamen om uiterst rechts plaats te nemen, ging wat ver. Maar verder is óók het orkest tijdens een opera prachtig om naar te kijken. Grappig detail was dat de ‘figuranten’, het Codarts Kamerkoor van het Conservatorium Rotterdam, op de achtergrond bewogen in slow motion. Waarschijnlijk om de aandacht niet af te leiden van de hoofdrolspelers in actie. Terwijl het orkest er lustig op los zwierde!

~

Andere aandachtafleiders waren de videobeelden op een groot scherm achter het podium. Prachtige beelden van Florentijnse (?) gebouwen, het oude station van Madrid en natuurtafereeltjes. Het vermoeden rees al snel dat daar betekenis in gelezen kon worden, maar het programmaboekje moest uitsluitsel brengen: regisseur Eva Buchmann had de beelden gekoppeld aan de hoofdpersonen. Il Commendatore had bijvoorbeeld een stenen beeld. Daar zit wat in. Maar waarom die Aziatische ogen? En hé, is dat Mao daar in de zacht golvende beelden?! Zo miste je zomaar weer een stukje opera.

Zinderende Elvira
Terwijl die opera óók alle aandacht verdiende. Allereerst grote hulde aan Annemarie Kremer, die een zinderende Donna Elvira neerzette. Die kracht, dat temperament, die stem, dat háár! Het publiek bedankte haar terecht met gejuich en oorverdovend applaus: ze was heerlijk om naar te kijken. Ook Henk Neven, Leporello, was bijzonder innemend en had zeker niet misstaan als Don Giovanni himself – een rol die hij eerder inderdaad heeft vertolkt in het Amsterdamse Concertgebouw. Hij heeft er misschien ook net iets meer de looks voor. Dat is natuurlijk persoonlijk, maar misschien wel de reden dat de echte Don Giovanni, Marcel Boone, wat minder geloofwaardig overkwam. Maar woest aantrekkelijke Don Juan of niet, de operagenieters lagen aan zijn voeten. Het publiek geneerde zich niet voor veel tussentijds applaus, voor Boone en de rest. En na afloop een enthousiaste, langdurige, staande ovatie.

Hoe was nou de Grote Zaal? Mooi. Sfeervol. De paarse stoelen zijn aangenaam niet-rood. En de akoestiek is weergaloos. Bijna alsof je naar een feilloos afgemixte cd zit te luisteren. Met hoofdtelefoon op. Daardoor lijkt het soms bíjna alsof je niet in een concertzaal zit. Alsof het niet live is. Maar je bent toch echt een kniesoor als je daar op let. Bovendien wordt zo alle eer gedaan aan het mooie werk van de zangers en musici. En die eer is dubbel en dwars verdiend!