Boeken / Non-fictie

Macht, bloed en tirannie

recensie: Tom Holland - Dynastie

De Romeinse keizer Augustus bracht Rome waar het na vele jaren van bloedige burgeroorlog zo naar snakte: een lange periode van vrede. Die vrede kwam wel met een prijs. Een dictatuur waarin duizend-en-een gevaren, verlokkingen en machtswellust besloten lagen. Tom Holland somt ze in Dynastie allemaal op.

Tom Holland begint zijn voorwoord met een anekdote die symbool staat voor de volstrekte gekte waaraan bijna iedere Romeinse keizer in meer of mindere mate ten prooi viel. Caligula, een van de meest tot de verbeelding sprekende wreedaards, staart over de zee. Zijn soldaten staan aan het strand opgesteld. Trompetgeschal. Het teken voor de strijd wordt gegeven. Caligula verheft zijn stem en zegt: ‘Soldaten! Ik gebied jullie schelpen op te rapen. Vul jullie helmen met de schatten van de oceaan.’ Natuurlijk gehoorzamen de legionairs zijn bevel.

Godenzoon en vredestichter

Augustus (dat ‘de door de goden uitverkorene’ betekent) was de achterneef van Julius Caesar en volgde hem in 44 v.Chr., na zijn gewelddadige dood, op. De vredevorst. Zo liet Augustus zich voorstaan. Ironisch, gezien het bloed dat hij aan het begin van zijn carrière vergoot om aan de macht te komen. Omdat de Romeinen van oudsher een republiek kenden, en daar veel waarde aan hechten, veinsde de kersverse vredestichter dat deze staat nog altijd heersend was. Dat hij een regelrechte dictator was, werd met alle voor handen zijnde mogelijkheden subtiel bedekt.

Toen Augustus in 14 n.Chr. stierf, bleken de bevoegdheden die hij in de loop van zijn machtsjaren naar zich toegetrokken had geen tijdelijke middelen te zijn. Het gehele ragfijne netwerk dat de godenzoon had opgebouwd om zijn absolute macht te behouden, moest worden overgenomen. In Augustus’ geval was zijn plaatsvervanger op aarde zijn adoptiefzoon Tiberius. Een man die qua karakter zoveel van de voormalig keizer verschilde dat deze toch al triestige man nog ongelukkiger werd nadat hij zijn nieuwe ambt, zijn nieuwe leven, aanvaarde.

Terreur

Toch bracht ook Tiberius, ondanks zijn impopulariteit, het er als keizer aardig vanaf. Maar de tijd van relatieve pais en vree was voorbij. Het schrikbewind onder Augustus’ kleinzoon, Caligula, duurde vier jaar. Seneca, de bekende Romeinse filosoof, schreef over hem: ‘De natuur heeft hem naar mijn mening alleen voortgebracht om te laten zien hoe ver ongebreidelde verdorvenheid in combinatie met ongebreidelde macht kan gaan.’ Had zijn opa zijn macht zoveel mogelijk verborgen willen houden, Caligula had geen zin om langer met het zelfbedrog mee te gaan. Op die manier was hij wellicht wel de eerlijkste van alle keizers, vindt Holland.

Bloedstollend

Het fijne aan Hollands relaas is dat hij, bijvoorbeeld wanneer hij schrijft over de regeringsperiode van Caligula, niet trapt in de val van politieke correctheid. Hij constateert, plaatst daden in de toentertijd heersende moraal, en weet er vaak op enigszins ironische wijze een terloopse opmerking over te maken. Daarbij komt dat Holland – het materiaal zit hem uiteraard niet tegen – pakkend de ene geschiedenis aan de andere weet te rijgen. Het hoofdstuk waarin Varus door Arminius in een hinderlaag wordt gelokt, mag de ietwat hijgerige term ‘bloedstollend’ dragen.

Een geschiedenis met zoveel hoofdpersonen, intriges en door elkaar lopende verhaallijnen helder uiteenzetten, iets wat de schrijver heeft gedaan, is al een prestatie op zich. Toch weet Holland een extra dimensie aan Dynastie toe te voegen door de geschiedenis van Augustus’ familie te verbinden met de ontwikkeling van Rome. De stad, ooit gesticht door de door een wolf gezogen Romulus en Remus, onderging vele transformaties. Van viezig, armoedige stadje, verwerd het tot een metropool van pracht en praal, passend bij de status van het Romeinse rijk van toentertijd. Overigens leidde de laatste keizer uit de tak van Augustus het verval van het machtige rijk in. Nero, die zichzelf meer als artiest dan als keizer zag, liet het imperium met zijn dood in chaos achter. De dynastie was gebroken, maar de verhalen zullen wel voor eeuwig voortleven.