Kunst / Expo binnenland

Met de rug naar het publiek

recensie: Art Rotterdam

In de Rails werd onlangs mijn aandacht gewekt door een afbeelding van het werk Dog van kunstenaar Freerk Wieringa. Een imposant mormel, dat was het. Het hoofd fier in de lucht, klaar om ongenode gasten de schrik van hun leven te bezorgen. Het beeld bleek onderdeel te zijn van de 6e editie van Art Rotterdam, een jaarlijks terugkerende kunstbeurs waar nationale en internationale galeries verslag doen van de laatste ontwikkelingen. Volgens de Rails is Art Rotterdam de grootste internationale beurs voor hedendaagse kunst in Nederland. Met enkel de hipste kunstenaars. Dat belooft wat.

Freerk Wieringa

De organisatie stelde ons kunst gemaakt op het scherpst van de snede in het vooruitzicht: “Het aanbod van de 72 galeries uit 10 landen is internationaler en daardoor gevarieerder dan de voorgaande edities.” Uitgangspunt was de vraag wat kunstenaars anno 2005 bezighoudt. “Is het de actualiteit, het wereldnieuws of zijn het levensvragen? Hoe vertalen zij hun kijk op de wereld in de kunst? Welke grenzen zoeken ze op?” Interessante vragen, waardoor de verwachtingen hoog waren gespannen. Te hoog, zo bleek al snel.

Manco

Het meest opvallende van de 6e editie van Art Rotterdam was wel dat categorieën als video-art, internetkunst, mode, installaties, graffiti en design (om maar eens wat te noemen) schitterden door afwezigheid, de uitzonderingen daargelaten. Dat zal alles te maken hebben met het ruimtegebrek: in tegenstelling tot vorig jaar was het pakhuis Las Palmas dit jaar namelijk niet bij het evenement betrokken. Toch kun je dan moeilijk spreken van een gevarieerd aanbod. Het lijkt in die zin alsof de organisatie zich dit jaar heeft bediend van een gedateerd kunstbegrip (kunst voor aan de muur): 90% van wat er was te zien viel immers in de categorie foto of schilderij.

Cachet

Marc Bijl

Ernstiger was dat de hoogtepunten op de vingers van twee handen waren te tellen. Dat stemt verdrietig, en dan met name omdat ik sterk de indruk kreeg dat Art Rotterdam geen representatief beeld schetst van de huidige stand van zaken. Waar waren bijvoorbeeld Derk Thijs, Amy Dicke (de ontdekking van vorig jaar), Maarten Baas, Gerco de Ruyter (magnifieke landschapsfoto’s genomen met behulp van een vlieger), Saskia Olde Wolbers, Jeremy Deller (winnaar van de Turner Prize 2004), Barbara Fraser en Job Koelewijn? Om er maar eens een aantal te noemen. De vraag waar ‘de kunstenaar’ zich momenteel mee bezighoudt is verder niet zo relevant, omdat we de laatste jaren nou juist hebben gezien dat alles kan en mag. Daar komt bij dat er van publiekstrekker Joep van Lieshout slechts één installatie was te zien, terwijl juist hij voor het nodige cachet had kunnen zorgen.

Batman

De kraker-kunstenaar Marc Bijl was een van de schaarse hoogtepunten. Eerder was Bijls werk te zien in Witte de With en het Stedelijk Museum, maar voor zover ik weet is er in Nederland tot op heden nog geen overzichtstentoonstelling voor deze geweldenaar geweest. Waarom Bijl is opgenomen in de stal van de uit Athene afkomstige galerie The Breeder? Misschien omdat The Breeder één van de weinige galeries is die kunst toont waaraan een zekere urgentie is verbonden? Op de foto is te zien hoe Marc Bijls Batman de beurs zijn rug heeft toegekeerd. Een beetje flauw misschien, maar ik zou bijna willen zeggen: geef hem eens ongelijk.

Buitenland

Koen Delaere

Opvallend is dat veel interessante kunst afkomstig is van de buitenlandse galeries. Wat dat betreft mogen we ons in Nederland onderhand best een beetje zorgen beginnen te maken. Hoewel er wel een aantal positieve uitzonderingen zijn: zo heeft galerie Arti Cappeli (Rotterdam) een goeie aan Evelyn Jansen (schildert vooral portretkoppen, vaak omgeven door twijgen en takken), behoort het designerduo Ronan en Erwan Bouroullec (galerie Binnen, Rotterdam) tot de internationale top, is Franz Baumgartner (galerie Dick de Bruijn, Rotterdam) op zijn minst erg interessant en was in museum De Pont in Tilburg onlangs nog werk te zien van Koen Delaere. Delaere schildert in een stijl die doet denken aan een mix van Gerhard Richter en Robert Zandvliet.

Knikkers

De beschouwing op de website geeft een aardige indicatie voor wat ons komend jaar te wachten staat: “De afgelopen editie van Art Rotterdam trok meer dan tienduizend bezoekers in zes dagen. Daarmee bleef het bezoekersaantal min of meer gelijk aan vorig jaar. Toch verkochten de galerieen meer dan 30% meer dan in voorgaande jaren. Volgend jaar zal de internationalisering van het evenement en de focus op actuele kunst worden gecontinueerd.” Het is me opeens duidelijk: Art Rotterdam gaat helemaal niet om de vraag waar de huidige generatie kunstenaars zich mee bezighoudt, het gaat om de knikkers. Hoe anders valt te verklaren dat er enkel wordt gerept over bezoekersaantallen en verkooppercentages? Ik had al zo’n duister vermoeden toen ik zag dat het publiek voor het grootste deel bestond uit verveeld uitziende 40+ ers. Van een beurs die zich afficheert als Neerlands spannendste, verrassendste en actueelste mag je meer verwachten.