Boeken / Fictie

Een klein ogenblik in een groots oeuvre

recensie: Hella S. Haasse - Ogenblikken in Valois

In Ogenblikken in Valois, heruitgegeven ter ere van Hella S. Haasses honderdste geboortedag, schrijft de auteur over het Franse dorp waar ze bijna een decennium gewoond heeft. Het is een mooi, kleiner werk in haar imposante oeuvre.

In januari 1979 bezochten Haasse en haar man Jan van Lelyveld voor het eerst het huisje waar ze tweeënhalf jaar later permanent gingen wonen, tot ze zich in augustus 1990 weer in Nederland vestigden. Al vrij snel nadat ze naar Valois verhuisden, in 1982, verscheen Ogenblikken in Valois, een serie met hoofdzakelijk historische schetsen van het gebied dat Haasse zo goed kende: haar eerste grote roman Het woud der verwachting (1949) speelt zich deels ook in deze streek af.

De verpietering verbeelden

Valois, net boven Parijs gelegen, is in de twintigste eeuw een arm, wat verpieterd gebied: het kreeg een flinke tik tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het is een lange tijd geleden dat Senlis, de belangrijkste stad in het gebied, haar hoogtijdagen kende. Haasse woont er in een saai prefabhuis. Haasse-biograaf Aleid Truijens schrijft in haar nawoord over de teleurstelling die haar overviel toen ze voor het huis stond: ‘Wat had ik dan verwacht? Toch een iets romantischer, sfeervoller behuizing. […] Dit standaardhuis paste niet bij haar.’

Haasses huis mocht dan niet passen bij haar oeuvre, dat zo vol van geheimen en verleden is, de streek Valois past er wel perfect bij. ‘Laat het maar aan Haasse over om een half verlaten en verarmde Franse streek met haar verbeelding opnieuw te bezielen,’ beweert Truijens. Daar slaagt de schrijfster inderdaad in. Vanaf de eerste pagina’s bevinden we ons in Haasse-gebied: mysterieus, eeuwenoud, met ondergrondse gewelven, oude kastelen en markante personages.

Miniatuur-Haasse

Ogenblikken in Valois is niet alleen qua thematiek een miniatuurversie van de typische Haasse-roman. Ook wat betreft stijl blijft dit boekje dicht bij de rest van haar werk: de beschrijvingen zijn geraffineerd, de taal verzorgd, het verhaal leerzaam. De Middeleeuwen staan centraal en ook voor de achttiende eeuw heeft Haasse veel aandacht. Opvallend genoeg blijft de twintigste eeuw, zeker de jaren na de Tweede Wereldoorlog en haar eigen heden, grotendeels buiten beeld, alsof de stad Senlis en de streek eromheen vastzitten in een vergaan verleden.

Hierdoor kennen de schetsen minder een spanningsboog, wat jammer is. Er is geen duidelijke tocht door de geschiedenis noch wordt er thematisch een helder pad gebaand. Het boekje gaat uiteindelijk niet echt ergens heen. Dat maakt van Ogenblikken in Valois een mooi, maar uiteindelijk ook klein werk in het zo indrukwekkende oeuvre van een van de grootste schrijvers van de moderne Nederlandse letteren.