Boeken / Non-fictie

Memoires van een literair socioloog

recensie: J. Goudsblom - Geleerd
J. Goudsblom - Geleerd - uitgelichte afbeelding met Amsterdamse gracht

Enkele jaren geleden is Joop Goudsblom, van 1968 tot 1997 aan de Universiteit van Amsterdam verbonden als hoogleraar sociologie, begonnen zijn memoires op te schrijven. Het eerste, zeer precieze deel is nu verschenen: Geleerd.

In dit deel vertelt Goudsblom, geboren in Bergen en lange tijd wonend in Krommenie, over zijn leven tot aan zijn benoeming tot hoogleraar per 1 september 1968. ‘Daarmee begon een nieuwe fase in mijn leven’, schrijft Goudsblom; laat het meteen gezegd zijn dat die zin smaakt naar meer. Hoe ontwikkelt de jongeman die we zich zien plaatsen in de wereld in Geleerd zich verder?

Karaktervorming

Om Goudsbloms leven tot aan 1 september 1968 te beschrijven zijn al aardig wat woorden en etiketten nodig: een vooroorlogse jeugd in de Zaanstreek, de Tweede Wereldoorlog die de jonge Joop misschien niet direct, maar zeker indirect geraakt heeft, een verblijf in Engeland, twee jaarlange verblijven in de Verenigde Staten, de studie sociologie in Amsterdam en de daaropvolgende promotie, het redacteurschap van Propria Cures en het dan net opgerichte Tirade, het huwelijk met Maria Oestreicher, twee kinderen, literaire vriendschappen, een snelle sociologische carrière… Maar het zijn allemaal antwoorden op de vraag wat Goudsblom in de eerste zesendertig jaar van zijn leven is opgekomen. De vraag wie hij was, blijft daarmee onbeantwoord.

Terwijl die vraag, naar karaktervorming en persoonlijkheid, centraal staat in alle memoires, en zeker ook in Geleerd. Goudsblom reflecteert hierop, vooral in de eerste helft van dit boek. Deels is dat noodzaak: de jongen die hij voor zijn achttiende was, is voor hem grotendeels ongrijpbaar geworden. Hij haalt Douwe Draaisma aan, die in Vergeetboek heeft geschreven dat je alle ervaringen van voor je achtste levensjaar vergeet. Goudsblom tekent daarbij aan dat sommige herinneringen ‘sociale feiten’ zijn, verhalen die je eens hebt verteld en later weer aan jou worden verteld.

Reflecties

In de eerste 200 pagina’s reflecteert Goudsblom meerdere malen expliciet op wat hij aan het doen is. Van sommige verhalen kent hij meerdere versies, de ene nog spectaculairder dan de andere; van andere gebeurtenissen weet hij niet meer of het ooit eens gebeurd is, of vaker. Is Geleerd daarmee een waarheidsgetrouw document? Misschien niet – als we de waarheid zien als objectief, buiten de persoon staand. Goudsblom vertelt op aangename wijze over de waarheden waarmee hij geleefd heeft.

Er is ook een minder persoonlijke dimensie van Geleerd, die mij meer kon bekoren dan de verhalen en anekdotes over het leven in Krommenie en Amsterdam. Goudsblom schrijft, zeker in de pagina’s over de periode na zijn promotie in 1960, uitgebreid over de geschiedenis van de sociologie aan de Universiteit van Amsterdam en het bredere vakgebied. Ook staat hij stil bij zijn redacteurschap van Propria Cures en Tirade. Daardoor is Geleerd ook intellectuele en culturele geschiedenis, een portret van het academische leven in Amsterdam in de jaren vijftig en zestig.

Wie is hij?

Dus wie is Joop Goudsblom? Een man van vele interesses. Een bedachtzame man. Een precieze schrijver. Eind jaren vijftig kwam bij hem dit vraagstuk vrij sterk naar voren: welke kant zou zijn creativiteit opvloeien, de sociologie of de literatuur? Deze memoires geven het antwoord: allebei.