Kunst / Expo binnenland

Oriënt-Occident

recensie: diverse kunstenaars - COLLECTIE XXVII: TEN OOSTEN VAN 4° 24’

.


Anne-Mie Van Kerckhoven, Shanghai démoiré - Harmonious And Perfectly Satisfied, 2007-2008  Private collection courtesy Zeno X Gallery

Anne-Mie Van Kerckhoven, Shanghai démoiré – Harmonious And Perfectly Satisfied, 2007-2008 Private collection courtesy Zeno X Gallery

De kunstenaars uit het (Midden-) Oosten laten een andere indruk na. Naast de evolutie waarvan deze kunst blijk geeft, tonen de werken een sterk sociaal-economisch gemotiveerde kunst. Een soort Oosterse avant-garde. Hierin vindt enerzijds de confrontatie plaats tussen zichzelf en de socio-culturele gebeurtenissen en anderzijds wordt het  ‘vreemde’ op een existentiële manier benaderd. Vahram Aghasian (Armenië) werkt rond culturele processen. Hij toont via foto’s van ruïnes in desolate landschappen het verlies van functionaliteit van de architectuur van de Sovjet-Unie in de huidige socio-culturele context.

Said Atabekov (Kazachstan) tracht ons de postmoderne paradox te tonen, waarin de globalisatie zich begint te ontvouwen in geïsoleerde gebieden die nog sterk leven volgens oude tradities. Hij verwijst dus tegelijkertijd naar de archaïsche traditie en het neoliberale gedachtegoed. Babi Badalov (Rusland) buigt zich over de taal en de ongemakken die taalverschillen met zich meebrengen. Via deze linguistische problematiek reikt hij aan politieke kwesties in de wereld. Yang Zhenzhong (China) geeft het idee van de dood een centrale plaats. Hij toont een televisiescherm waarop mensen van verschillende leeftijden de zin ‘I will die’ zeggen. Zo lokt hij existentiële vragen uit over vergankelijkheid, waarheid en leugen. 


Yang Zhenzhong, I Will Die, 2007

Yang Zhenzhong, I Will Die, 2007

Dit verschil (enerzijds de projectie naar een externe factor in de Westerse werken en anderzijds de existentiële zoektocht in de werken uit het Oosten) maakt de tentoonstelling erg fascinerend. Het is met dit verschil dat men ook verder in kan gaan op de slaagkansen van een dialoog. In hoeverre is men in deze opzet geslaagd? Is er een dialoog tussen de kunstenaars uit het Westen en die uit het Oosten?

Dat het vreemde nooit volledig te kennen is, komt duidelijk naar voor in de Westerse werken: de ‘ander’ wordt in de werken getoond als louter ‘voorwerp’; het ‘andere’ (Oriënt) wordt ingezet in het bekende (Occident). Dit ethische probleem van het ‘wij en de anderen’ maakt de tentoonstelling meer dan de moeite waard.

Deze tentoonstelling loopt nog tot 21.8.11