Film / Films

Geëngageerd melodrama

recensie: Crossing Over

Mozaïekfilm Crossing Over brengt zoveel verhalen bijeen dat je geen ruimte meer hebt om adem te halen. De film verbeeldt de mensonterende keerzijde van de immigratiewet, maar krijgt op de verkeerde manier gewicht. Het American Dream-gehalte ligt in Crossing Over hoog.

~

De vergelijking met Crash is snel gemaakt. Net als de Oscarmagneet van Paul Haggis uit 2004, is Crossing Over een mozaïekfilm over de rafelige randen van de Amerikaanse samenleving. Beide spelen zich af in het multiculturele Los Angeles, maar waar Crash de nadruk legde op raciale botsingen en vooroordelen, zoomt Crossing Over in op de immigratieproblematiek van de stad. Er is een Koreaanse tiener, een alleenstaande Mexicaanse moeder, een wanhopige Australische actrice, een verscheurde Iraanse familie, een Britse muzikant en een jong meisje uit Bangladesh. Allemaal wonen ze illegaal in de Verenigde Staten en willen ze maar één ding: Amerikaans staatsburger worden.

Regisseur Wayne Kramer (The Cooler, Running Scared), zelf van Zuid-Afrikaanse komaf, kent het klappen van de zweep. Nadat hij in 1986 naar de VS was gekomen, mocht ook hij in 2000 de felbegeerde eed afleggen. Een emotionele ervaring, noemde hij het. Zo ook de film.

Wanhopige asielzoekers

~

De dagelijkse praktijk van de immigratieregulering wordt in Crossing Over benaderd vanuit twee perspectieven. De helft van de hoofdpersonen bestaat uit wanhopige asielzoekers, die niets meer kunnen doen dan lijdzaam toekijken. De andere kant van het verhaal zien we door de ogen van een immigratieofficier (Harrison Ford als fronsende wereldverbeteraar), een advocate (Ashley Judd) en diens man, een ambtenaar die aanvragen moet beoordelen (een prima gecaste Ray Liotta). Ook zij bijten zich, elk op hun eigen manier, stuk op het systeem.

Kramer zet zijn caleidoscopische drama zwaar aan. Om de onmenselijkheid van het systeem aan te tonen, serveert hij een serie onmogelijke dilemma’s. Soms werkt dat, als de bloedmooie actrice en de ambtenaar – een vetkop met kraaloogjes – in een motelkamer aan het afdingen slaan over de ‘prijs’ van een Green Card. Een andere keer overspeelt Kramer zijn hand. Zoals wanneer het meisje uit Bangladesh een spreekbeurt houdt (compleet met Martin King-achtige uithalen) over de andere kant van 11 september en diezelfde avond nog door de FBI van haar bed gelicht wordt en het land uit moet.

Grotendeels gissen

~

De benadering van het probleem is interessant. Aan de ene kant laat de film zich nadrukkelijk kritisch uit over de etnocentrische visie op de mensenrechten en de paranoia in de VS. Aan de andere kant is Crossing Over met gemak een lofzang op de American Dream te noemen. Helaas komt deze ambiguïteit en de bijgehorende tragiek niet goed uit de verf. Naar de motieven van de afzonderlijke personages blijft het grotendeels gissen, waardoor de verhalen onvoldoende diepgang krijgen. Dat probeert Kramer te compenseren met waterige ogen, veelbelovende blikken en andere grote gebaren, maar tevergeefs; de hysterische huilbuien werken zelfs op de zenuwen.

De verschillende verhaallijnen worden versneden met vloeiende helikoptershots van de desolate stad. Samen met de ingehouden basdrums vormen die in eerste instantie de hartslag van de film en wordt een spionagethrillerachtige spanning geschapen. Die belofte wordt echter niet ingelost. Kramer vertilt zich omdat hij de talloze persoonlijke tragedies wil behandelen en bovendien een aantal grote thema’s als eerwraak, radicalisering en terrorisme de revue laat passeren. Het is te veel, zelfs voor een bijna twee uur durende film. Crossing Over bevat een aantal krachtige en originele scènes, maar moet uiteindelijk toch haar ware gezicht blootgeven: dat van een onvervalst melodrama.