Muziek / Album / Concert

Uiterst aangename tweede

recensie: Aidan's Well @ Grandcafé Meneer Frits

In het Grandcafé Meneer Frits bij Muziekgebouw Eindhoven hield Aidan’s Well op de avond van 20 maart jl. het tweede album ten doop. Samen met zijn uitstekende band vertolkte bandleider Frank Veenstra liedjes van zijn nieuwe album Unfold, aangevuld met enkele composities van zijn eerdere werk.

In het dagelijks leven is Frank Veenstra de cultureel verantwoordelijke van het Muziekgebouw Eindhoven. Zijn band Aidan’s Well debuteerde in 2013 met het naar henzelf genoemde debuut, dat ten onrechte erg onbekend bleef. Hopelijk verandert dit met het nieuwe album, want het verdient het om gehoord te worden.

Warm gevoel

Veenstra neemt de leadzang, de akoestische gitaar en in een enkel nummer zelfs de toetsen voor zijn rekening. Daarnaast horen we Paul Gerritsen op de Gibson elektrische gitaar. Ruben de Wilde neemt de akoestische en elektrische basgitaar voor zijn rekening naast de backing vocals. Hein-Jan van der Veen drumt en Jurriaan Westerveld speelt een aantal liedjes mee op de cello. In deze bezetting spelen ze ook live in het Grandcafé, terwijl we op het album ook nog trompet horen, gespeeld door Jan Wessels in het nummer ‘Don’t Say You Will’.

Het album opent met ‘Sun and Rain’, waar we ook Westerveld op de cello horen spelen. Het is de compositie waar het concert van de albumpresentatie mee eindigt. Een mooie link tussen de live vertolking en de beleving van het luisteren naar de cd daarna.

Met ‘Sun and Rain’ kiest Veenstra voor een prachtig gevoelig lied met een warme begeleiding en voor een rustig begin van zijn nieuwste album. De stem van Veenstra lijkt nog steeds veel op die van Christopher Cross, zoals ik bij zijn debuut al aangaf. De muziek van Aidan’s Well is echter op een veel alternatievere leest geschoeid dan die van Cross. Met dit openingsnummer roept de band wel een heel warm gevoel op en het liedje nestelt zich lekker in je hoofd.

Fraaie melodieën

Op het album Unfold ligt het tempo afwisselend hoog en weet Aidan’s Well een fraaie melodie te koppelen aan een snelheid, waarmee sommige liedjes radio-geschikt zijn. Dat is natuurlijk belangrijk om kans te maken opgepikt te worden. Wie met een ballad wil scoren moet van heel goeden huize komen en veel geluk hebben. Dat van goeden huize komen zit bij deze band wel snor, maar de geluksfactor is wat moeilijker af te dwingen.

De iets veranderde koers van Aidan’s Well is geen aardverschuiving, maar meer een evolutie. Wie al van de band hield bij het debuut zal zich ook met Unfold comfortabel voelen. Veenstra en de zijnen schuiven iets op richting een mogelijke hit-gevoeligheid, die hen overigens van harte gegund is. Live weet de band dat ook kracht bij te zetten door af en toe steviger uit de startblokken te komen dan bij het vorige optreden. Het klinkt allemaal net wat strakker en vooral zelfverzekerder. Als we dat combineren met het vakmanschap en het spelplezier, dat zowel van het podium als van het album spettert, dan kunnen we alleen maar heel gelukkig zijn met deze tweede worp van Aidan’s Well. Een plaatje om steeds maar weer opnieuw van te genieten.